Inhoudsopgave
1 Wereldwijde economische groei........................................................................................... 2
2 Groeitheorie ........................................................................................................................ 4
3 Productiviteit ....................................................................................................................... 5
3.1 Het begrip .............................................................................................................................. 5
3.2 Bepaling van de productiviteit............................................................................................... 6
3.2.1 Fysieke kapitaal ............................................................................................................. 6
3.2.2 Menselijk kapitaal ......................................................................................................... 6
3.2.3 Natuurlijke hulpbronnen .............................................................................................. 6
3.2.4 Technologische kennis .................................................................................................. 7
4 De determinanten van economische groei ............................................................................ 7
4.1 Solow Growth Model............................................................................................................. 7
4.2 Het lange termijn evenwicht ................................................................................................. 9
5 Oorzaken van groei ............................................................................................................ 13
5.1 Veranderingen in de spaarquote ......................................................................................... 13
5.2 Toename van de bevolking & verdunning van de kapitaalvoorraad ................................... 15
6 Endogene groeitheorie ....................................................................................................... 16
7 Economische groei en overheidsbeleid ............................................................................... 17
7.1 Open economie ................................................................................................................... 17
7.2 Onderwijs............................................................................................................................. 18
7.3 Gezondheid en voeding ....................................................................................................... 18
7.4 Eigendomsrechten ............................................................................................................... 18
7.5 Vrijehandel .......................................................................................................................... 18
7.6 Onderzoek en ontwikkeling ................................................................................................. 18
7.7 Bevolkingsgroei.................................................................................................................... 19
CHAPTER 21: PRODUCTIE & GROEI 1 van 19
, CHAPTER 21: Productie & groei
“Waarom verschillen groeipercentages aanzienlijk van land tot land?”
“Hoe kunnen de rijke landen er zeker van zijn dat ze hun hoge levensstandaard behouden?”
“Welk beleid moeten arme landen voeren om een snellere groei te bevorderen?”
- De levensstandaard van een land hangt af van het vermogen om goederen en diensten te produceren
• Het bbp per hoofd neemt het niveau van het reële bbp op een bepaald moment en deelt dit
door de bevolking
Handig voor vergelijkingen tussen landen
• Het bbp per werknemer is een maatstaf die aangeeft hoeveel goederen en diensten
gemiddeld worden geproduceerd per werknemer
- De productiviteit verwijst naar de hoeveelheid goederen en diensten die worden geproduceerd
door één werknemer gedurende één uur
Dit is een belangrijk gegeven want de levensstandaard van een land wordt bepaald door de
productiviteit van zijn werknemers
1 Wereldwijde economische groei
- De levensstandaard, gemeten door het reële bbp per persoon, verschilt aanzienlijk tussen landen:
• Canada is een geavanceerde economie
In 2019 bedroeg het bbp per persoon 51.589 dollar
• China is een middeninkomensland
In 2019 bedroeg het bbp per persoon 8.255 dollar
• Afghanistan is een land met een laag inkomen
In 2019 bedroeg het bbp per persoon slechts 573 dollar
GDP per capita (current US$) - Iceland, China, Belgium, Monaco, Afghanistan
- Redenen waarom Monaco zo een hoog bbp per capita heeft:
• Weinig inwoners
• Lage belastingen (hierdoor gaan veel buitenlandse bedrijven zich vestigen in het land)
• Financiële dienstverlening (gaat niet zo zeer productiebedrijven vinden in het land)
- IJsland kent voornamelijk een sterke groei door toerisme
CHAPTER 21: PRODUCTIE & GROEI 2 van 19
, Real GDP Per Capita, Constant 2010 US $, Selected Countries
• Bhutan: Heeft “maar” een reëel bbp per capita van 3.262 dollar, maar hebben andere
maatstaven om het geluk van de mensen te meten [ZIE HOOFDSTUK 20]
• Europa: Reëel bbp per capita is verviervoudigd van 1960 tot en met 2019
• Ierland: In 2019 een reëel bbp per capita van 79.703 dollar
Vergeleken met Europa is dit twee keer zo groot
(komt voornamelijk door de vestiging van buitenlandse bedrijven)
• Republiek Congo: Beschikt over enorm rijke grondstoffen (goud, diamant…) en slagen er toch niet
in om te groeien
Dit heeft veel te maken met het beleid van de overheid, overheersing, uitputting van
grondstoffen waarbij de lokale bevolking niet kan beschikken over de opbrengsten
ervan
• Japan: Is een eilandengroep die niet veel beschikt over grondstoffen, maar hebben toch een
enorme groei gekend
Dit komt voornamelijk door het inzetten op technologie en scholing
• Verenigd Koninkrijk: We zien elk jaar een stijging, maar deze stijging neemt sterk af doorheen
de jaren
- The Magic of Compounding and the Rule of 70: Als een variabele jaarlijks met 𝑥 % groeit, zal het
70
ongeveer jaar duren voordat deze variabele verdubbeld is
𝑥
VOORBEELD:
Veronderstel een groeipercentage van 4,1 % per jaar
70
4,1
= 17,07 (Het zal 17 jaar duren om de levensstandaard1 te verdubbelen)
Veronderstel een groeipercentage van 2,0 % per jaar
70
= 35 (Het zal 35 jaar duren om de levensstandaard te verdubbelen)
2
1 als we de groeivoet (= variabele) als een maatstaf nemen voor de levensstandaard
CHAPTER 21: PRODUCTIE & GROEI 3 van 19
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller evsmts. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.01. You're not tied to anything after your purchase.