GB1 antwoorden
1. Waarom zendt een waterstofatoom slechts bepaalde frequenties licht uit in een
elektrische gasontladingsbuis (een soort tl-buis met het gas in lage druk, waar een
spanningsverschil op elektrodes wordt gezet). Beredeneer het antwoord
kwalitatief.
Het elektron van een waterstofatoom zitten op bepaalde energieniveaus, specifiek voor het
waterstofatoom. Als het elektron naar een hoger niveau worden gebracht in de buis, valt
het uiteindelijk terug naar het oude niveau. Het energieverschil wordt als licht uitgezonden
met de frequentie= DE/h, want DE = hn, met h de constante van Planck, n de frequentie en E
de energie. Voor elk energieverschil wordt licht met een specifieke frequentie (en
golflengte) uitgezonden.
2. Wat is een atoomorbitaal?
Een atoomorbitaal is de ruimte rond een atoomkern, waar de elektronen van een bepaald
energieniveau zich met een grote waarschijnlijkheid zullen bevinden.
3. Hoe kun je de elektronenconfiguratie (de atoomorbitalen en hun bezetting) van
atomen bepalen? Geef een voorbeeld.
Maak gebruik van het periodieke systeem voor het atoomnummer en het Aufbau principe,
het Pauli principe (de twee elektronen in 1 orbitaal hebben tegengestelde spin) en de regel
van Hund (maximale bezetting orbitalen met zelfde energie; met parallele spin) : koolstof C:
1s2, 2s2, 2p2, of in meer detail C: 1s2, 2s2, 2px1, 2py1
4. Wat wordt er met een covalente binding, een polair covalente binding en een
ionogene binding bedoeld? Geef van ieder type binding een voorbeeld.
Bij een puur covalente binding worden de elektronen gelijk verdeeld tussen de twee
atomen, met dezelfde elektronegativiteit. Bij een polair covalente binding is er een verschil
in elektronegativiteit (tussen 0.4 en 1.6), waarbij een van de atomen dus harder aan de
elektronen trekt en de binding polair wordt. Als het verschil in elektronegativiteit groter dan
ca. 1.6 wordt, dan springt het elektron over naar het elektronegatieve atoom wat daarmee
negatief geladen wordt, terwijl het andere atoom positief geladen wordt. De ladingen
trekken elkaar aan in de kristallijne toestand door deze ionogene bindingen.
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Sosa04. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.74. You're not tied to anything after your purchase.