Uit de wetenschappelijke revolutie in de 17e eeuw, volgde een algemene revolutie in het
denken; de verlichting. Ontwikkelde mensen vonden dat de wetenschap domheid omzette in
kennis en inzicht. Mensen gingen meer met het verstand en de rede dingen begrijpen en
verbeteren. Ook kwam rationalisme opzetten waar verlicht werd gedacht, niet alleen over de
wetenschap maar ook over de politiek en het recht. Aanhangers zeiden dat vrijheid een
voorwaarde voor vooruitgang was. De verlichting kwam opzetten in de eind 17e eeuw en
verspreidde zich snel over Westers Europa. Parijs werd een belangrijk centrum van de
verlichting waar veel schrijvers, wetenschappers en filosofen als Rousseau, Montesquieu en
Voltaire bijeen kwamen. Uit zulke bijeenkomsten kwam ook de Encyclopedie uit voort. Met
deze kennis werd het rationalisme beter toepasbaar. Naast politiek en wetenschap werd er
ook verlicht gedacht over godsdienst, en vonden mensen dat godsdienstoorlogen lieten zien
tot welke ellende godsdiensten leidde. Pruisische koning Frederik de Grote, ook verlicht
denker, vond dat alle religies dezelfde rechten moesten hebben. Mensen die niet in een
godsdienst geloofden waren atheïsten, maar er waren ook mensen die godsdiensten
belachelijk vonden maar geen atheïst waren. Deïsten, zoals Voltaire, vonden wel dat god de
wereld had geschapen maar dat hij niet meer ingreep. Ze vonden ook dat de aarde sinds
haar schepping verliep volgens vaste natuurwetten.
Er was in begin 18e eeuw ook grote ongelijkheid waar geestelijken en adel alle voorrechten
hadden. Niet alle verlichte denkers hadden daar moeite mee. Voltaire bijvoorbeeld vond dat
maar 10% van de bevolking recht had op rationeel nadenken en dat de rest het gezag
moesten volgen. Rousseau vond wat anders, namelijk dat elk mens dezelfde natuurlijke
rechten had en allemaal dezelfde gelijkheid had. Op het gebied van politiek kwam John
Locke met het idee dat vorsten de macht niet van god kregen, maar de soevereiniteit van het
volk moesten krijgen. Zo kon de overheid de mensenrechten, natuurlijke rechten van
mensen, beschermen. In zo’n rechtstaat stond de overheid niet boven de wet, maar moest
zich net als de burgers eraan houden. Rousseau meende dat het volk de soevereiniteit in
handen had, en dat de regerering het gezag moest uitoefenen. De volkssoevereiniteit was de
algemene wil, iets anders dan de wil van de meerderheid. Montesquieu kwam op de Trias
Politica (Driemachtenleer), waar de wetgevende, uitvoerende en de rechterlijke macht
gescheiden waren en elkaar controleerden, om zo van corruptie af te komen.
Voor de Franse Revolutie was er een Ancien Régime waar veel minder vrijheid was voor de
burgers, regeert door Lodewijk de 14e, 15e en 16e. In Frankrijk heerste nog een
standenmaatschappij waar de adel en geestelijken voorrechten hadden, de lage adel de
arme boeren uitperste en de bourgeoisie naast de stad niks te zeggen had. De koning van
Pruissen Frederik de Grote had hier afschuw van en was een vertegenwoordiger van het
Verlicht Absolutisme. Hij had nog steeds alle macht, maar handelde in belang van het volk.
Hij vond zich geen dienaar van god, maar dienaar van het volk. Ook had adel in Pruissen nog
voorrechten.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller gcf. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.74. You're not tied to anything after your purchase.