Impulsregulatie:
Bij impulsregulatieproblematiek is er sprake van verminderde inhibitie van gedrag en moeite met
wachten op beloningen
Agressie kan gedefinieerd worden als een gedragsmatige uitingsvorm die ontstaat in interactie met
de omgeving waarbij er fysieke, materiële en/ of psychische schade of letsel toegebracht wordt aan
zichzelf, het ander of de ander
Gedragsstoornissen en persoonlijkheidsstoornissen
Normale ontwikkeling:
Opstandig, koppig, lastig en verstorend gedrag: hoort bij verwerven van autonomie, met name in de
• Eerste separatie-individuatiefase (18-36mnd) “peuterpuberteit”
• Tweede separatie-individuatiefase (in de adolescentie)
Tussen deze fasen (3-11 jaar): relatief rustige periode van gehoorzaamheid en redelijkheid
Als de peuterpubertijd niet voorbij gaat kan er sprake zijn van ODD of CD
Normale ontwikkeling, waar kan het mis gaan bij ODD/CD:
- Prosociaal (=inlevingsvermogen) en moraliteit(=onderscheid maken tussen goed en kwaad)
- Agressie
- gehoorzaamheid
Ontwikkelen van prosociaal gedrag (=gedrag gericht op het welzijn van de ander) wordt bevorderd
door:
• Inleven en meevoelen (empathie)
• Veilige gehechtheid
• Het hebben van een jonger broertje/zusje
• Leerervaringen, beloning voor gewenst sociaal gedrag
• Ontwikkeling van moraliteit
ODD opstandig gedrag
CD agressie, zonder moraliteitsbesef
Een kind of jongere heeft een gedragsstoornis wanneer hij zich aanhoudend zo negatief, opstandig,
vijandig of agressief gedraagt dat zijn dagelijks functioneren erdoor wordt beperkt.
• Kenmerken
• D.D.
• Comorbiditeit
• Prevalentie
Tenminste 6 maanden minimaal 4 van deze kenmerken bij ODD:
1. Vaak driftig
2. Maakt ruzie met volwassenen
3. Vaak opstandig, overschrijdt regels
4. Ergert anderen met opzet
5. Geeft anderen de schuld
6. Vaak boos en gepikeerd
7. Vaak hatelijk en wraakzuchtig
Tenminste 12 maanden minimaal 3 van de 15 kenmerken, onderverdeeld in 4 groepen bij CD:
• Agressie gericht op mensen en dieren
, • Vernieling van eigendom
• Leugens of diefstal
• Ernstige schending van regels
Verschillen ODD en CD
• ODD begint eerder dan CD, rond 6 jr (vergelijk CD: 9 jr)
• ODD is minder ernstig dan CD
• ODD kent geen criteria voor agressie, CD wel
Differentiaal Diagnose (D.D.) (=de stoornissen lijken op elkaar):
• ADHD
• Bipolaire stoornis
• Onveilige hechting/reactieve hechtingsstoornis
• ASS
Prevalentie:
ODD: 3% van de kinderen, jongen= meisje
CD: 2%, vaker bij jongens
Geen sekseverschillen in peutertijd, daarna hebben meer jongens dan meisjes een gedragsstoornis.
Maar als meisjes een gedragsstoornis hebben, dan is deze ernstiger (genderparadox), in de zin van
hoge comorbiditeit met verslaving, depressie, suicidepogingen
Persoonlijkheidstroonis
= langdurige starre en onaangepaste denk- en gedragspatronen, die thuis en op het werk problemen
veroorzaken.
• De cliënt zelf zijn zich hiervan vaak niet bewust externaliseren
• Egodystonie (=je ervaart geen last)>< egosyntonie (je ervaart zelf wel de last)
Bij een persoonlijkheidsstoornis heeft de omgeving eerder last van de stoornis dan jij zelf.
B-cluster (extreem gedrag, en instabiel in emoties)
- Antisociale p.s.
Zijn gevoelloos, komen veel in aanraking met justitie. Ze kunnen prima relaties aangaan,
maar zijn hierin vaak erg charmant, ze spelen hier spelletjes in en kunnen iemand ook
makkelijk laten vallen. Het zijn vaak aangeleerde trucjes voor het sociale stuk.
- Borderline p.s.
Stemmingswisselingen; hoge pieken en diepe dalen, extreem gedrag; jezelf geweldig vinden
of jezelf iets aan willen doen. Dit komt doordat zij geen controle hebben over hun
emotiesregulatie en onzekerheid speelt hier ook een grote rol.
In een relatie zijn ze heel afhankelijk, omdat ze heel bang zijn voor afwijzing.
- Theatrale p.s. (histrionische)
Overdreven, dramatisch, aandacht naar zichzelf; bijvoorbeeld door kleding of gedrag.
Hieronder zitten vaak hele onzekere gevoelens en depressies. Relaties aangaan is moeilijk
omdat ze zelf alle aandacht willen
- Narcistische p.s.
Jezelf geweldig vinden(zelfverheerlijking), deze mensen krijgen wel relaties maar vaak met
een hele onderdanige vrouw die de man ophemelt. Bij kritiek gaan ze in de slachtofferrol.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller anoukandriessen9613. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.74. You're not tied to anything after your purchase.