Gebaseerd op ideeën en slides van Prof. Dr. Eric Broekaert (1951-2016): oprichter van De
Kiem
NAAM: ‘ORTHOPEDAGOGIEK’
De term ‘orthopedagogiek’ werd voor het eerst gebruikt in 1949 (na WOII) toen werd het
tweede internationale congres voor de orthopedagogiek georganiseerd, maar daarvoor
werden eerst andere termen gebruikt:
- Heilopvoedkunde: ‘heil’ verwijst naar genezen, het medische staat hier vooral
centraal
o Men ging het probleem vooral bij het individu leggen
o Deze naam wordt nog steeds in Duitsland gebruikt (heilpedagogiek)
o Vanaf het Naziregime waarmee het woord ‘heil’ geassocieerd wordt, kwam
er kritiek op deze term
- Pedologie: de studie van het kind
o Deze beweging kwam vooral op ten opzichte van die medische beweging
en het is een beweging die vooral gaat kijken naar hoe we een kind kunnen
bestuderen vanuit verschillende perspectieven (het medische, maar ook
sociaal-culturele, psychologisch, .. perspectief) => biedt een breder
perspectief op het kind
o De term wordt vooral nog in Nederland gebruikt
- Orthopedagogiek: rond 1949 komt deze naam aanbod
o Ortho: ‘iets wat scheef is recht trekken’ en pedagogiek verwijst naar het
opvoeden van kinderen
o De pedagogische wortels die we vandaag de dag hebben vinden vooral hun
oorsprong in Duitstalige gebieden
CONNOTATIES VAN DE NAAMGEVING
- Heilopvoedkunde: deze term wordt vandaag nog in Duitsland gebruikt maar
wordt vandaag geassocieerd met het Naziregime vanwege ‘heil’
- Speciale pedagogiek: de ‘verbijzondering’ / de bijzondere orthopedagogiek
o Het verwijst naar het indelen in die verschillende doelgroepen: een
verstandelijke beperking, auditieve beperking, autismespectrumstoornis,…
o Deze ontwikkeling is vooral ontstaan door de bijkomende
professionalisering van het beroep (in jaren 80-90) waarbij er meer
onderzoek gebeurde naar specifieke beperkingen waardoor er veel kennis
werd geproduceerd maar waardoor er ook het hokjes denken is gekomen
(belangrijk om hier kritisch naar te blijven kijken!)
- Orthopedagogiek: nu noemt de afstudeerrichting ‘klinische orthopedagogiek en
disibility studies’
o ‘Klinische orthopedagogiek’ verwijst eigenlijk 2 keer naar hetzelfde
(tautologie)
De naam kwam er omwille van het wetgevend kader dat eraan
gekoppeld is, op die manier werden we een erkend beroep naast de
klinische psychologen
1
, o ‘Disablity studies’ : klinische orthopedagogiek gaat vooral over dat
ondersteunen, diagnosticeren terwijl disability studies daarbij ook nog het
maatschappelijke perspectief rond beperking binnen brengt waardoor we
ook een stukje kritisch durven kijken naar de omgeving en
maatschappelijke structuren waardoor iedereen volwaardig kan
functioneren in deze maatschappij
o Hoe wordt orthopedagogiek in het buitenland vertaald? ‘Special needs of
special education’ => maar dekt niet volledig de lading!
DEFINITIE
Orthopedagogiek is het methodisch, doelgericht en zinvol handelen in moeilijke
opvoedingssituaties
- Methodisch: orthopedagogen gaan methodisch aan de slag en gaan daarbij
methodieken hanteren die evidence-based zijn, waarvan we weten dat ze effectief
zijn
o Aangezien het niet makkelijk is om te bewijzen dat methodieken evidence-
based zijn, is er de laatste jaren ook meer acceptatie gekomen voor
practice based evidence (kennis die vertrekt uit de praktijk) dat nu als een
gelijkwaardige bron van kennis wordt gezien
- Doelgericht: orthopedagogen richten zich op bepaalde doelen
o Deze doelstellingen worden ook vaak SMART geformuleerd: specifiek,
meetbaar, acceptabel, realistisch, tijdsgebonden
o Ook van belang omwille van inspectie: zij gaan na of organisaties tegemoet
komen aan de doelstellingen die ze voorop stellen
- Zinvol: goed, ethisch handelen
o Hangt natuurlijk samen met maatschappelijk referentiekader wat we
verstaan onder goed, ethisch en zinvol handelen
o We beogen dat ons handelen leidt tot een betere levenskwaliteit, meer
participatie en een inclusievere samenleving
- Handelen: het is de kern van de orthopedagogiek, we gaan dingen doen, met
mensen aan de slag in de praktijk in het hier en nu
o Hoe het handelen vorm krijgt kan ook weer verschillen van je persoonlijk
en het maatschappelijk referentiekader
- Moeilijke: ook hier zien we een bepaalde machtsverhouding want wie gaat er
bepalen of een bepaalde situatie moeilijk is? De jeugdrechter, de orthopedagoog,
…
- Opvoedingssituaties: dit zouden we graag willen uitbreiden naar levensituaties,
aangezien het ook gaat over volwassenen
DIFFERENTIATIE BINNEN ORTHOPEDAGOGIEK
Wanneer we kijken naar de organisatie binnen de orthopedagogiek wordt er vaak een
onderscheid gemaakt tussen de:
- Organisatorische orthopedagogiek: dit gaat voornamelijk over hoe gaan we
beleidsmatig het orthopedagogische veld gaan indelen en hoe heeft het
orthopedagogische denken invloed op een organisatie
o Hoe worden organisaties opgebouwd? Hoe zien teams eruit? Hoe worden
die gefinancierd?
o De beweging gaat bijv. de verschuiving van de grote organisaties naar
kleinere organisaties bestuderen (denk aan de vermaatschappelijking)
2
, - Theoretische orthopedagogiek: Broekaert stelde dat theoretische
orthopedagogen over grote complexe vraagstukken uit de orthopedagogiek gaat
nadenken
- Bijzondere orthopedagogiek: gaat over het handelen met de bijzondere
doelgroepen
- Algemene orthopedagogiek: deze stroming probeerde alle orthopedagogische
begrippen, concepten, begrippen vanuit een algemeen kader
o Momenteel is deze beweging niet meer zo doorleefd
o Ter Horst, Broekaert,..
IN VLAANDEREN: GENT
De Gentse orthopedagogiek hun roots zijn ontstaan bij het OC de Nieuwe Vaart (hier is de
vakgroep ook ontstaan): dit is een MFC en een school voor kinderen met gedrags- en
emotionele stoornissen (type 3 school), het is mede opgericht door de 2 psychiaters:
- Nyssen Rene (1934-1945): psychiater
- De Busscher Jacques (1946-1966): psychiater
o Deze was sterk gestoeld in de psycho-analyse (Rene was dit totaal niet!)
Deze psychiaters waren gespecialiseerd in het werken met volwassenen met
psychiatrische moeilijkheden die ervoor gekozen hebben om de Nieuwe Vaart een
consultatiebureau op te richten voor kinderen en jongeren: ze waren pioniers die ook
naar de noden van kinderen en jongeren te kijken
- Zeker in die tijd, rondom de wereldoorlog waarbij er op een bepaalde manier
gekeken werd naar kinderen was dit toch wel zeer moedig
- Dus onze roots van de Gentse orthopedagogiek liggen sterk in het psychiatrische
stuk
o Dit is bijvoorbeeld anders in Leuven: zij komen meer van het
onderwijskundige stuk
Hierna kwam de eerste pedagoog Wens Maria (70-85) die de opdracht kreeg van Rene
en Jacques om met kinderen aan de slag te gaan en daar ook les te geven
Daarna komt de professor Broekaert Eric (85-16), de eerste orthopedagoog aan de
opleiding die een heel integratieve, holistische orthopedagogiek gaat binnenbrengen
STROMINGEN: NEDERLANDSTALIG
De verschillende orthopedagogische stromingen die bestaan binnen de Nederlandse
gebieden geven vooral aan dat deze ook altijd naast elkaar hebben kunnen bestaan en
dat we ze kunnen onderscheiden maar dat ze ook wel van elkaar hebben geleerd
- Fenomenologische school: deze richten zich op het interpreteren, ze proberen
verschijningsvormen te interpreteren (ze gaan dus niet)
o Langeveld
o Lubbers
o Utrechtse school
3
, Met pedagoog Kok die niet door met mensen in gesprek te gaan,
maar vooral door te observeren zicht probeerde krijgen op
fenomenen)
Ter horst stelde hier aansluitend bij dat het is door samen te eten,
samen te spelen dat je zicht krijgt op de fenomenen
- Het medische voorbij: deze beweging zet zich vooral af tegen die sterke
‘medische’ focus
o Vliegenhart: ‘kinderen die anders in de wereld staan’ (meer het sociale
komt hier aan bod)
o Van Gelder: ‘de pedagogische situatie van het kind’ (belang van context
wordt hier benoemd!)
Ze gaan dus minder naar het kind kijken vanuit een defect of
stoornis
- Handelen en dialoog:
o Ter Horst: ‘orthopedagogische grondvormen van dialoog’ => hij voegde
dus aan het handelen, het dialoog toe: het in interactie gaan / in gesprek
gaan
o Kok: ‘de studie van het handelen zelf’
Ze zijn dus grote voorlopers van het handelingsgerichte
Ze zijn beide ook geschoold in de fenomenologische school
- Kritische stroming:
o Van Gennep (Nederland)
o Van Hove (Gent)
Ze hebben vooral het maatschappijkritische benadrukt: de
structuren in de samenleving, … (staan kritisch ten opzichte
het persoonlijke model)
- Positivistisch: deze staat haaks op de kritische stroming, het zijn een aantal
pedagogen die het natuurwetenschappelijke gaan binnenbrengen, ze gaan
pedagogische situaties in deeltjes gaan indelen en het zo het geheel gaan
proberen begrijpen (ze stellen daarbij empirisch (kwantitatief) onderzoek centraal)
andere stromingen stellen net dat we naar het geheel moeten kijken
o Rispens
o Dumont
o Van Der Ploeg
- Integratieve orthopedagogiek
o Broekaert: hij stelde dat het net zo boeiend is dat de verschillende
stromingen naast elkaar kunnen bestaan, door we ze net samen te
brengen en zo ideeën te laten botsen kunnen er nieuwe ideeën ontstaan
Alle stromingen zijn even waardevol
DUITSTALIGE GEBIEDEN
In de Duitstalige gebieden zijn er 2 voornamelijk stromingen geweest
- Heilpädagogik
- Sonderpädagogik: de bijzondere pedagogiek, vooral gefocust op specifiek
onderwijs
Er zijn ook verschillende stromingen gepasseerd in de Duitstalige gebieden en dit ligt ook
heel gelijkaardig met de stromingen die in de Nederlandstalige gebieden passeerde
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Studentjepedagogie. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.11. You're not tied to anything after your purchase.