Dit zijn alle notities van hoofdstuk 1: basisconcepten
van het vak communicatiewetenschappen.
Dit vak wordt gegeven door Wannes Heirman. Ik heb met deze notities een 15/20 behaald.
Vrij jonge wetenschap pas erkend als wetenschap in de jaren ‘50
VOOR ’50 = iets natuurlijk, op intuïtie gebaseerd
MAAR er werd wel al over communicatie geschreven door filosofen etc.
Propaganda en media-effecten in WO1 en WO2
Beroerde de hele bevolking
Men dacht dat men mensen in beweging kon brengen via communicatie
e
!! 4 E v.C. = werken van Aristoteles, 3 kenmerken over “een goeie spreker”
Ethos hebben (= charisma, persoonlijkheid)
vb: Obama heeft een bepaalde, natuurlijke uitstraling
Pathos hebben = gevoelige snaar kunnen raken en inspelen op emoties
vb: Obama over kansarm zijn, betrok zijn oma in kansarme omstandigheden
Logos = betoog kunnen houden waarin uw argumenten logisch op elkaar zijn verder gebouwd
B. COMMUNICATIE?
Waarom communicatiewetenschappen?
= Er bestaan theorieën die getest worden a.d.h.v. onderzoeksmethodes (enquêtes, experimenten,…)
Ook vaak uitspraken die niet gegrond zijn in onderzoek (bv: school shootings // videogames) (meta-analyse)
= daarom is er nood aan communicatiewetenschappen
Storytelling = het vertellen van een relevant verhaal met specifiek doel voor ogen
Manier waarop je iets communiceert = heel belangrijk
Bedenkers van campagnes gebruiken vaak storytelling (infrabel; spoorlopen, thuis)
Veel meer impact op de mens
Communicatie is…
Face-to-face, monoloog, online, radio, tv, …
Verbaal/non-verbaal
We hechten veel belang aan non-verbaal
“IK BEN NIET BOOS” wel boos volgens non-verbaal
Communicatie w bestudeerd door verschillende wetenschapsdomeinen
Sociologie: bv wat doet het slankheidsideaal met vrouwen?
Dat is een reden wrm de sociologie naar communicatie gaat kijken
Politiek: invloed op de publieke opinie
Bedrijven etc.
Wat is de makkelijkste manier om een bepaald doelpubliek te bereiken?
, Hoe w communicatie gedefinieerd?
!! geen eenduidige definitie maar wel 2 grote scholen in de geschiedenis van com.wet.
1. Mededeling
= ook gehanteerd door de oudste communicatiemodellen (met oudste media)
Enkel zender + passieve ontvanger
Vb: eerste telefoon = ontvanger kon niet terugspreken
Een eenzijdig proces, eenrichtingsverkeer
2. Verbinding
Hoe verloopt communicatie op technisch vlak?
Hoe werkt een satelliet, telefoonlijn?
3. Uitwisseling van gedachten
= gehanteerd door de meest recente modellen
Heeft te maken met technologische innovaties (bv: uitvinden van email)
Beide kanten: zender + ontvanger = gelijkwaardig en gaan in interactie met elkaar
Examen verschil proces- en betekeniscreatieschool
Processchool
= focus: encoderen en decoderen v boodschappen, proces v verzenden en ontvangen
Alles draait om efficiëntie en accuraatheid
Communicatie met bedoeld effect (bv: persuasieve boodschappen)
Indien communicatie doel niet bereikt = communicatiefout zoeken waar het is misgelopen
Communicatie kan dus lukken/mislukken
“acts of communication”
Organisaties communiceren alleen als ze actief communiceren
In de nacht = de unief gesloten DUS ze communiceert niet
Betekeniscreatieschool
= focus: productie en uitwisseling v betekenissen
Verschillen in betekenisgeving tss zender & ontvanger ≠ noodzakelijk fout
Hoe wij die tekens decoderen en encoderen verschilt van gebruiker tot gebruiker (bv: cultureel)
Dat is niet erg volgens de betekeniscreatieschool
Je kunt NIET niet-communiceren, er is altijd communicatie
Bv: iemand indringend aankijken
Communicatie gaat hier bestudeerd w als een tekst semiotiek (tekenleer) en letteren
Geschreven tekst/ een video
“works of communication” kunst, soaps, …
Niet-intentioneel/ passieve ontvanger 3 4
Controversen en breekpunten zorgen voor de vraag: moet communicatie bedoeld zijn ja of nee? (dia 19)
De 4 kwadranten:
(1) = bij de bakker brood gaan halen, brood w gegeven en ontvangen
(2) = rood hoofd hebben door zenuwen, student wil dit niet MAAR prof ziet het wel
(3) = prof staat iets uit te leggen MAAR studenten dwalen af en horen hem niet
(4) = je hoort iemand op straat iets zeggen, maar je besteedt er geen aandacht aan
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lunaamolenberghs. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.86. You're not tied to anything after your purchase.