100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
B2 Formeel strafrecht samenvatting $7.16
Add to cart

Summary

B2 Formeel strafrecht samenvatting

 8 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

B2 Formeel strafrecht samenvatting

Preview 4 out of 46  pages

  • July 7, 2024
  • 46
  • 2023/2024
  • Summary
avatar-seller
B.F. Keulen & G. Knigge – Strafprocesrecht

Hoofdstuk 1 – Inleiding = NIET AF, UIT BOEK

1.1 Aard en doel van het strafproces
1.1.1 Een tweeledig hoofddoel
 Het doel van het strafproces is het verzekeren van een juiste toepassing van het abstracte
materiële strafrecht. Dat doel is tweeledig. Het doel is enerzijds te bewerkstelligen dat de
schuldigen worden gestraft. Dat doel rechtvaardigt onder meer de toekenning van soms
ingrijpende onderzoeksbevoegdheden aan de met opsporing en vervolging belaste autoriteiten.
Het doel is anderzijds het voorkomen van de bestraffing van onschuldigen. Veel strafprocessuele
voorzieningen hebben dan ook een waarborgkarakter.
 Dubio pro reo-beginsel  verdachte krijgt het voordeel van twijfel. 338 Sv.

1.1.2 Bijkomende doelen
 Hoofddoel  het tot gelding brengen van het materiële strafrecht in het concrete geval.
 Bijkomende doelen:
 Eerbiediging van de rechten en vrijheden van de verdachte.
 Eerbiediging van de rechten en vrijheden van andere betrokkenen.
 Procedurele rechtvaardigheid.
 Demonstratiefunctie.

1.1.3 Strafproces en waarheidsvinding
 Het is niet zo dat altijd moet worden vrijgesproken als de waarheid niet volledig kan worden
achterhaald. Voor een veroordeling wegens het medeplegen van doodslag is bijvoorbeeld
voldoende dat bewezen kan worden dat de verdachten het feit samen hebben gepleegd. Niet
vereist is dat vast komt te staan wie van hen de fatale klap heeft uitgedeeld.
 Waarheidsvinding vormt een afgeleide van het eigenlijke doel, te weten de juiste toepassing van
de strafwet.
 Naar de waarheid moet worden gezocht omdat en voor zover een verantwoorde beslissing om
vaststelling van de feiten vraagt.

Hoofdstuk 2 – Karakter en gang van het Nederlandse strafproces = NIET AF, UIT BOEK

2.6 Het strafproces in fasen
2.6.2 Opsporing
 De strafvordering begint met de opsporing.
 Vroeger was het niet veel meer dan het noodzakelijke opstapje naar het echte onderzoek, dat
hoofdzakelijk door de RC werd verricht. Dit veranderde geleidelijk in de loop van de 19e eeuw. Het
opsporingsonderzoek werd steeds belangrijker.
 2013  afschaffing gerechtelijk vooronderzoek
 De kern van het vooronderzoek bestaat tegenwoordig in alle gevallen uit een
opsporingsonderzoek. Dat onderzoek wordt verricht onder het gezag van de OvJ  132a Sv.
 De RC ontleent zijn positie aan zijn hoedanigheid als rechter, aan zijn onpartijdigheid en zijn
onafhankelijkheid. Zijn optreden maakt deel uit van de checks and balances waarmee het
opsporingsonderzoek is omgeven. Niet meer zelf met de leiding van het onderzoek belast.
 Wanneer begint de opsporing? Van opsporing kan worden gesproken vanaf het moment waarop
het vermoeden rijst dat een strafbaar feit is begaan. Vanaf dat moment kan het optreden van de
politiële en justitiële autoriteiten in elk geval als opsporing worden aangemerkt.
 Dat vermoeden kan op verschillende manieren rijzen. Het kan zijn dat het feit onder de aandacht
van de autoriteiten is gebracht doordat een burger daarvan aangifte doet, het kan ook zijn dat het
feit door die autoriteiten zelf is ontdekt. Soms kan iemand meteen als verdachte worden
aangemerkt  als de politie een inbreker op heterdaad betrapt. Spoor van een mogelijk dader
ontbreekt nog  als een burger ontdekt dat bij hem is ingebroken en daarvan aangifte doet.

,  141 en 142 Sv  opsomming van de personen die met de opsporing zijn belast. Belangrijkste
categorie in 141 Sv is ambtenaren van politie  nemen het leeuwendeel voor rekening.
 127 Sv  alle personen die met de opsporing van het strafbare feit zijn belast, zijn
opsporingsambtenaren.
 OvJ  148 Sv, lid 2  bevelen geven. Gezag  bevelsbevoegdheid.
 De mate waarin de OvJ feitelijk betrokken is bij het opsporingsonderzoek, verschilt van zaak tot
zaak. Meestal in grote zaken van maatschappelijk gewicht, bepaalt de OvJ daadwerkelijk de
inhoud en de richting van het onderzoek mee. In andere gevallen wordt de OvJ incidenteel
ingeschakeld als zijn medewerking nodig is voor de toepassing van bepaalde dwangmiddelen of
opsporingsmethoden. Bij veel opsporingsonderzoeken nihil betrokken  dan ziet hij alleen
achteraf de resultaten in de vorm van een proces-verbaal. Maar ook in die zaken is hij
verantwoordelijk  behoorlijkheid. Waarborgfunctie gezag.
 Bevoegdheden ambtenaren  arrestatie van verdachte, 53 en 54 Sv. Voorwerpen in beslag
nemen en plaatsen betreden, 95 en verder Sv. Stelselmatige observatie en telefoon afluisteren,
126 Sv. Wel ingekleed tegen machtsmisbruik.
 54 Sv  aanhoudingsbevel OvJ nodig.
 Afluisteren telefoon  machtiging RC vereist.
 Over inbeslagneming van voorwerpen kan de beslagene achteraf klagen bij rechter  552a Sv.
 Hulpofficier van justitie  geen deel van OM.  146a Sv  gekwalificeerde ambtenaren van de
politie. Zij hebben een aanvullende rol bij de bewaking van de kwaliteit en de behoorlijkheid van
het opsporingsonderzoek. Het is vrijwel steeds de op het politiebureau aanwezige HOvJ waarvoor
de verdachte wordt geleid. Beoordeelt de rechtmatigheid van de aanhouding. Kan bevelen dat de
verdachte langer wordt vastgehouden.

Hoofdstuk 3 – Kennismaking met het EVRM = NIET SAMENGEVAT, UIT BOEK

Hoofdstuk 4 – Het strafprocessuele model = NIET SAMENGEVAT, UIT BOEK

Hoofdstuk 5 – De toegang tot de rechter = NIET AF, UIT BOEK

5.4 Buitengerechtelijke afdoening
De buitengerechtelijke afdoening heeft een hoge vlucht genomen. Vier constructies:
a. Bestuurlijke beboeting
Deze vorm vindt regeling in het bestuursrecht.
b. Transactie
74 lid 1 Sr bepaalt dat de OvJ voorwaarden kan stellen ter voorkoming van de strafvervolging. Dat kan
zowel in geval van overtreding als in geval van misdrijf, mits op dat misdrijf geen gevangenisstraf is gesteld
van meer dan 6 jaar. Voorwaarden staan in lid 2. Door voldoening aan de voorwaarden vervalt het recht
op strafvordering. De afdoening levert formeel geen bestraffing op. Maar in feite fungeert de transactie
wel als een vorm van buitengerechtelijke bestraffing. Het afkopen van strafvervolgingen en het onbestraft
laten van misdrijven valt moeilijk te rechtvaardigen als dat niet zo zou zijn.
c. Voorwaardelijk sepot
167 lid 2 Sv bepaalt dat het OM de beslissing of de verdachte al dan niet wordt vervolgd voor een
bepaalde termijn kan uitstellen onder het stellen van bepaalde voorwaarden. 242 lid 2 Sv bevat een gelijke
voorziening voor de kennisgeving van niet verdere vervolging. Voorwaardelijk sepot  als de verdachte
zich aan de gestelde voorwaarden houdt, mag hij erop vertrouwen dat de OvJ van verdere vervolging zal
afzien. Formeel stelt de OvJ zijn beslissing uit, maar in feite beslist hij dat de zaak door de voldoening aan
bepaalde voorwaarden kan worden afgedaan. OvJ is vrij in de te stellen voorwaarden.
d. Strafbeschikking/OM-boete
257a Sv  de OvJ heeft de bevoegdheid een strafbeschikking uit te vaardigen. De OM-boete heeft veel
weg van de bestuurlijke boete. Een belangrijk verschil is echter dat zij regeling vindt in het strafrecht. Het
revolutionaire van deze wet is dat de buitengerechtelijke afdoening wordt geconstrueerd in de vorm van
bestraffing. Het OM kan een straf opleggen, het uitvaardigen van een strafbeschikking is een vorm van
vervolging. Met de procesverplichtiging wordt dus open en bloot gebroken. Hoe valt dit te rijmen met 113

,lid 1 Gw? Gesteld wordt dat het uitvaardigen van een strafbeschikking geen berechtiging oplevert. Die
berechtiging wordt voorbehouden aan de rechterlijke macht. Daarbij wordt aan het recht dat de verdachte
daarop heeft, niet getornd. Door verzet te doen kan de verdachte immers alsnog berechtiging
bewerkstelligen.

Hoofdstuk 6 – Het Openbaar Ministerie en de vervolging

6.1 Inleiding
Centrale taak OM  vervolging strafbare feiten.

6.2 De organisatie van het Openbaar Ministerie
 134 RO  het OM bestaat uit 6 parketten.
 130 RO  college van procureurs-generaal staat aan het hoofd van het OM.
 OM valt onder de verantwoordelijkheid van de Ministier van JV  127 RO.
 Bij elke rechtbank hoort in beginsel een eigen parket.
 Bij een arrondissementsparket zijn de volgende rechterlijke ambtenaren werkzaam 
hoofdofficier van justitie, een plaatsvervangend hoofdofficier van justitie, officieren van justitie,
plaatsvervangende officieren van justitie, officieren van enkelvoudige zittingen en
plaatsvervangende officieren enkelvoudige zittingen.
 Lees 126 RO.
 De officier van justitie wordt bij het landelijk parket met de vervolging van twee categorieën
strafbare feiten belast: de misdrijven die gezien hun ernst of frequentie dan wel het
georganiseerd verband waarin zij worden gepleegd een ernstige inbreuk op de rechtsorde maken
en voor de bestrijding waarvan een hoge mate van gespecialiseerde deskundigheid noodzakelijk is
+ misdrijven die in nationaal of internationaal verband worden gepleegd en waarvoor vervolging
door het landelijk parket, gezien de taakverdeling tussen de regionale eenheden van de politie en
een dienst van de landelijke eenheid van de politie in aanmerking komt.
 OvJ taken bij landelijk parket  148b jo. 9 lid 3 Sv.
 Bijzondere opsporingsdiensten zijn, onder gezag van de OvJ, belast met de strafrechtelijke
handhaving van de rechtsorde op de beleidsterreinen waarvoor de minister onder wie een
bijzondere opsporingsdienst ressorteert, verantwoordelijkheid draagt. De tweede taak betreft de
strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde op een beleidsterrein waarvoor een andere
minister de verantwoordelijkheid draagt en die door die minister in overeenstemming met de
betrokken minister en de Minister van JV aan die bijzondere opsporingsdienst is opgedragen.
Voorts gaat het om opsporingshandelingen in verband met strafbare feiten die zijn geconstateerd
in het kader van die taakuitoefening en die daarmee verband houden en tot slot om de opsporing
van andere strafbare feiten indien de opsporing daarmee belast is door de OvJ.

6.3 De taken van het Openbaar Ministerie
6.3.1 Inleiding
124 RO  belast met strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde en andere bij de wet vastgestelde
taken.

6.3.2 De tenuitvoerlegging
 De rol van het OM bij de tenuitvoerlegging van strafvonnissen is in de loop der jaren kleiner
geworden. Als het bij de tenuitvoerlegging meer gaat om een efficiënte organisatie, kan ook het
Ministerie van JV een rol spelen. Veel taken in het kader van de tenuitvoerlegging zijn daar
beland.
 De wet bepaalt sinds kort dat de tenuitvoerlegging van rechterlijke beslissingen en
strafbeschikkingen geschiedt door de Minister van JV. Het OM verstrekt daartoe de beslissing aan
de minister, en voegt daar in voorkomend geval het advies van de rechter omtrent de
tenuitvoerlegging bij  6:1:1 Sv.
 OM kan minister adviseren over tijdens de tenuitvoerlegging te nemen besluiten  6:1:10 Sv.

,  Het OM is belast met het toezicht op de naleving van voorwaarden en van maatregelen en
aanwijzingen die het gedrag van de verdachte of veroordeelde betreffen  6:3:14 Sv.

6.4 De vervolging
6.4.1 Inleiding
 Vervolging  de fase van de strafvordering die na de opsporing begint en die eindigt met de
aanvang van de tenuitvoerlegging.
 De wet kent een aantal vorderingen die met de vervolging belaste ambtenaar bij de rechter kan
doen. Daartoe behoort ten eerste de dagvaarding: de zaak wordt daardoor ter terechtzitting
aanhangig gemaakt (258 Sv). De OvJ kan ook vorderen dat de RC met het oog op de opsporing van
een strafbaar feit onderzoekshandelingen verricht (181 Sv). En de wet kent ook de mogelijkheid
dat de RC op vordering van de OvJ een bevel tot bewaring verleent (63 Sv).

6.4.2 Vervolging door strafbeschikking
 Buitengerechtelijke afdoening van strafbare feiten kan plaatsvinden via een strafbeschikking
waarin straffen, maatregelen en aanwijzingen kunnen worden opgelegd  257a en verder Sv.
 Zaak afdoen buiten de rechter om.

6.4.3 De beslissing tot vervolging
 De beslissing tot vervolging wordt genormeerd in 167 en 242 Sv. Indien het OM naar aanleiding
van het ingestelde opsporingsonderzoek van oordeel is dat vervolging plaats moet hebben, gaat
het daartoe zo spoedig mogelijk over  167 lid 1. Dat kan (onder andere) door te vorderen dat de
RC onderzoekshandelingen verricht of een bevel tot bewaring verleent, maar ook door de
verdachte te dagvaarden.
 242 lid 1  indien het OM naar aanleiding van het ingestelde voorbereidend onderzoek van
oordeel is dat verdere vervolging moet plaatshebben, gaat het daartoe zo spoedig mogelijk over.
 De tweede leden maken duidelijk dat van vervolging kan worden afgezien op gronden aan het
algemeen belang ontleend.
 Bij de vervolgingsbeslissing spelen een aantal aspecten een rol:
o Haalbaarheidsaspecten  niet tot vervolging overgaan als naar redelijke verwachting
geen vervolging zal volgen. Verjaring, onvoldoende bewijs.
o Opportuniteitsaspecten
 Positieve interpretatie  het algemeen belang moet vervolging noodzakelijk
maken, wil het OM daartoe mogen overgaan.
 Negatieve interpretatie  het OM vervolgt ieder strafbaar en bewijsbaar feit
tenzij het algemeen belang een sterke contra-indicatie oplevert.

6.5 Beklag over niet (verder) vervolgen
 12 lid 1 Sv  wordt een strafbaar feit niet vervolgd, de vervolging niet voortgezet, of vindt de
vervolging plaats door het uitvaardigen van een strafbeschikking, dan kan de rechtstreeks
belanghebbende daarover schriftelijk beklag doen bij het gerechtshof.
 In deze procedure staat de juistheid van de beslissing van een bestuursorgaan centraal.
 12i Sv!!!!
 De rechtstreeks belanghebbende kan niet alleen klagen over het niet vervolgen, maar ook over
het vervolgen door het uitvaardigen van een strafbeschikking. De reden is, dat het slachtoffer er
een te respecteren en door het gerechtshof te honoreren belang bij kan hebben dat de verdachte
op een openbare zitting wordt berecht. In dit bijzondere geval kan dus ook geklaagd worden over
de wijze waarop vervolgd wordt.
 Ook de door de officier van justitie gekozen grondslag van vervolging kan door de rechtstreeks
belanghebbende bij het hof ter discussie worden gesteld. Aan de strekking van de
beklagprocedure wordt volgens de HR onvoldoende recht gedaan indien het hof zich ertoe
beperkt te onderzoeken of (verder) vervolgd wordt, ongeacht ter zake van welke strafbaarstelling.
 Enkele rechten die expliciet zijn toegekend aan de persoon wiens vervolging wordt verlangd (dit is
dus nog geen verdachte, maar degene tegen wie de klacht wordt ingediend):

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller erdgnb1905. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.16. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

48298 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$7.16
  • (0)
Add to cart
Added