Financiering & Zekerheid - WEEK 3 (2019)
Theorie
Overdracht van aandelen
Art. 3:84 BW van toepassing titel, levering en beschikkingsbevoegdheid verreist.
- Aandelen op naam: levering bij daartoe bestemde notariële akte (2:86 en 2:196)
- Aandelen aan toonder: levering door bezitsverschaffing (art. 3:90 BW) deze aandelen aan
toonder zijn minder belangrijk, zullen te zijner tijd niet meer bestaan.
Vestiging pandrecht op naam
Aandeel op naam Aandeel aan toonder
Stil pandrecht Daartoe bestemde notariële Authentieke of geregistreerde
akte (2:86 en 2:196) akte (3:237)
Openbaar pandrecht Betekening of erkenning (2:86a Machtsverschaffing (3:236)
en 196a)
Aandachtspunten bij verpanding
- Laten statuten verpanding toe (art. 2:198 lid 1)?
o Het is mogelijk statutair verpanding uit te sluiten, aandelen zijn dan onoverdraagbaar.
- Is er en blokkeringsregeling (2;195 en 198 lid 6)?
o Mogelijk dat sprake is van aanbiedingsplicht of dat aandelen alleen overgedragen
kunnen worden met toestemming van aandeelhouders. Geldt ook voor verpanding van
aandelen.
o Executieregeling: art. 2:198 lid 6
- Wat bepalen statuten over stemrecht (2:198 lid 2)?
o Hoofdregel: aandeelhouder houdt het stemrecht. In beginsel gaat het dus door
verpanding niet over op de pandhouder.
o Afwijking van de hoofdregel kan bij vestiging of later bij niet aflossen krediet. De
statuten kunnen ook bepalen dat stemrecht bij aandeelhouders blijft.
Executie door pandhouder
Bethanie-arrest (zie noot)
- Uitwinning door pandhouder volgens art. 3:250 e.v. (algemene hoofdregels van boek 3
gelden). Art. 3:250 e.v.: in beginsel openbare verkoop van aandelen.
- Afwijking hiervan mogelijk ex art. 3:251 BW. Zie twee uitzonderingen in lid 1 en 2.
- Als statuten blokkeringsregeling bevatten dan is openbare verkoop niet mogelijk. Hier gaat het
Bethanie-arrest voornamelijk over. Onderhandse verkoper moet instemmen met verkoop aan
aandeelhouders, alvorens hij/zij kan verkopen.
o Als voorzieningenrechter machtigt tot niet-openbare verkoop (3:251 lid 1) moet
blokkeringsregeling worden geëerbiedigd
o Onderhandse verkoop zonder machtiging met eerbiediging blokkeringsregeling is
geen executie, dus geen zuivering.
Vragen over verpanding van vorderingen op naam en aandelen
1. Waarom is verpanding van een roerende zaak enkel mogelijk wanneer deze zaak voor
overdracht vatbaar is. Geldt het vereiste ook voor verpanding van vorderingen op naam?
Waarom (niet)?
, Art. 3:228 op alle goederen die voor overdracht vatbaar zijn kunnen pandrechten worden
gevestigd. Spreekt vanzelf, een pandhouder is alleen geïnteresseerd in onderpand als hij het roerende
goed kan executeren. Dus als het voor overdracht vatbaar is. Zie ook Asser §196.
Art. 3:228 geldt dus ook voor vorderingen op naam, gaat over alle goederen.
2. Waarom kan bij verpanding van vorderingen genoegen worden genomen met een ‘generieke
omschrijving’ van de vorderingen in plaats van afzonderlijke opsomming van de vorderingen?
Specificatie vorderingen in pandakte vereist? Hoe nauwkeurig moet je de vorderingen in de pandakte
worden opgenomen? Het goed moet met voldoende bepaaldheid worden opgenomen.
Rivierenland (HR 14-10-1994, NJ 1995, 447):
Voldoende is dat akte zodanige gegevens bevat dat, eventueel achteraf, aan hand
daarvan kan worden vastgesteld om welke vordering het gaat: specificatie op
computerlijst volstaat (dit is geen officieel document, hoeft niet geregistreerd te
worden, als in de pandakte maar naar deze lijst verwezen wordt).
Mulder-Rabobank (HR 20-9-2002, NJ 2004, 182):
Generieke omschrijving vorderingen volstaat (hierin werd gesteld dat een verwijzing
niet nodig is, het is voldoende om aan te geven: ‘alle vorderingen’).
Rabobank verstrekt krediet aan bedrijf, wat er niet solide uitzag. Elke twee weken moest er een
computerlijst worden toegezonden aan de Bank, gebeurde dat niet dan was de bank bevoegd de
vorderingen aan zichzelf te verpanden. De vestigingshandeling moest dus door de Rabobank zelf
worden verricht. Je mag dus ook werken met een volmacht, om de bevoegdheid dus te verkrijgen om
aan jezelf te verpanden namens de kredietontvanger.
Generieke omschrijvingen zijn ook risicovol: probleem is dat je niet meer weet welke debiteuren er
zijn en die heb je nodig als je mededeling wil doen van het pandrecht, je hebt dus een probleem als je
niet over een computerlijst beschikt. Je moet de informatie hebben van de debiteuren om mededeling
te kunnen doen.
3. Kort nadat A een vordering aan B heeft overgedragen, vernietigt hij de hieraan ten grondslag
liggende afspraak met een beroep op dwaling. B heeft op dat moment de vordering reeds stil
verpand aan C. Is dit pandrecht geldig?
Titel 3.9. Er is geen specifieke regel te vinden, die algemene bescherming biedt tegen de pandhouder.
Dan kijken in art. 3:88 BW 2 voorwaarden: onbevoegde en die onbevoegdheid moet gevolg zijn
van eerdere overdracht (titelgebrek of leveringsgebrek, dus geen bevoegdheidsgebrek). Er moet dus in
een eerdere overdracht sprake zijn geweest van titel of leveringsgebrek. Dat doet zich hiervoor. Gaat
hier over overdracht en niet over verpanding (stil). 3:239 lid 4 3:88 geldt slechts voor de
pandhouder indien hij te goeder trouw is op het tijdstip van de in lid 3 bedoelde mededeling. Dus als
je beschermt wil worden door 3:88 moet je te goeder trouw moeten zijn, tot het moment dat je
mededeling doet van het pandrecht aan de debiteur. Asser §209.
Als sprake is van openbaar pandrecht is, dan geldt 3:239 niet, dan 3:88 jo 3:98 (schakelbepaling).
4. A verpandt een opeisbare vordering op zijn debiteur B aan C tot zekerheid voor een
kredietschuld van A aan C. C doet vervolgens mededeling van de verpanding aan B. Tussen A
en C is afgesproken dat A het krediet pas per 1-1-2018 hoeft af te lossen. Reeds voor deze
datum aanbreekt gaat C bij B over tot inning van de aan hem verpande vordering. Welke
bevoegdheid komt toe aan C met betrekking tot het door hem geïnde geld?
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller im6. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.26. You're not tied to anything after your purchase.