Principles of Development 6th Edition By Lewis Wolpert; Cheryll Tickle; Alfonso Martinez Arias 9780198800569 Chapter 1-14 Complete Guide .
Principles of Development 6th Edition By Lewis Wolpert; Cheryll Tickle; Alfonso Martinez Arias 9780198800569 Chapter 1-14 Complete Guide .
Principles of Development 6th Edition By Lewis Wolpert; Cheryll Tickle; Alfonso Martinez Arias 9780198800569 Chapter 1-14 Complete Guide .
All for this textbook (15)
Written for
Universiteit Utrecht (UU)
Biologie
Ontwikkelingsbiologie
All documents for this subject (51)
Seller
Follow
FFV
Reviews received
Content preview
Ontwikkelingsbiologie Hoofdstuk 2
De toekomstige anterior zijde van de larve (en het volwassen dier) wordt gekenmerkd door de
micropyle. Sperma bereikt de anterior zijde van de oocyt door deze micropyle. Na 12 celdelingen
ontstaat er een syncytium bestaande uit ongeveer 600 kernen. Als de cellen na 9 celdelingen naar de
periferie van de zygote verplaatsen is er sprake van een syncytial blastoderm. Hierna groeien de
membranen in om cellen te vormen rond de kernen. Door de formatie van een syncytium kunnen
zelfs grote eiwitten tot de 14e celdeling vrij door de eicel diffunderen.
Tijdens de syncytial stage verplaatsen enkele posterior cellen zich naar buiten en vormen de pool
cellen, dit zullen uiteindelijk de gonaden worden.
Bij de fruitvlieg ligt het toekomstige mesoderm in de meest vantrale regio’’s, anterior en posterior
liggen er twee gebieden van endoderm, lateraal ligt het ectoderm.
De gastrulatie begint door de invaginatie van het ventrale mesoderm. Eerst wordt er een buis
gevormd, de mesodermale cellen komen hier later uit vrij om mesoderm door het hele lichaam te
vormen. Vlak na de invaginatie van het mesoderm trekken ectodermale cellen individueel het
embryo in om ventraal het zenuwstelsel te vormen. Ook anterior en posterior vinden er twee
invaginaties plaats die uiteindelijk fuseren om het verteringskanaal te vormen.
Germ band: het centrale lichaam van het blastoderm (romp regio’s van het embryo).
Tijdens gastrulatie vindt er germ-band extension plaats waarbij de germ band over de posterior
uiteinde naar de dorsale zijde wordt getrokken. Tijdens de germ-band extension vindt er segmentatie
plaats. Deze parasegmenten dienen als ontwikkelingsbasis voor de segmenten.
Acron: een speciale structuur aan de anterior zijde van het hoofd.
Telson: een speciale structuur aan de posterior zijde van de larve.
Aan de ventrale zijde van de segmenten bevinden zich denticles (uitstulpingen van het epidermis). De
imaginal discs zijn aanwezig in de instar larven en vormen de voorlopers van de vleugels, poten etc.
Tijdens de metamorfose differentiëren en ontwikkelen deze structuren zich in de volwassen organen.
Lewis, Nüsslein-Volhard en Wieschaus hebben en Nobel prijs gekregen voor groot schalig screenen
naar mutaties in ontwikkelings genen van de Drosophilia. Hierdoor zijn de eerste kern genen die
betrokken zijn bij patterning ontdekt.
Maternal-effect mutations: deze mutaties (en genen) beïnvloeden de ontwikkeling via de moeder.
Deze mutaties hebben als ze aanwezig zijn in de moeder geen effect op haar fenotypen maar hebben
een diepgaande invloed op haar nakomelingen. Daarnaast kan ook het parentale genoom de mutatie
in de moederlijke genen niet redden. Deze matenale-effect genen komen tot expressie in de follicle
of nurse cells op een specifieke plaats en tijd in de ontwikkeling.
Langs de anterior-posterior as wordt het embryo verdeeld in hoofd, thorax en abdomen.
De dorso-ventrale as wordt verdeeld in mesoderm (ventraal), neuroectoderm, dorsal ectoderm en
het amnioserosa.
Doordat eiwitten zoals transcriptiefactoren vrij kunnen diffunderen door het syncytium kan er een
gradiënt van transcriptiefactoren ontstaan die positionele informatie aan de nuclei geeft.
Al het patterning is gebouwd op de basis van maternale gen producten (maternale factoren,
ongeveer 50) die in de oocyt worden gestopt. Als het maternale RNA na de bevruchting wordt
getransleerd worden er vooral veel transcriptiefactoren gevormd. Deze transcriptiefactoren zorgen
, ervoor dat de zygotische genen volgens een specifiek patroon tot expressie komen.
Eerst worden er brede regio’s neergezet, vervolgens komen er binnen deze domeinen specifieke
genen tot expressie om karakteristieke kleinere domeinen te vormen.
De maternale effect genen worden verdeeld in genen die enkel effect hebben op de anterior
structuren, genen die enkel effect hebben op de posterior structuren en genen die effect hebben op
beide terminale regio’s.
Bicoid mRNA wordt tijdens de oogenese in de anterior zijde van een onbevruchte eicel gelokaliseerd.
Na de bevruchting diffundeert het bicoid eiwit waardoor er een concentratie gradiënt wordt
gevormd langs de anterior-posterior as. Zonder bicoid ontstaan er larven zonder een juist hoofd en
torax. Cytoplasma van normale eicellen kan een bicoid mutant redden, dit toont dus aan dat bicoid
een cytoplasmstische determinant is. Doordat de bicoid gradiënt het hoogst is anterior worden
anterior hoofd structuren gevormd. Bicoid is een transcriptiefactor, intranuclear bicoid is het hoogste
aan de anterior zijde. Bij bepaalde thershold concentrations activeert bicoid zygotische genen.
- Andere anterior maternale genen zijn vooral betrokken bij het anterior lokaliseren van bicoid
tijdens de oogenese.
De posterior zijde wordt gedefinieerd door minstens 9 maternale genen (de posterior-group genes).
Mutaties in bijvoorbeeld nanos resulteren in een embryo die veel korter is dan normaal. De functie
van andere posterior-group genes zoals oskar is het lokaliseren van nanos mRNA aan de posterior
zijde. Daarnaast zijn deze genen ook nodig voor het vormen van de posterior germplasma van de
eicel. Dit cytoplasma bevat kiemfactoren die later in de poolcellen terrecht komen. Nanos mRNA
wordt pas na de bevruchting getransleerd. Het nanos eiwit heeft posterior de hoogste concentratie.
De functie van nanos is het onderdrukken van hunchback (ook maternaal mRNA). Nanos voorkomt
de translatie door samen met Pumilio aan het hunchback mRNA te binden.
Maternaal hunchback wordt verspreid over het hele embryo. Hunchback is ook een zygotisch gen
wat wordt geactiveerd door bicoid.
Caudal is ook nodig voor posterior organisatie. Ook dit mRNA komt wordt na de bevruchting
getransleerd. Caudal is voor de bevruchting als mRNA over het hele ei verspreid maar het eiwit wordt
na de bevruchting door bicoid beperkt tot enkel posterior gebieden. Doordat de bicoid concentratie
posterior het laagste is, is de caudal concentratie hier juist het hoogste. De inhiberende werking van
bicoid is opmerkelijk omdat bicoid eigenlijk een transcriptiefactor is.
Torso is essentieel voor de ontwikkeling van de terminale uiteinden. Zonder telson wordt geen acron
en geen telson geproduceerd. Voor de specificatie van de terminale regio’s is de torso receptor nodig
die signalen stuurt naar het terminale cytoplasma. Torso wordt maternaal geproduceerd en is over
het hele plasmamembraan van de eicel aanwezig maar wordt na bevruchting enkel aan de terminale
eindes geactiveerd omdat de ligand die de activatie reguleert enkel terminaal aanwezig is. Het ligand
voor torso wordt afgesplitst van het Trunk eiwit. Trunk mRNA wordt door nurse cellen in de
perivitelline ruimte gesecreteerd. Trunk is in over de hele perivitelline ruimte aanwezig maar wordt
enkel bij de twee polen gesplitst tot de ligand voor torso. Trunk wordt door torso-like gesplitst wat
enkel door de follicle cellen aan de twee polen geproduceerd wordt. Trunk wordt vooral door torso
in de polen gebonden en kan niet ver diffunderen. De signalen van Torso (tyrosine kinase) resulteren
in de activatie van zygotische genen rond de twee polen.
Toll is een maternale factor die een receptor produceert betrokken bij de dorso-ventrale as. Toll is
over het hele plasmamembraan aanwezig maar de ligand wordt enkel in de ventrale vitelline
membraan geproduceerd. De ligand wordt geproduceerd uit Spätze, spätze is voor de bevruchting
over de hele perivitelline ruimte aanwezig maar wordt enkel door de ventrale follicle cellen verwerkt
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller FFV. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.20. You're not tied to anything after your purchase.