100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Volledige uitgewerkte bijeenkomsten Metajuridica $16.62   Add to cart

Answers

Volledige uitgewerkte bijeenkomsten Metajuridica

3 reviews
 296 views  5 purchases
  • Course
  • Institution

De volledige uitgewerkte bijeenkomsten Metajuridica. Alle opdrachten zijn uitgewerkt en van een aantal presentaties zijn er aantekeningen gemaakt. Dit is echt de belangrijkste stof samen met de colleges, pas wel op, de blokcoördinator verandert in de opdrachten ieder jaar een klein dingetje, dus n...

[Show more]

Preview 4 out of 91  pages

  • September 12, 2019
  • 91
  • 2018/2019
  • Answers
  • Unknown

3  reviews

review-writer-avatar

By: watanyar • 4 year ago

review-writer-avatar

By: Lindapaulssen • 4 year ago

review-writer-avatar

By: julittefranken • 3 year ago

avatar-seller
Bijeenkomst 2: Staatsvorming en de oorsprong van de rechtsstaat

Taak 2: Feodaliteit en middeleeuws constitutionalisme (opdracht, max 1250 woorden)
Geef een analyse van de tekst in relatie tot wat in het hoorcollege is opgemerkt over de feodale periode
of in relatie tot wat u daarover elders heeft gevonden. Zet dit dan af tegen de veranderingen die door
Van Caenegem worden gesignaleerd in de tekst van ‘The Late-Medieval State between Feudalism and
Absolutism’. Bekritiseer vervolgens Van Caenegem vanuit de ideeën die door Sabetti worden verwoord.

Analyse tekst blokboek met betrekking tot het hoorcollege over de feodale periode.
Bisschop Fulbert van Chartres schetst de plichten van een vazal jegens zijn heer. Waar het in zijn schets
om draait is trouw. Ten tijde van het feodalisme moest een vazal namelijk een eed van trouw afleggen
bij de heer, dit wordt ook wel commendatio genoemd. Dit is namelijk een contract waarbij een vrij
man zich onder de bescherming van een ander vrij man plaatst, want de vazal is zelf niet in staat dit te
doen. Het feodale contract is dus een koppeling van twee elementen, namelijk (1) hommage: feodale
contract met een belofte van auxilium (daad. In het college werd het volgende voorbeeld gegeven: als
er sprake is van een oorlog, vloeit daaruit de daad dat je mee moet vechten) en consilium (raad) en (2)
de eed van trouw, van de vazal jegens de leenheer.
Tijdens het college is gezegd dat het contract enkel bilateraal ontbindbaar is, dus dat
instemming van beide partijen nodig is. Redenen voor een unilaterale ontbinding zijn als de leenheer
de vazal wil doden, de vazal slaat met een stok, een poging tot aanranding (‘bezoedelen’, maculare)
doet bij de vrouw of dochter van de vazal of dat de leenheer het persoonlijke bezit van de vazal aantast,
dus bijv. zijn erfenis wil ontnemen, dit volgt uit Karel de Grote - Capitularium 77 (802/803).
De bisschop doelt op het woord ‘onschadelijk’. Hieronder vallen een aantal redenen voor een
unilaterale ontbinding, namelijk (poging tot) moord, slaan met een stok (mishandeling) en het
aanranden van vrouw of dochter. Heer zelf ook eraan houden anders kwade trouw.

Ook moet de vazal zes dingen in gedachte houden, namelijk wat is ongevaarlijk/onschadelijk,
veilig/vertrouwd, eerlijk/eervol, dienstig, makkelijk en uitvoerbaar/praktisch. Hierbij moet de vazal zijn
leenheer altijd trouw adviseren en helpen. Als tegenprestatie krijgt de vazal een beloning, ofwel een
beneficium. In het college werd gezegd dat je iemand vooraf beloont, dus je geeft eerst de beloning
en daarna verbind je je aan een afspraak.
De eed van trouw staat dus centraal tussen de vazal en de leenheer. Ook als er afspraken
worden gemaakt, dan blijft dit tussen hen vanwege het vertrouwen. Aangezien de eed van trouw zo
belangrijk is, kan dit ook, als deze wordt geschonden, een unilaterale ontbinding opleveren.

Wat zegt Van Caenegem hier over?
Van Caenegem schrijft over de ‘Charters’. Hierin stonden ideeën over hoe de rechtsstaat moest zijn en
welke regels zij moest naleven. Een van die Charters, was de Magna Carta, de voorloper van de
hedendaagse rechtsstaat. Deze Magna Carta werd opgelegd aan een tirannieke koning (leenheer) door
zijn opstandige onderdanen (leenmannen) die niet naar zijn gezag meer wilden luisteren. De
leenmannen wilden namelijk de macht die een leenheer had – zoals hierboven beschreven – beperken.
Er werd een lijst opgesteld met praktijken die onaanvaardbaar zouden zijn als de koning (leenheer)
deze zou overtreden. Deze lijst met ‘misstanden’ werden opgesteld in Magna Carta. De leenmannen
hadden het een soort wetsvoorstel, dat later gecodificeerd zou worden. De meeste artikelen houden
zich bezig met feodale incidenten, maar sommige zijn zelfs nu nog belangrijk. Zie bijv. art. 39 van de
Magna Carta, waarbij mensen niet zomaar door de koning gestraft kon worden, maar dat er eerst een
geldende procedure moest komen of een berechting, en deze moet conform de wet zijn. Het doel was
dus om grenzen aan de macht te gaan stellen zoals die tijdens het feodalisme golden, dit gebeurde dus
met de artikelen in Magna Carta, Charter van Kortenberg enz.




Shannon Stiels | i6135289

,Glossatoren hadden het hier moeilijk mee, in het heilige boek het Corpus Juris was te lezen dat er juist
geen grenzen waren aan de macht van de prins, dit bleek uit Digesten, en deze werden als heilig gezien.
De glossator Accursius zag het echter anders en pakte het anders aan. Aan de ene kant dacht hij dat
naleving van de wet moet ook door de keizer gebeuren, en dat deze zelfs het voorbeeld zou moeten
geven, maar aan de andere kant was er een probleem met de rechtsmacht, want de Digesten zeiden
namelijk: de keizer/prins/koning heeft geen beperking op zijn macht en is niet aan de wetten
gebonden. Maar in een glosse stond namelijk dat de vorst niet gedwongen kon worden door iemand
van een lagere orde. Dus de glosse betekende niet dat de keizer/koning boven de wet staat, maar
alleen dat er geen rechter boven de keizer/koning staat. De keizer/koning moet zich dus wel degelijk
aan de wet houden. Een glosse verwijst juist naar een ander deel van het heilige boek Corpus Juris,
wat dus betekende dat deze glosse wel enigszins werking had. Ook zei Accursius dat de staat een wet
opzichzelf was en niemand kon zich tegen de macht van de staat en de vorst verzetten.

Van Caenegem zegt dus dat de rechtsstaat toentertijd gebaseerd was op wetten en regels die door de
staat zelf waren opgeschreven en werden gehanteerd. Uiteindelijk zorgden de burgers voor de Manta
Carta zodat ook meer invloed op de macht van de koning (leenheer) kon worden uitgeoefend door de
leenmannen. Volgens het Corpus Juris is dus ook een leenheer gebonden aan de eigen wetten, en kan
volgens art. 61 Magna Carta ook hij gestraft worden mocht dat nodig zijn en kan hem alles worden
afgenomen.

Aantekeningen:
Na feodalisme, komen staten op, democratie wordt ingeroepen, nog steeds beperkingen op vorsten,
begin van staatsvorming ook, nog niet absolutistisch, beperkingen in de charters en dan charters over
digesten teksten. De opkomst van de moderne staat.

De kritiek die Sabetti op Van Caenegem heeft.
Sabetti ziet het nut niet in van de Magna Carta of het feodale systeem, deze hebben namelijk nooit
echt wettelijk gegolden, dus dan kunnen ze ook niet belangrijk zijn. Volgens Sabetti moet je juist kijken
naar de lokale gemeenschappen, ofwel steden en kijken hoe de dingen in die steden geregeld werden.
Hieruit moest je kunnen concluderen dat de macht van landsheren/koning niet absoluut was en dat er
toch rechten waren. Je ziet dus meer als je echt naar de staat kijkt, meer dan uit wat in zo’n Charter is
geschreven dat al helemaal nooit gegolden heeft.
Sabetti kijk dus breder dan Van Caenegem, aangezien Van Caenegem zich houdt aan wat is
opgeschreven ooit tussen personen en niet wat zich werkelijk heeft plaatsgevonden in de staat, en dat
doet Sabetti dus wel.
Sabetti vindt dat er sprake moet zijn van kleine gemeenschappen met een eigen vorm van
bestuur (democratie) en dan het liefst in absolute vorm, die dan de grenzen stellen ten opzichte van
de landsheer/koning.

Keek vooral op nationaal en provinciaal niveau. Magna Carta nooit gegolden want onder dwang
ondertekent. Multi constitutioneel systeem → kerk, staat liepen door elkaar heen, hoe houden
mensen zich staande. Je moet niet traditioneel denken, er zou wel charter zijn, je moet via omweg
denken. Alde carte → duidelijke regeling over wie bij de hertog hoort en wie bij de bisschop.




Shannon Stiels | i6135289

,Taak 3: Van feodalisme naar de moderne staat (opdracht, max 1250 woorden)
Vat de ontwikkeling van het feodalisme naar de moderne staat samen, zoals die wordt geanalyseerd
door Chengdan (1). Werk daarbij zelf minstens één voorbeeld uit van mercantilistische politiek in het
Frankrijk van de 17de of 18de eeuw (2).

(1)
Chengdan beschrijft als het ware vier fasen, te weten:
1. Feodalisme;
2. Absolutisme; ofwel absolute monarchie;
3. Oligarchie;
4. Popular rule; ofwel de moderne staat.

Fase 1. Feodalisme
Voor het feodaal systeem gaan we terug in de tijd naar de middeleeuwen. Destijds was er een
middeleeuws Europa. Het feodaal systeem zorgde ervoor dat de same nleving die er was in stukken,
ofwel fragmenten werd gesplitst. Het middeleeuws Europa bestond dus niet uit naties, zoals wij die nu
kennen, maar uit territorium die los met elkaar verbonden waren. Dit kwam doordat leenheren grond
verdeelden over de leenmannen. In ruil voor deze grond moesten de leenmannen eed en trouw
beloven en een ‘hommage’ sluiten, dit was een contract met de verplichting van daad (auxilium) en
raad (consilium). Doordat de grond gewoon verdeeld werd over leenmannen ontstond de
fragmentatie.
Ten slotte werd er tijdens het feodalisme een sterke macht uitgeoefend door de Rooms-
Katholieke Kerk. Tijdens het feodalisme was er een verdeling van macht tussen aan de ene kant de
koning (leenheer) en aan de andere kant de kerk en tussen de adel (leenmannen) en de monarchie,
doordat de macht te wijd verspreid was, door die fragmentatie, over Europa werd de sociale
ontwikkeling erg belemmerd. → Steden kregen een sterke positie, handel en nijverheid. Productie
nam toe, die steden zagen graag dat er een sterke koning kwam dat je gewoon vrij kon handelen tussen
steden.

Fase 2. Absolute monarchie
Doordat tijdens het feodalisme de sociale ontwikkeling belemmerd werd, kwam er een grote vraag
naar de centralisatie van de macht, aangezien die tijdens het feodalisme wijd verspreid was. De
politieke macht werd gecentraliseerd door het in de handen van de monarchie te brengen, want in de
middeleeuwen was de monarchie de enige die dit kon doen, ofwel de koning werd de enige die de
macht kreeg. De centralisatie maakt de macht van de koning absoluut, waardoor hij de machten van
anderen kan onderdrukken.
Het absolutisme was de eerste fase van de moderne staat. Er moest een eenheid worden
gevormd, waarbij de koning verantwoordelijk was om zijn onderdanen (leenmannen etc.) te
beschermen. De absolute monarchie begon in Engeland en Frankrijk en ging al snel over naar andere
landen van Europa. Maar niet ieder land slaagde erin het feodale systeem te vervangen, dit had als
consequentie dat de eerste stap naar de moderne wereld niet was geslaagd.

Tijdens de tijd van de absolute monarchie ontstond het mercantilisme. Dit was het bevorderen van
een uniforme markt en het beheersen van de nationale economie. De rijkdom ziet dan vooral op edele
metalen zoals zilver en goud. Hierbij moesten maatregelen getroffen worden om de export zo veel
mogen te verlagen en de invoer te verhogen. Handel was heel belangrijk.
De ‘schatkist’ van de staat was niet nationaal, maar behoorde toe aan de monarchie, maar de
‘natie’ was niet van plan dit te laten gebeuren en daarom werd een bureaucratisch apparaat ingesteld
die controle zou uitoefenen op de staatsuitgaven, maar dit waren natuurlijk machtsorganen die bij de
koning verantwoordelijk zijn.




Shannon Stiels | i6135289

, Het succes van het absolutisme hing samen met het bestaan van die ene persoon die alle macht kreeg.
Diegene moest uitzonderlijk zijn, immuun voor fouten en onvoorwaardelijk de belangen van het land
nemen als de zijne. Maar dit was bijna onmogelijk voor één persoon om dit te doen, aangezien het
vroeg of laat toch kon gebeuren dat die ene persoon tegen de belangen van de ‘natie’ ingaat.
Langzaamaan ontstond hier het kapitalisme. Staten wilden dus over de grens gaan en internationale
markten oprichten, maar hierbij was de absolute monarchie een barrière, aangezien de absolute
monarchie vooral de eigen belangen behartigt en dat is niet waar het bij kapitalisme om moest gaan.
Het kapitalisme zorgde er dus voor dat veel landen het belangrijk vonden om zich verder af te scheiden
van de gebondenheid aan de absolute monarchie.

Fase 3. Oligarchie
Bij het absolutisme was er één man aan de macht, maar dit bleek niet meer effectief te zijn toen het
kapitalisme in opkomst kwam, dus moest er iets veranderen; er kwam een oligarchie. Dit hield in dat
de macht niet bij één persoon werd gelegd, maar in de handen van een kleine groep mensen; ofwel
aan aristocrate overheid. Deze mensen controleerden elkaar zodat de macht werd gebalanceerd. Dit
betekende dus dat de wetgevende, uitvoerende en rechterlijke macht niet in de handen werden
gelegd van één persoon maar verdeeld over verschillende mensen.
Ten tijde van de oligarchie kwam wel de moderne industrie in opkomst, wat ervoor zorgde dat
er een stijging in de economie plaatsvond. Doordat er verschillende sociale klassen ontstonden
hierdoor, (de industriële middenklasse en de industriële arbeidersklasse), kon het kleine groepje
mensen dat de macht had, de macht niet langer meer goed uitoefenen.

Fase 4. Moderne staat
Doordat de economische groei toenam en de verschillende sociale klassen ontstonden, werd het
evenwicht in de samenleving verbroken, waardoor het groepje mensen hun machtsmonopolie
verloren. Burgers wilden zelf ook deelnemen in het politieke leven. De essentie die hier uit voortvloeit
is niet dat de deelname enige praktische betekenis had of dat de burgers zelf de macht wilden hebben,
maar wel dat de burgers de kans kregen om deel te kunnen nemen aan de nationale politiek. Dit
leverde een harmonieuze samenleving op. De manier en snelheid lopen in verschillende landen uiteen,
maar dat doet niets af dat de trend naar deze nieuwe ‘regeringsvorm’ populair is.

(2)
Tijdens de mercantilistische politiek in het Frankrijk van de 17de -18de eeuw zorgde Frankrijk – meer
specifiek Koning Lodewijk XIV – ervoor dat het economisch veel beter ging met Frankrijk dan in andere
landen, genaamd het mercantilisme. Het doel was een goed gevulde staatskas waarmee de koning zijn
politieke doeleinden mee kon bereiken. Invoerrechten op eindproducten en uitvoerrechten op
grondstoffen werden geheven. De uitvoer werd hiermee gestimuleerd. Maar toch was dit
mercantilisme geen succes, want de productiekosten van de export moesten laag gehouden worden,
dus koning Lodewijk XIV werd hierin over ambitieus en onrealistisch waardoor Frankrijk in grote
financiële problemen terecht kwam. Het succes van het mercantilisme werd vooral tenietgedaan door
de eindeloze oorlogen waar de koning Frankrijk steeds in mee sleurde. 1 Het belang van het
mercantilisme moet gekoppeld worden aan het belang van de handel.

Monarchie afhankelijk van de standen, nog niet absoluut → standenmonarchie.




1Paul Schneiders: ‘Erfgoed van eeuwen: westerse maatschappijgeschiedenis van Hellas tot heden’, Assen: Van Gorcum,
1992. P. 62-63.


Shannon Stiels | i6135289

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller shannonstiels. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $16.62. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$16.62  5x  sold
  • (3)
  Add to cart