1. De student reproduceert de anatomie van de onderste extremiteit
Botten:
Kniegewricht bestaan uit:
- Femur
- Tibia
- Patella
▪ Condylus laterlis femoris (hoog en smal) -> gezien vanuit ventraal…
▪ Condylus medialis femoris (laag en rond) -> gezien vanuit ventraal…
▪ Epicondylus medialis/lateralis
▪ Fossa intercondylaris
▪ Eminentia intercondylaris
▪ Condylus laterlis tibiae
▪ Condylus medialis tibiae
▪ Tuberositas tibiae
▪ Tibiaplateau
▪ Tuberculum van gerdy
Tuberculu
m van
Gerdy
,Anatomie Patello-femoraal
Het patello-femorale gewricht wordt gevormd door enerzijds de voorzijde van het femur en
anderzijds de achterzijde van de patella. De patella is te beschouwen als een benig deel van de
quadricepspees dat ervoor zorgt dat de quadriceps onder een gunstige hoek aanhecht aan de
tuberositas tibiae.
Patella
De patella is een sesambot in de quadricepspees. De dorsale zijde van de patella heeft een V-
vorm waarvan het laterale vlak groter is dan het mediale vlak. Naarmate de knie meer wordt
gebogen, wordt de druk meer op het proximale deel van de patella overgebracht. Het patello-
femorale gewricht wordt het meest belast bij trap op- en aflopen en bij hurken. Het gewricht
functioneert als een hefboom en de krachten die erop inwerken belopen maximaal zevenmaal
het lichaamsgewicht. Bij het opstaan uit een stoel is de belasting 3-4x het lichaamsgewicht.
Het kraakbeen is hierop aangepast en behoort tot de dikste kraakbeen in het lichaam.
De facies articularis is overdekt met dik kraakbeen. Deze kraakbeenbedekking kan tot 6mm
dik worden in het centrale deel van de patella. Het kraakbeen is dus niet overal even dik, of
met andere woorden: het transversale kraakbeenprofiel komt niet overeen met het transversale
botprofiel. Door de ongelijke kraakbeenbedekking komt de spits van het kraakbeen slechts in
15% overeen met de spits van het bot. Het kraakbeen heeft als doel de gewrichtsvlakken glad
te maken: de patella soepel in de trochlea te laten verschuiven. Het kraakbeen van de patella
is dan ook meer permeabel en buigzamer dan ander kraakbeen, zelfs in vergelijking tot het
femorale kraakbeen waarmee het in contact komt.
De patella zelf beweegt zich in een soort spoor in het bovenbeen; de trochlea. De patella
wordt in zijn bewegingen verder ook gecontroleerd door twee andere spieren: de vastus
medialis en de vastus lateralis. De achterkant van de patella is driehoekig, zod at deze goed
tussen de twee condylen valt.
Patella (sesambeentje):
Mediale facette laterale
facette
,Condylus: ligt kraakbeen op
Epicondylus: ligt geen kraakbeen op
Spieren:
Bovenbeenmusculatuur (extensoren):
1. M. sartorius
O: spina iliaca anterior superior
I: mediaal van de tuberositas tibiae in de ‘pes anserius superficialis’
(samen met de eindpezen van de mm. Gracilis en semitendinosus)
F: -heupgewricht: flexie, abductie, exorotatie
-kniegewricht: flexie en endorotatie
I: n. femoralis (L2-4)
2. M. quadriceps femoris
• M. rectus femoris
O: spina iliaca anterior inferior, dak van de heupkom
I: via het lig. Patellae aan de tuberositas tibiae (gehele spier)
F: - heupgewricht: flexie
-kniegewricht: extensie (alle delen), verhindert inklemming van het
kapsel
(m. articularis genus)
I: n. femoralis (L2-4)
• M. vastus medialis
O: voorzijde van de femurschacht
I: via het retinaculum patellae mediale en laterale op beide zijden van
de
tuberositas aan de condylus medialis en lateralis
, F: kniegewricht: extensie (alle delen), verhindert inklemming van het kapsel
(m. articularis genus)
I: n. femoralis (L2-4)
• M. vastus lateralis
O: labium laterale van de lineaspera, lateraal vlak van de trochanter
major
I: via het retinaculum patellae mediale en laterale op beide zijden van
de
tuberositas aan de condylus medialis en lateralis (m. vastus
medialis en
lateralis)
F: kniegewricht: extensie
I: n. femoralis (L2-4)
• M. vastus intermedius
O: voorzijde van de femurschacht
I: via het lig. Patellae aan de tuberositas tibiae (gehele spier)
F: kniegewricht: extensie
I: n. femoralis (L2-4)
Bovenbeenmusculatuur (flexoren):
1. M. biceps femoris
O: -caput longum: tuber ischiadicum, lig. Sacrotuberale (caput commune
met de
m. semitendinosus)
-caput breve: labium laterale van de linea aspera in het middelste derde
deel van
het femur
I: caput fibulae
F: -heupgewricht (caput longum): extensie, stabilisatie van het bekken in
sagittale vlak
-kniegewricht (gehele gewricht): flexie en endorotatie
I: -n. tibialis L5-S2 (caput longum)
-n. fibularis (peroneus) communis L5-S2 (caput breve)
2. M. semimembranosus
O: tuber ischiadicum
I: pes anserinus profundus (condylus medialis tibiae, lig. Popliteum
obliquum,
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nsmeets. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.43. You're not tied to anything after your purchase.