100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Casusvragen Week 2 Financiering & Zekerheid $3.26   Add to cart

Summary

Samenvatting Casusvragen Week 2 Financiering & Zekerheid

 34 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Casusvragen Week 2 Financiering & Zekerheid

Preview 2 out of 6  pages

  • September 15, 2019
  • 6
  • 2019/2020
  • Summary
avatar-seller
Casuscollege 2 – Financiering en zekerheid – Pandrecht op roerende zaken
I Vazen
Wim handelt in antieke vazen vanuit een winkel in de Spiegelgracht. In het kader van het
bedrijfskrediet dat de A-Bank hem heeft verstrekt, rust op de volledige winkelvoorraad vazen een stil
pandrecht van de A-Bank.

a. Stel dat een klant in de winkel een vaas koopt en mee naar huis neemt, blijft het pandrecht dan op
deze vaas rusten?
In beginsel is pandrecht een absoluut recht: blijft rusten op de zaak. Op basis van Love-Love arrest, dit
arrest wordt hier analoog toegepast. In dit arrest gaat het over eigendomsvoorbehoud. Iemand die
onder eigendomsvoorbehoud goederen heeft verkregen; kan wel beschikkingsbevoegd zijn; dit moet
echter impliciet of expliciet uit overeenkomst blijken. Het kan dat de pandhouder en pandgever
hebben afgesproken dat pandgever beschikkingsbevoegd blijft; maar dan moet dit (impliciet of
expliciet) uit pandakte blijken. Er zijn bij deze vraag dus twee mogelijkheden; de pandgever blijft
beschikkingsbevoegd omdat dit is afgesproken, of deze was niet beschikkingsbevoegd en dan is een
eventueel beroep op derdenbescherming mogelijk ex art. 3:86 lid 2, mits er sprake was van goede
trouw. Dus verkoper is alleen tot eigendomsoverdracht bevoegd, als hij beschikkingsbevoegd is. Zijn
uiteindelijk twee mogelijkheden.

b. Stelt dat Wim de winkelvoorraad nogmaals zou verpanden aan een andere kredietverstrekker – de
B-bank – zou laatstgenoemde dan beschermd worden tegen het pandrecht van de A-Bank?
Bij meervoudige verpanding sprake van rangorde: prioriteitsbeginsel: ouder pandrecht hoger
gerangschikt dan later gevestigd pandrecht (tijdstip vestiging bepalend).

Een geslaagd beroep op derdenbescherming impliceert in principe doorbreking van de
bovengenoemde prioriteit. Art. 2:238 biedt derdenbescherming bij beschikkingsonbevoegdheid, mits
er sprake is van een vuistpandrecht en goede trouw. Zou er in dit geval sprake zijn van goede trouw?
Er zijn geen openbare registers te raadplegen bij stil pandrecht; pandgever dient dus eerlijk te vertellen
of er al een andere pandhouder is. Daarnaast dient het ook te gaan om een vuistpandrecht. Op grond
van art. 3:237 lid 3 kan een stil pandrecht uitgroeien tot een vuistpandrecht. Dus wordt de tweede
pandhouder beschermd tegen eerst stil pandrecht? Alleen indien er sprake is van goede trouw en deze
een vuistpandrecht heeft.

Of welt het later gevestigde recht gaat boven het oudere op het goed rustende pandrecht, er vindt
rangwisseling plaats, er is sprake van derdenbescherming, indien de latere pandhouder te goeder trouw
was en het jongere pandrecht een vuistpandrecht is.

c. Stel dat de B-bank tot executie van de winkelvoorraad overgaat, vervalt dan het pandrecht van de
A-bank?
Omdat er waarschijnlijk rangwisseling heeft plaatsgevonden vanwege het vuistpandrecht van de
tweede bank (wat extra waarschijnlijk is nu deze overgaat tot executie), vervalt dit eerste pandrecht
inderdaad na executie? Zie artt. 3:238 jo. 3:248 lid 3 (teniet gaat pandrechten).

Stilpandrecht omzetten in vuistpandrecht  3:237 lid 3 BW.

II De onderhoudsbeurt
Guus leent € 10.000 uit aan Hendrik en verkrijgt daarbij een vuistpandrecht ten aanzien van Hendriks
auto. Wanneer Guus de auto naar de garage brengt voor de jaarlijkse APK-keuring en een
onderhoudsbeurt, vraagt hij Hendrik de nota van de garagehouder ad € 1.000 aan hem te vergoeden.

a. Op grond waarvan heeft Guus recht op vergoeding van deze kosten?

, Art. 3:243 lid 1: kosten tot onderhoud. Pandgever moet pandhouder op grond van dit artikel
vergoeding betalen voor kosten gemaakt ter onderhoud van het in pand gegeven goed. De vraag is of
er nog meer grondslagen zijn voor vergoeding. Eventueel ongerechtvaardigde verrijking; als iemand
anders jouw auto naar de garage brengt en betaalt, dan krijg je een auto terug die in principe net iets
meer waard is, aangezien auto meer waard wordt na onderhoud. Let op dat een beroep op vergoeding
van deze kosten op basis van 2:284  kosten tot behoud, onjuist is. Het gaat hier niet om behoud,
maar onderhoud.

b. Stel dat Hendrik het geleende geld terugbetaalt, mag Guus de auto dan onder zich houden totdat
ook de garagenota is voldaan?
In feite wil Guus dus opschorten; het algemene artikel hiervoor is 6:52. Op basis van dit artikel is er
alleen een opschortingsbevoegdheid indien er voldoende samenhang is tussen de vordering en
verbintenis; moet uit dezelfde rechtsverhouding voorkomen. Guus is gehouden zich als goed
pandhouder te gedragen (art. 3:243 lid 1); uit hoofde van het pandrecht heeft Guus deze kosten
gemaakt. Zodoende is er dus voldoende samenhang tussen de afgifteplicht en vergoedingsaanspraak.

c. Zou Guus zich op derdenbescherming kunnen beroepen wanneer zou blijken dat sprake was van
een gestolen auto en de bestolen eigenaar hem aanspreekt tot afgifte van de auto?
Pandrecht rust in deze situatie dus op een gestolen auto. Art. 3:238 lid 3. Conclusie is dat er geen
derdenbescherming is; geen bescherming indien gestolen zaak in pandrecht gekregen. Bij auto’s geldt
een ander regime van derdenbescherming omdat men altijd de autopapieren moet hebben bekeken:
Autopapieren II. Beroep op derdenbescherming alleen mogelijk indien pandgever de pandhouder de
kans heeft geboden om autopapieren te bekijken.

III Losse vragen
1. Kan vuistpandrecht per constitutum possessorium worden gevestigd?
Op grond van 3:236 lijkt het erop dat dit niet mogelijk is: dient namelijk in macht van de pandhouder
gebracht te worden, waar dit bij een cp-vestiging juist niet het geval is. Let, in Asser wordt een
verkeerd argument gegeven: hierin wordt vermeld dat een cp-vestiging van een vuistpandrecht niet
mogelijk is ten gevolge van 3:238. Dit artikel spreekt echter alleen over beschikkingsonbevoegde
pandgever, maar niks over beschikkingsbevoegde pandgever.

2. A heeft een hem toebehorende caravan verpand aan P. Omdat A zijn verplichtingen niet nakomt,
wil P tot executie overgaan van de caravan.
a. stel dat A de caravan tevoren had verhuurd aan H, is degene die de zaak bij executie
koopt van P dan gehouden de huurovereenkomst te eerbiedigen?
Koop breekt geen huur. Executiekoper wordt van rechtswege verhuurder, ondanks dat huurcontract
niet door hem ondertekend is. De hoofdregel is anders: op grond van Blauboer/Berlips heeft nieuwe
eigenaar niets te maken met persoonlijke rechten die nog op een goed rusten, de regel koop breekt
geen huur vormt een uitzondering hierop.

Nemo plusregel: niemand heeft meer rechten dan hij heeft. Hij kan dus niet meer overdragen dan
rechten die hij zelf heeft.

b. Stelt dat de caravan door A na de verpanding aan P in vruchtgebruik was gegeven aan V,
is degene die de zaak bij executie koopt van P dan gehouden het vruchtgebruikrecht van V
te eerbiedigen?
Nee, zie art. 3:253 lid 1 BW. Wel verkrijgt de vruchtgebruiker een recht op schadevergoeding ex art.
3:282 BW.

3. Wanneer een zaak meermalen stil is verpand, hoe moet dan worden bepaald welk pandrecht het
eerst gevestigd is?


2

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller im6. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.26. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

75759 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.26
  • (0)
  Add to cart