De samenvatting bestaat uit het boek, de slides en de lessen die prof. Leloup heeft verstrekt in het academiejaar . Daarnaast zijn de antwoorden op eventuele examenvragen erin verwerkt.
Samenvatting Staatsrecht
Inleiding
De definitie van recht die in deze cursus gehanteerd wordt: ‘Recht is een rationeel
opgebouwd geheel van door de overheid uitgevaardigde en via sancties afdwingbare
normen die dienen tot organisatie, handhaving of herstel van de orde in de
samenleving’.
Hiermee wordt het volgende bedoeld:
Recht creëert orde
Het recht zou onderlinge samenhang moeten vertonen. Het zou m.a.w. een
systeem met eigen terminologie en onderliggende basiswaarden moeten zijn.
Het moet kunnen worden afgedwongen (i.t.t. bv. godsdienstige regels,
afspraken binnen een familieverband…)
Het recht en de maatschappij interageren continu met elkaar, bv. het Vlaams
klimaatdecreet en het boerenprotest tot gevolg (maatschappelijke reactie op
het recht en dus een vorm van interactie tussen het recht en de maatschappij)
De essentie v/d hele cursus kan samengevat worden in het volgende: ‘België is een
(grondwettelijke) meergelaagde, democratische rechtsstaat in Europa.
Deel I: Krachtlijnen
1. De Belgische staat
1.1 Het ontstaan van België
De betekenis v/h woord “staat” in de publiekrechtelijke zin: een overheid die
rechtsmacht heeft binnen een bepaald territorium (=statelijkheid).
Staten kunnen op twee manieren ontstaan:
Oorspronkelijk ontstaan: een staat zoals die natuurlijk gegroeid is; mensen
bewonen een grondgebied, breiden uit… en de vorst stelt uiteindelijk dat dit
zijn staat is.
Dit kan niet meer vandaag
Afgeleid ontstaan: hier zijn er 4 mogelijkheden;
o Dekolonisatie: onafhankelijk geworden staten
o Secessie: een stuk v/e land scheurt zich af v/e bestaand land, bv.
Catalonië die dit probeerde te doen.
o Dismembratio (=uiteenvallen): 1 land valt uiteen in meerdere staten,
bv. Tsjechoslowakije (het verschil met secessie is dat één land 2
nieuwe landen zal vormen, terwijl bij secessie het ene wel blijft
bestaan).
1
, o Fusie (tussen meerdere landen): bv. de BRD en de DDR die
samengevoegd zijn tot Duitsland.
Het ontstaan van België begint op het Congres van Wenen waar de Z-N
samengevoegd worden met de N-N tot het VKN om een bufferstaat te vormen tegen
Frankrijk. De Z-N zijn echter snel ontevreden door:
De economische tegenstellingen (handelaars vs. industriëlen)
Politieke ondervertegenwoordiging
Overheidsinmenging in de Kerk (vooral wat betreft onderwijs)
Religieuze tegenstellingen
Beknotting v/d persvrijheid
Taalconflict (Nederlands werd de verplichte bestuurstaal)
Als reactie wordt er een Monsterverbond gesloten tussen de liberalen en de
katholieken om hervormingen te eisen. Willem weigert dit echter en uiteindelijk zal de
opera ‘La muette de Portici’ ervoor zorgen dat de oppositie evolueerde naar een
revolutie. Willem zal als reactie een leger sturen, maar dit wordt verslagen, waarop
het Voorlopig Bewind de onafhankelijkheid uitriep. Er werd vervolgens een Grondwet
opgesteld. België is m.a.w. ontstaan d.m.v. secessie.
1.2 België als staat
In het internationaal publiekrecht is een staat een rechtssubject, wat juridische
gevolgen heeft. Voordat een land juridisch gezien als staat kan worden
gekwalificeerd, moet het voldoen aan 4 cumulatieve voorwaarden (conform art. 1
Verdrag van Montevideo):
Permanente bevolking
Afgebakend gebied (en in principe moet dit exclusief zijn – niemand anders
mag er m.a.w. aanspraak op maken): Het Belgisch grondgebied werd
vastgelegd i/h Verdrag van Maastricht (1843). Het grondgebied mag echter
nog veranderen (cf. de Oostkantons na WOI).
Effectieve overheid die effectief wetten kan maken, kan besturen en kan
rechtspreken.
Onafhankelijkheid om op te treden in het internationale rechtsverkeer (bv.
verdragen tekenen, aan diplomatie doen…)
Vervolgens is er nog een 5e voorwaarde (maar dit is enkel een declaratieve en geen
cumulatieve):
Internationale erkenning: dit is van belang om als staat te kunnen werken (je
kan bv. geen verdragen sluiten met een andere staat als deze je niet erkent).
De erkenning v/e staat is een declaratieve handeling die het bestaan v/e staat
bevestigt. De erkenning heeft een retroactieve werking tot op het ontstaan van
die staat en kan niet ongedaan gemaakt worden. In principe erkennen staten
andere staten en geen regeringen (een nieuwe regering vereist dus geen
nieuwe erkenning). België werd voor het eerst erkend door andere landen
door het Verdrag van Londen, en vandaag door alle landen.
2
, 1.3 Gevolgen van de kwalificatie als staat
Dit heeft zowel internationaalrechtelijke als nationaalrechtelijke gevolgen.
België heeft (interne en externe) rechtspersoonlijkheid
o Externe (drager van rechten en plichten buiten de staat): kan optreden
i/h internationale rechtsverkeer
o Interne (binnen de staat): de staat België kan optreden i/h nationale
rechtsverkeer (bv. belastingen heffen, aansprakelijk gesteld worden…)
België is soeverein
o Extern: België heeft het recht om ongestoord te functioneren (=non-
interventiebeginsel)
o Intern: België heeft het recht om zijn eigen recht te ordenen (bv. eigen
instellingen oprichten, eigen wetten stemmen…). Dit moet echter wel
genuanceerd worden i.k.v. het multilevel constitutionalism, bv. de AVGB
verplicht België om een gegevensbeschermingsautoriteit op te richten.
België oefent rechtsmacht uit: België heeft de mogelijkheid om gezag uit te
oefenen, wetten te maken en recht te spreken op het eigen grondgebied. In
principe is dit territoriaal, maar er zijn wel uitzonderingen.
2. Een democratische rechtsstaat
De democratische rechtsstaat is een reactie op het absolutisme onder impuls v/d
Verlichting. Een eerste correctie op het absolutisme was de scheiding der machten.
Dit houdt in dat de bevoegdheden moeten verdeeld worden onder de 3 machten. De
3 machten zijn: de wetgevende (schrijft de bindende normen voor), de uitvoerende
(voert de normen uit) en de rechterlijke macht (controleert of deze normen worden
nagekomen).
Het basisidee is dus de zuivere scheiding van de machten (dat ze niet in contact
komen met elkaar). Vandaag wordt dit echter anders ingevuld, in België zijn er nl.
checks & balances tussen de drie, bv. het GwH (rechterlijke macht) die de wetgever
controleert. Dit wordt in elke staat echter anders ingevuld. Bovendien is er soms
sprake v/e diffuse takenverdeling, wat inhoudt dat de ene macht soms taken uitvoert
die meer lijken aan te sluiten bij de taken v/e andere macht), de Koning kan bv.
genade verlenen (wat meer aansluit bij de bevoegdheid v/d rechterlijke macht), of de
rechtsvormende rol v/h GwH.
Daarnaast is er naast de horizontale scheiding der machten ook een verticale
machtenscheiding, zowel subnationaal als supranationaal. Er is nl. een
bevoegdheidsverdeling tussen de federale overheid en de deelstaten enerzijds en
tussen de federale overheid en de EU anderzijs.
Het idee v/d scheiding der machten is opgekomen toen er nog geen politieke partijen
waren, maar vandaag zitten diezelfde politieke partijen i/d regering als i/h parlement,
waardoor er eigenlijk geen wederzijdse controle meer is tussen het parlement en de
regering. Zo is in de praktijk het tripolair systeem v/d checks & balances geëvolueerd
is naar een bipolair systeem (enkel tussen de rechterlijke macht en de uitvoerende of
wetgevende respectievelijk).
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Studentrechten007. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.28. You're not tied to anything after your purchase.