Deze uitgebreide samenvatting is gebaseerd op het boek Testtheorie. Met deze samenvatting heb je een goede voorbereiding voor het tentamen. Ik heb het hiermee in 1 keer gehaald.
Hoofdstuk 1: Historische ontwikkeling van het testen
1.1: periode voor het verschijnen van de Binet-Simon-test (1900)
Binet-Simon-test: eerste waardevolle intelligentietest, waarvan de eerste versie verscheen in 1905.
De test bestaat uit een steekproef van complexe opgaven waarvoor het kind zich in het dagelijks
leven en de schoolpraktijk gesteld ziet. De opgaven behandelen een groot scala van problemen, maar
zijn sterk verbaal van aard.
Het ‘nieuwe’ in Binets benadering:
Nadruk leggen op complexe i.p.v. eenvoudige mentale processen
o Begrip
o Geheugen
o Oplossen van problemen
o Verbeeldingskracht
Empirisch georiënteerd. Opgaven die niet functioneerden werden verwijderd.
Totaalscore om het intelligentieniveau weer te geven
Voor de periode Binet werden hoofdzakelijk psychofysische tests gebruikt in de laboratoriumsituatie.
Aan het begin van de 20e eeuw kwam er meer wetenschappelijke aandacht voor de test. Dit houdt in
dat beslissingen over mensen moeten gebaseerd moeten zijn op empirische fundering van een test.
Pearson heel veel betekend voor statistiek en testpsychologie, hij ontwikkelde:
Multiple correlaties
Factoranalyse
Begrip ‘rangordecorrelatie’
1
,Testontwikkeling liep via 3 lijnen:
Testontwikkeling binnen de psychiatrie
o De behoefte om verschillen in geestelijke afwijkingen te diagnosticeren, zoals
verschillen tussen geesteszieken en de verschillende gradaties in zwakzinnigheid.
Methodiek van de experimentele psychologie
o Stimulerende werking:
Exacte beschrijving van experimenteercondities
Controleren van de variabelen
Nauwkeurige verwerking van de resultaten
o Remmende werking:
Nauwkeurige verwerking van uitkomsten, want verschillen tussen
proefpersonen werden toegeschreven aan fouten van het
experimenteerproces i.p.v. aan werkelijke verschillen in vaardigheid.
o De experimentele psychologie was in tegenstelling tot de testontwikkelaars vooral
geïnteresseerd in generaliseerbaarheid van de wetten.
Genetica
o Onderzoek naar de erfelijke verklaring van individuele verschillen (genetica) wat met
name een grote invloed had op de statistische kant van testonderzoek (Cattell). In
vervolgonderzoek van Galton kwamen 3 elementen voor die een pijler van het
wetenschappelijk testonderzoek zouden gaan vormen:
Wenselijkheid van het onderzoek van individuele verschillen
Noodzaak van systematisering van onderzoekstechnieken, anders zijn de
resultaten onvergelijkbaar en de conclusies niet generaliseerbaar
Resultaten van de onderzoeken presteren als afwijkingen van het gemiddelde
1.2: Periode tussen het verschijnen van de Binet-Simon-test en de Eerste Wereldoorlog
In deze periode vormde de Binet-Simon-test de aandrijvende kracht voor de verdere ontwikkeling van
de intelligentiemeting. De gestandaardiseerde testmethode had ook invloed op het objectiveren van
de schoolprestaties door middel van educational achievement-tests. Testen op grote schaal en
validatieonderzoek naar de samenhang tussen prestaties op de tests met criteria (zoals schoolsucces)
werd in deze periode nog niet gedaan.
Twee-factorentheorie: volgens Spearman (1904) spelen er in alle tests 2 intelligentiefactoren een rol:
Algemene (g-)factor
o Binet’s test verwijst hiernaar, doordat hij een breed scala van complexe opgaven had
geselecteerd
Specifiek (s-)factor
2 belangrijke test-technische eisen waaraan moest worden voldaan bij de eerste Stanford-Binet
(1916):
Standaardinstructies
Constructie van normen op grond van een representatieve steekproef
Terman nam van Stern het idee over om het intelligentieniveau (IQ) te bepalen aan de hand van de
volgende berekening:
IQ = (mentale leeftijd (ML) / chronologische leeftijd (CL)) * 100
Educational achievement tests (Burt & Thorndike): hiermee kon men achtergebleven leerlingen als
zodanig herkennen en de prestaties van verschillende scholen objectief vergelijken.
2
,1.3: Van het begin van de Eerste tot de Tweede Wereldoorlog
De ontwikkeling van de testtheorie en het testgebruik in deze periode:
Erkenning dat de psychologische test een positieve bijdrage kan leveren in verschillende
beslissingssituaties
Ontwikkeling van het testen kwam in een stroomversnelling terecht
o Noodzaak om grote groepen mensen te selecteren voor functies en opleidingen van
sterk uiteenlopende inhoud en zeer verschillend niveau
o Toenemend aantal migranten
o Toenemende specialisaties, differentiatie en vertechnisering van prooductieproces
Toepassen van psychologie buiten laboratoriumsituaties
Theoretische verantwoording op basis van psychologische inzichten en de methodologische
verantwoording bleven vaak achterwege.
Duidelijke accentverschillen tussen de continentaal-Europese en de Amerikaanse benadering.
o Amerika het bepalen van de kansen van de onderzochte op een positief resultaat
in de te voorspellen situatie. Gedomineerd door praktisch behoefte. De kwantitatief,
verwerkbare groepstest werd gebruik om te bepalen tot welke klasse iemand
behoorde (actuarische wetenschap).
Deze tests waren voornamelijk non-verbaal, omdat veel immigranten de
Engelse taal onvoldoende beheerste. Deze tests werden ook toegepast op
het specifieke terrein van intelligentieonderzoek van gehandicapten, zoals
motorisch en perceptueel gestoorden.
Terman Merrill (Stanford-Binet) en The Wechsler-series (WAIS, WISC)
o Europa fenomenologische of intuïtieve methode. Het ging om de individuele
diagnostiek, wijze waarop taak wordt verricht, werkinstelling, houding, de totaliteit
van de persoon van de onderzochte, om diens beleven, structuur en dynamiek. De
test had hierin een ondergeschikte rol.
Army Alpha: een test met verschillende soorten opdrachten, zoals rekenopgaven, denksommen en
het aangeven van woordbetekenissen. Deze schriftelijke test was ervoor gemaakt om in vrij korte tijd
het intelligentieniveau van grote groepen te bepalen.
Zowel in Engeland als in Amerika wordt grote aandacht besteed aan de objectieve evaluatie van
schoolprestaties.
Criteriumgedrag: door middel van een test gedrag buiten de testsituatie proberen te voorspellen.
7 groepsfactoren die door Thurstone werden geïdentificeerd (1930):
Verbal comprehension (verbaal begrip)
Word fluency (woordvlotheid)
Number facility (getalvaardigheid)
Spacial visualization (ruimtelijk inzicht)
Associative memory (associatief geheugen)
Perceptual speed (waarnemingssneheid)
Reasoning (redeneervermogen)
Het meest uitgewerkte alternatief voor bovenstaande factoren is het system van intelligentiefactoren
volgend Guildford (1967). Hij baseerde zijn tests op een factor analytisch systeem.
3
, 3 dingen waarop Thurstone in de theorievorming een sterk stimulerende invloed heeft gehad:
Aandacht dient gericht te zijn op een kritische evaluatie van de test
Relatie tussen test en criterium dient van tevoren zijn aangetoond
Resultaten van een test moeten betrouwbare scores opleveren
3 methoden van het testen van de persoonlijkheid worden onderscheiden:
Observatietests: geven inzicht in de kwalitatieve aspecten van de prestatie. Niet erg
betrouwbaar en objectief.
Persoonlijkheidsvragenlijsten en biografische anamnestische vragenlijsten:
gestandaardiseerde psychiatrische interviews in een vragenlijst verwerkt om potentiële
psychiatrische patiënten te identificeren en bij selectie voor bepaalde functies.
Projectietests: een stimulus wordt aangeboden waarop de persoon vrij mag reageren al
naargelang de betekenis die deze stimulus voor hem of haar heeft of de associaties die hij
oproept. In deze reactie wordt iets van de persoon openbaart en de psycholoog interpreteert
deze reacties.
o Inktvlekkentest van Rorschach (1921)
o Thematic Apperception Test (TAT), waarbij afbeeldingen van situaties door de
respondent moeten worden geïnterpreteerd, van Morgan & Murray (1935)
1.4: Van het begin van de Tweede Wereldoorlog tot heden
Vanaf deze periode is er sprake van een sterke toename van het aantal beschikbare tests en een
kritische bezinning op de methodische grondslagen van het testgebruik.
Samenwerking in VS van psychologen met keurings- en selectiediensten leidde tot:
Toename selectie- en diagnostische test
Professionalisering selectie- en plaatsingsbeleid
Constructieve en kritische bezinning op psychologische principes van testonderzoek
o Army General Classification Test (AGCT): deze test werd vooral gebruikt voor
selectiedoeleinden, meer dan 9 miljoen personen werden onderzocht.
Differentiële testbatterijen: werden ontwikkeld om inzicht te krijgen in de structuur van
vaardigheden.
Met behulp van schoolvorderingentests kunnen vergelijkingen worden gemaakt tussen de resultaten
van vooropleidingen.
2 redenen waarom opleidings- en kennistests worden gebruikt:
Voorspellen van toekomstige prestaties van een kandidaat
Opleidingsprogramma’s evalueren
3 aspecten van de ontwikkeling van testtheorie en testgebruik waarin de belangstelling voor het
meten te constateren is:
Oprichten van testinstituten
o Educational Testing Service (ETS): niet alleen gericht op toegepast onderzoek en
testconstructie, maar ook fundamenteel psychometrisch onderzoek.
o CITO
Geïnspireerd door ETS
Toename van communicatie met betrekking tot tests en testonderzoek (tijdschriften)
Verschijnen van talrijke handboeken over testgebruik
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller DionneCoolbergen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.57. You're not tied to anything after your purchase.