- zelfstudie artikel: cannabis (focus op hoe dit tot ziekte kan leiden)
- focus ligt op ziektemechanismen
→ hoe kan iets tot een ziekte leiden?
→ als je mechanismen kent, ga je ook de therapieën begrijpen
- slides en notities van de les = leerstof
- pathologische fysiologie
→ beschrijft functioneren van ons lichaam of delen ervan bij
ziektetoestanden (wanneer fysiologie is verstoord)
→ fysiologie, anatomie, histologie en biochemie
→ anatomopathologie, immunologie, microbiologie
- pathologische fysiologie evolueert
→ bepaalde kernzaken zullen wel hetzelfde blijven maar na een paar
jaren nieuwe inzichten
→ deze cursus gaat over bepaalde theorieën en concepten die de
wetenschappelijke basis van ziekte vormen
- op examen:
→ 2 verticale vragen en 1 horizontale vraag (gaat over topics die we in
meerdere onderdelen hebben gezien
→ dus iets dat vaak terugkomt in verschillende hoofdstukken = belangrijk
,Deel 1: Inleiding
Wat is pathologisch?
Veel zaken die we meten: Gaussiaans verdeeld over populatie → we krijgen hierdoor
gemiddelde waarden die voor een groot deel van een populatie gelden en ook uitersten
→ toepassing op IQ:
- Meeste mensen hebben een IQ van rond de 100, er zijn ook uitersten
- We noemen een laag IQ (55-60) makkelijk pathologisch
→ iets dat niet normaal is en die wss een oorzaak heeft bv. genetisch syndroom
of toxine die hersenontwikkeling negatief heeft beïnvloed
→ typische oorzaak hiervan is fenylketonurie*
- Noemen we een zeer hoog IQ ook pathologisch/ziekte?
→ minder evident, meestal mensen die extreem goed zijn in iets
→ k ook wel negatieve gevolgen hebben: kinderen voelen zich niet thuis bij
leeftijdsgenoten bv.
=> een uiterste is nog niet voldoende om iets abnormaal/pathologisch te noemen
* fenylketonurie (PKU)
- urine waarin veel fenylketonen zitten
- bij kinderen geboren met tekort aan/ afwezigheid van phenylalanine-hydroxylase
(PAH) die het AZ phenylalanine afbreekt
- Phe stapelt op, w gemetaboliseerd en komt als ketonen in urine terecht
- Stapelen op in CZS en zorgen voor een onderontwikkeling van de hersenen
- Zal leiden tot een mentale achterstand en pathologisch IQ (als onbehandeld) bij
kinderen die geen PAH hebben en die veel eiwitten eten
- Getest voor PKU bij pasgeboren kinderen want als vroeg in het leven ontdekt, k
mentale achterstand vermeden w door Phe-arme of -vrije dieet
→ bloeddruk (systolisch en diastolisch) k we ook meten
- Meeste mensen hebben een diastolische bloeddruk van rond en onder de 90 mmHg
- Studies tonen aan dat een diastolische bloeddruk van > 90 mmHg gelinkt is aan een
verhoogd risico op hart- en vaatziekten en ook verhoogde mortaliteit
- We zetten de lijn van wat normaal is (wat niet gelinkt is met een negatief gevolg) op 90
mmHg maar 25% van de populatie heeft een diastolische bloeddruk > 90 mmHg
- We noemen dus na 1 meting (diastolische BD) 1/4 van de populatie ziek/abnormaal
→ ¼ van de wereldbevolking ongezond en moet behandeld w?
=> het definiëren van wat ziekte en wat normaal is k enorme implicaties hebben
, - maar ergens moeten we de grens leggen omdat de wetenschappelijke gegevens
dat een diastolische BD > 90 mmHg gelinkt is aan een verhoogde risico op hart-
en vaatziekten en verhoogde kans op overlijden
→ groeicurve van kinderen met lengtes jongens en meisjes
- Donkere curve = gemiddelde van de populatie
- Een meisje die buiten de percentiel* 97% valt, dwz behoort tot de 3% grootste meisjes in
de bevolking => zal vaker aan de pediater (kinderarts) vragen of haar lengte normaal is
- Jongen van dezelfde leeftijd die ook een lengte heeft die buiten de percentiel valt, w
bijna nooit op raadpleging gezien
* percentiel van 97 wil zeggen 97% van de bevolking ligt op de lijn of daaronder
=> wat we abnormaal noemen is niet puur obv een bepaald getal maar heeft ook
een subjectief connotatie die sociaal bepaald is
- groter lengte voor jongen minder vaak abnormaal genoemd dan groter lengte bij
meisjes ook al is getal hetzelfde
- variabel in de tijd en plaats (in Nederland zal percentiel hoger liggen dan in
andere landen)
=> invloed op levenskwaliteit en symptomen (klachten) zijn belangrijk voor het
duiden van wat abnormaal is
- jongens zullen een arts meestal slechts raadplegen bij symptomen of wanneer
de lengte zeer excessief is waardoor hun levenskwaliteit (slecht) v beïnvloed
- omgekeerd bij jongens/meisjes die te klein zijn => meeste raadplegingen bij de
jongens (agv bv. invloed op levenskwaliteit)
Wat is ziekte?
Ziekte = elke abnormaal of pathologische activiteit in een organisme
- “abnormaal” is vaag, we moeten duidelijk k spreken van een afwijking, er moet een
duidelijk lijn zijn bv. diastolische bloeddruk van 90 mmHg
→ maar het vastleggen van die lijn is ook niet gemakkelijk
bv. wat is een normale (door veroudering) versus pathologische achteruitgang
(door bv. dementie) van hersenactiviteit
=> snelheid van achteruitgang kan dit bepalen (is de achteruitgang sneller
dan wat we verwachten in een normale situatie)
- pathologisch = waarden die een invloed hebben op de mortaliteit (verminderde
levensverwachting) of morbiditeit (slechtere levenskwaliteit)
, bv. gigantisme (acromegalie)
- zeer lange lengte, uitgesproken kin, grote oren/handen
- agv overproductie groeihormoon vaak in hersentumor
→ in hypofyse, pijnappelklier
→ kan druk uitoefenen op oogzenuw => w blind
→ kan druk geven in schedel (hoofdpijn)
- gezondheid rug beïnvloeden, gewrichtslijden onder extra stress
- inwendige organen gaan abnormaal groeien => metabole problemen bv.
diabetes
- gaan vroeger overlijden en o.a. daarom als pathologie beschouwd
Bepaalde waarde is vaak niet genoeg
- Op populatieniveau kan het zijn dat een populatie met een bepaalde waarde (bv. BD van
> 90 mmHg) gemiddeld vroeger sterven dan een populatie met normale BD waarden
→ MAAR niet iedereen in de populatie met hoge BD zal vroeger sterven (zal niet
bij iedereen in de populatie leiden tot verlaagde levenskwaliteit/-verwachting)
→ op individueel vlak heeft een bepaalde waarde niet altijd hetzelfde gevolgen
=> of een bep. absoluut gemeten waarde (bv. lichaamsgewicht) effecten heeft op
mortaliteit, morbiditeit en levenskwaliteit k ook afhangen van genetische
verschillen en omgevingsfactoren
- vb. overgewicht (ernstig: obesitas; BMI van > 30)
→ overgewicht is niet gezond en obesitas is verbonden aan hele hoop
pathologieën o.a. verhoogde risico om diabetes te ontwikkelen
→ MAAR niet alle mensen die obesitas hebben zullen diabetes ontwikkelen
- hangt af van o.a genetische voorbeschiktheid, fysieke activiteit
(sedentaire leven met weinig beweging), voeding (te veel en ongezond
met veel suikers/vetten)
=> oorzaak van iets abnormaal en meting is belangrijk maar zegt niet altijd iets
over het individu
→ bepaalde modellen die rekening houden met omgevingsfactoren om
de risico’s voor individueel patienten meer nauwkeurig te voorspellen
→ cumulatieve/percentage risico die een persoon ooit in zijn leven diabetes gaat
ontwikkelen is niet alleen in functie van BMI
- hoe hoger BMI, hoe hoger de kans op diabetes
- ook in functie van fysieke activiteit: hoe lager de fysieke activiteit, hoe
groter de kans op diabetes te ontwikkelen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller akh161202. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.68. You're not tied to anything after your purchase.