De politiek stelt regels vast en de overheid controleert die regels en voert
ze uit.
Staatsvormen:
- Democratie – het volk regeert, burgers van een land kiezen een
aantal mensen die hen vertegenwoordigen
- Republiek – één persoon is de belangrijkste (president), bij
verkiezingen kan de president worden herkozen of een nieuwe
president treedt aan, president is verbonden aan de politieke partij
die de verkiezingen heeft gewonnen
- Dictatuur – één persoon aan de macht, macht gekregen door zelf de
macht te grijpen of doordat zijn vader belangrijk was, de media staat
onder toezicht van de dictator -> censuur
- Monarchie – de vorst staat aan het hoofd (koning(in)), de volgende is
automatisch de oudste zoon of dochter (erfopvolging)
- Anarchie – als er in een land geen regering is
- Theocratie – de Heere leidt en bestuurd het volk (het volk Israël naar
Egypte)
Nederland is een constitutionele parlementairen monarchie met een
democratisch stelsel
- Constitutioneel – Nederland heeft een grondwet
- Parlementair – de personen die worden gekozen zitten in de Eerste
en Tweede kamer
- Monarchie – de functie van het staatshoofd is erfelijk
- Democratie – eigenlijk regeert het hele volk
, 3.2 – burger en soorten overheden
Bestuurslagen:
- Het rijk:
o Tweede Kamer – 150 gekozen volksvertegenwoordigers,
dinsdag tot donderdag vergaderingen, 1 keer in de 4 jaar
verkiezingen, taken: regering controleren, zelf wetten maken
o 75 personen, Eerste Kamerleden of senatoren, dinsdag
vergadering, controleert de Tweede Kamer op het gebied van
wetgeving
- De provincie – leiding door het college van Gedeputeerde Staten
(Commissaris van de Koning en de gedeputeerden. De provincie is
vooral bezig met de aanleg en het onderhoud van de wegen in de
provincie en met het verdelen van stukken grond, bijvoorbeeld voor
de bouw van huizen, 1 keer in de 4 jaar verkiezingen
- De gemeente – bestaat uit een aantal dorpen, leiding gegeven door
het college van B&W (Burgemeester en Wethouders), het volk kiest
de gemeenteraad en die controleert het college van B&W
Coalitie – wordt gevormd door politici van verschillende partijen die met
elkaar samenwerken en met elkaar ook meestal een meerderheid hebben
in het parlement, de provincie of de gemeente
Oppositie – wordt gevormd door de overige politieke partijen. Zij zitten dus
niet in de regering of in het college van B&W en leveren dus geen
ministers of wethouders
Burgemeester – wordt je door te solliciteren, koning(in) benoemt de
burgermeesters
Wethouder – wordt geleverd door de partijen die in de coalitie zitten
Gemeenteraad – de ‘baas’ in de gemeente, iedereen boven de 18 jaar die
op een lijst van een politieke partij staat kan gekozen worden in de
gemeenteraad, wordt ondersteund door ambtenaren
Commissaris van de Koning – wordt benoemd door de Koning en hij
vertegenwoordigd hem in de provincie
Provinciale Staten – controleert het college van Gedeputeerde Staten
Europees Parlement – in Brussel, 1 keer in de 5 jaar, 750 zetels, taken:
maken van Europese Wetgeving, controleren van andere Europese
instellingen, goed- of afkeuren van de begroting die gemaakt wordt
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller rebergenwilline. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.78. You're not tied to anything after your purchase.