KLEINE VRAGEN FARMACO
KLEINE VRAGEN: JUIST OF FOUT EN LEG UIT WAAROM:
- salbutamol, paroxetine en propranolol veroorzaken tremor
- polyurie is een type A bijwerking bij gliflozine
Gliflozines worden gebruikt bij de behandeling van hartfalen (SGLT-2 inhibitoren) en wordt gebruikt als
orale antidiabetica. Het zorgt voor glycosurie. Het zorgt voor diurese dus voor polyurie. JUIST
- De oplaaddosis is niet afhankelijk van de klaring, maar de onderhoudsdosis wel.
JUIST – de oplaaddosis dient om snel een juiste plasmaconcentratie te bereiken (zonder deze traag te
moeten opbouwen) een onderhoudsdosis wordt gegeven om de plasmaconcentratie stabiel te houden
eens de juiste concentratie bereikt is. De onderhoudsdosis is wel afhankelijk van de klaring, er moet hier
rekenening mee gehouden worden. De oplaaddosis is eerder als een boost en is niet afhankelijk van de
klaring
- APA syndroom door ibuprofen is een type B bijwerking
JUIST: Apa syndroom (ook triade van aspirine gevoeligheid) is een zeldzame overreactie op het gebruik van
NSAIDs. Dit is dus geen te verwachten bijwerking. Maar een idiosyncratische bijwerking, deze is
onvoorspelbaar en niet vaak voorkomend
- Misoprostol kan gegeven worden tegen refluxklachten bij zwangere vrouwen:
FOUT: geeft uteruscontracties en is teratogeen, PPI is eerste keuze - Omeprazol is veilig tijdens
zwangerschap. Misoprostol is een PGE1-analoog gebruikt bij peptische aandoeningen.
- 3e trimester van de zwangerschap is de gevaarlijkste periode voor teratogene medicatie:
Nee week 2 tot 12, bv misoprostol, zorgt voor ongewenste vroeggeboorte door induceren van partus
- Misoprostol bij miskraam
JUIST - Kan ‘off label’ gebruikt worden voor de expulsie van miskraamweefsel / Mors in utero / preventie
post partum bloeding
- Je mag misoprostol geven tegen nausea en braken bij ZS
Klopt niet: teratogeen en uteruscontracties + de bijwerking van misoprostol is nausea en braken
- Misoprostol bij zwangerschapsmisselijkheid: CAVE: mors in utero en uteruscontracties
- Bij wie mag men geen misoprostol geven? Zwangerschap
•Sildenafil, alfentanil, fentanyl, captopril en modafinil zijn van dezelfde klasse
FOUT
- Sildenafil: = viagra, dit is een fosfodiesterase-inhibitor
- Fentanyl: zuiver opioid agonist
- Captopril: ACE-I
1
, - Modafenil: amfetamine derivaat (specifiek voor narcolepsie)
- Alfentanil: zuiver opioid agonist
Constipatie is een type B bijwerking van codeïne
Obstipatie bij opioid gebruik is een type B reactie
FOUT: type A bijwerking : het is een te verwachten bijwerking bij opioiden
•Aan pten die minocycline (TC) of amiodarone gebruiken best aanraden niet in de zon te komen : JUIST zorgt
voor fotosensitiviteit
•Minocycline voor acne en op vakantie gaan : FOUT
•Minocycline aan een kind op vakantie in Portugal :
FOUT: fotosensitiviteit (verhoogde gevoeligheid van de huid voor zonlicht) kan leiden tot ernstige
vervranding. Kinderen jonger dan 8j zijn contra-indicatie omwille van effect op groeikraakbeenschijven en
bruinverkleuring van de tanden – Minocycline is een tetracycline + bij minocycline is er vaak vertigo
(duizeligheid) !!
•Propanolol, furosemide, salmeterol staan op de doping lijst? JUIST
•Salbutamol bij een 24-jarige vrouw die een triatlon gaat volbrengen volgende week.
FOUT Beta-agonist en wordt gezien als doping (zorgt tachycardie en bronchodilatatie – gebruikt bij astma)
•Morfine wordt toegediend bij 1) een acute astma-aanval 2) hartfalen 3) een galwegobstructie
-MI ja, pijnstillend effect en anxiolytisch effect (stimuleert orthosymp zs en lokt ventriculaire aritmie uit).
-ASTMA nee, zorgt voor centrale depressie van het ademhalingscentrum en mindere gevoeligheid voor CO2. en
vnl bronchoconstrictie door histamine-vrijzetting
-GALBLAAS OBSTRUCTIE nee, druk in galblaas neemt toe door galblaascontractie + contractie sfinter van oddi.,
hier wordt antimuscarinica toegediend
(morfine effecten: respiratoire depressie, miosis, N en B, bronchoconstrictie, daling GI tonus en peristaltiek,
urineretentie, daling uteruscontracties )
•Morfine kan gegeven worden bij longoedeem, kortademigheid, en galwegobstructie
Kortademigheid: neen, zorgt voor bronchoconstrictie door histamine en respiratoire depressie door daling van
de CO2-gevoeligheid van het AH-centrum.
Galwegobstructie: neen , zorgt voor galblaascontractie + contractie van de sfincter van Oddi (galkoliek is CI)
Longoedeem: JA?
•Morfine wordt gegeven bij pijn na AMI, astma aanval en galkoliek pijn
Astma aanval: morfine geeft AH depressie en bronchoconstrictie door vrijzetting histamine
Acuut MI: ja daar hebben we het gezien als mogelijke pijnbestrijding (bij stukje van eerste thuisbehandeling bij
vermoeden angor of AMI
Galkoliekpijn: nee, druk in galblaas neemt toe door galblaascontractie + contractie sfinter van oddi., hier wordt
antimuscarinica toegediend – galblaaskoliek is een CI!
•De PD en PK van morfine en methadon zijn hetzelfde
Nee methadon heeft langere halfwaarde tijd, morfine heeft kort. Ook verschil in biologische beschikbaarheid
want die is PO hoog voor methadon, laag voor morfine. De meeste halfwaardetijden zijn kort maar methadon
2
,en buprenorfine zijn uitzonderingen, hebben een zeer lange T1/2. Methadon wordt gebruikt bij het afkicken
van opioiden wegens zijn lange halfwaarde tijd en goede absorptie (weinig first pass effect). Methadon heeft
ook een tragere eliminatiesnelheid waardoor er minder plasmaschommeling zijn.
•Aprepitant, difenhydramine, metoclopramide, ondansteron gaan door BBB en beinvloeden daar het
braakcentrum + zijn aangewezen bij reisziekte?
Deze zijn anti-emetica en mogelijks een geneesmiddel bij misselijkheid en braken bij reisziekte. De regulatie is
deels centraal en komen meerdere NT bij kijken, nl Ach, histamine, 5 HT en dopamine. De
chemoreceptortrigger ligt buiten BBB dus niet van belang dat ze door BHB gaan. Het braakcentrum ligt buiten
de BBB – bij reisziekte is scopalamine aangeraden (anticholinergica) – gaan allemaal door BBB
Aprepitant is NK1-R-antagonist: blokkeert de NK1-R in de hersenen verminderd effecten van substantie P op
het braakcentrum – door BBB
Difenhydramine is eerste generatie H1-antihistaminicum. Blokeers H1-recepotoren in braakcentrum
(vestibulair) – door BBB
Metoclopramide is een D2 receptorantagonist: verhoogt motiliteit en werkt op braakcentrum in hersenen –
door BBB
Ondasetron is een selektieve 5-HT3 R antagonist – door BBB
•Methylprednisolon, setron, aprepitant werken tegen nausea en braken en werken op de D receptor
1e deel stelling juist, maar methylprednisolon is GC (terminale en palliatieve zorg), setron is serotonine R antag
en aprepitant is NK1-R antagonist
Methylprednisolol = Corticosteroïd dat intracellulair in de cel treedt, bindt met glucocorticoidR en naar de
nucleus migreert, ondergaat dimerisatie en bindt met GRE, wat leidt tot proteïnesynthese.
•Aprepitant, ondansetron en dexamethasone zijn effectief tegen nausea & braken en zijn D2-
receptorantagonisten
FOUT: aprepitant is NK1 antagonist / dexamethasone is GC / -setron is 5-HT antagonist
•Deze medicatie mag nooit plots gestopt worden na chronische therapie: bisoprolol, buprenorfine, levodopa
JUIST: Bisoprolol is een selectieve beta 1 blokker plots stoppen kan leiden tot rebound effect (snelle stijging
BD, hartklopping, tachycardie, palpitaties
Buprenofine is een partiële opioid kan leiden tot dervingsverschijnselen: plotse ontremming van de locus
coeruleus neuronen: door inhibitie van de orthosympaticus zijn er tijdens gebruik meer R tot expressie
gekomen (om te compenseren voor de inhibitie) indien de inhibitie wegvalt worden alle R geactiveerd
overgevoeligheid!
Levodopa wordt gebruikt bij Parkingson maligne AP syndroom : lijkt op extreem pseudoparkingsonisme met
tremor + autonome dysfunctie + minder bewustzijn
•Mogen deze geneesmiddelen plots gestopt worden?
- amoxicilline: Ja (is een AB) – wel volledige doosje uitnemen anders kans bacterie niet volledig weg
- methylprednisolon: Nee, risico op corticoidsteroid withdrawal syndroom (is een corticosteroid)
- propranolol: Nee, risico op tachycardie tgv upregulatie adrenerge receptoren (is beta blokker)
- clozapine: Nee, AP en risico op ontrekkingsverschijnselen (is antipsychoticum)
•welk trimester teratogeniciteit: embryogenese (2w-12w) => 1e trimester
•Medicatie bij zwangerschap niet altijd een goed idee, leg uit.
- geef vb van absoluut teratogene geneesmiddelen: valproaat (anti-Epil), thalidomide, DES, VKA, DOAC,
misoprostol
- geef vb van geneesmiddel dat niet tijdens 3e trimester mag: NSAID, ACE-I en sartanen, tetracyclines
en chinolonen, AP en opioiden, CS, GC
- geef vb van bloeddrukverlagende medicatie die niet mag bij zwangerschap : ace inhibitoren en
sartanen omwille van oliohydramnios en hypotensie
•Indometacine mag niet gegeven worden in 3e trimester zwangerschap door risico op vroegtijdige bevalling en
laattijdige sluiting ductus.
Klop niet: NSAIDS zorgen voor vroegtijdige sluiting ductus arteriosus en uitstel van arbeid (verlengde partus en
vertraagde inzet) + ook bloedingsrisico voor moeder en kind.
•Palliatieve patiënt, bespreek:
a. Vochttoediening (hij drinkt < 1L/dag) niet extra nodig want verhoogd de kans op doodsreutels - veel vocht
geven is niet goed want dat verhoogd de kans op doodsreutels – vocht zo laag mogelijk houden
b. pilocarpine bij doodsreutel? Neen, anticholinergicum en geen agonist - andere anticholinergica zoals
atropine, scopalamine en buthylhyoscine worden wel gebruikt.
c. Geef je nieuwe toediening van morfine telkens de pijn heropflakkert? Neen, continue behandeling van pijn –
around the clock principe.
d. Geef je osmotisch laxativum bij de opioïden? Eerder contactlaxatium want die is niet afhankelijk van de
vochtinname (kan bij. Terminale pt soms probleem zij n of moet bv beperkt worden door doodsreutels)
e. Amitriptiline bij neuropatische pijn ja - of carbapazepine of gabapentine ook tegen neuropatische pijn
•Beste toediening van opioïden bij palliatieve zorg is transdermaal (TTS) : klopt
•Morfine als eerste therapie bij dyspnoe in palliatieve setting
Klopt (idd naast niet medicamenteuze therapie zoals rechtop zetten, venster openen) is morfine hydrochloride
de voorkeur bij de medicamenteuze behandeling - verminderen de respiratory drive, veranderde centrale
gewaarwording dyspnee, pijnstillend en anxiolytisch
•De 3 trappen van pijntherapie kunnen met elkaar gecombineerd worden in palliatieve zorg.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mvan. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $17.90. You're not tied to anything after your purchase.