TEST BANK FOR MICROENOMICS 7TH EDITION BY JEFFRY M. PERLOFF..pdf
TEST BANK FOR MICROENOMICS 7TH EDITION BY JEFFRY M. PERLOFF..pdf
All for this textbook (29)
Written for
Radboud Universiteit Nijmegen (RU)
Economie en bedrijsfeconomie
Micro-economie
All documents for this subject (10)
Seller
Follow
kikipuijk
Reviews received
Content preview
Micro-economie aantekeningen blok 3
4-2-2019 hoorcollege 1
Micro-economie: interactie vraag en aanbod.
- keuzes die individuen en organisaties maken (consumenten, producenten, overheid)
- hoe die keuzes worden gemaakt (trade-off’s, hoe maken we optimale keuze?)
- hoe leiden die keuzes via interactie via de markt tot verdeling van welvaart
Aanpak micro-economie:
- modellen gebruiken om keuzegedrag te bepalen (versimpelde veronderstellingen)
- wiskunde om zaken inzichtelijk te maken
Doelen:
- bekend raken met belangrijkste concepten en inzichten
- dit toepassen op keuzeproblemen
Termen:
- aanbodcurve en –functie
- comparatieve statica: vergelijking van twee evenwichten voor en na een verandering.
- complementaire goederen: goederen die elkaar aanvullen, meer vraag naar het een is meer
vraag naar de ander.
- elasticiteit:
* prijs-elasticiteit van de vraag: procentuele verandering in vraag gedeeld door procentuele
verandering in prijs.
* aanbodelasticiteit: procentuele verandering aanbod gedeeld door procentuele verandering
prijs.
* inkomenselasticiteit: procentuele verandering vraag gedeeld door procentuele verandering
inkomen.
* kruisprijselasticiteit: procentuele verandering vraag gedeeld door procentuele verandering
ander goed.
- endogene variabele: binnen het model zoals prijs en hoeveelheid.
- exogene variabele: buiten het model.
- marktevenwicht: vraag en aanbod gelijk.
- marktruiming: vraag niet gelijk aan aanbod maar de markt is wel in evenwicht, dan is er een
overschot of tekort.
- noodzakelijke goederen: goederen die iedereen nodig heeft, welke prijs dan ook.
- overaanbod en overvraag: meer aanbod dan vraag of andersom.
- perfect inelastisch aanbod: aanbod hangt niet af van prijs en aanbod curve is verticaal
- perfect inelastische vraag: er word alleen gevraagd bij bepaalde prijs, vraagcurve is
horizontaal.
- specifieke belasting: belasting op bepaalt product, vast bedrag.
- ad valorem belasting/subsidie: percentage
- substituutgoed: goed dat een ander kan vervangen.
- tax incidence (belastingdruk) op consumenten/producenten
- vraagcurve en –functie
,Vraagfunctie en vraagcurve
- curve loopt omlaag
- Vraagfunctie is wiskundige relatie tussen gevraagde hoeveelheid (Q), prijs (p) en andere
factoren die de vraag beïnvloeden:
Q = D(p, ps, pc, Y)
- ps subsituut goed (kunnen elkaar vervangen, prijs van het ene omlaag is vraag naar ander
ook omlaag)
- pc complementair goed (vullen elkaar aan, meer van het een is meer van de ander)
- Y is inkomen consument
- dQ/dp < 0 (law of demand) als de prijs omhoog gaat, gaat de vraag omlaag
- dQ/dps > 0 (subsitutiegoed, als de prijs van pepsi omhoog gaat, gaat vraag naar coca
omhoog)
- dQ/dpc < 0 (complementair), als prijs benzine omhoog gaat, gaat vraag auto’s omlaag
- dQ/dY > 0, als inkomen omhoog gaat gaat vraag omhoog
- Als ps stijgt verschuift de vraagcurve omhoog (hogere prijs van pepsi zorgt ervoor dat er
meer vraag is naar coca dus die lijn gaat omhoog).
- Als Y stijgt verschuift de vraagcurve naar boven, bij elke prijs wil je meer kopen van het
goed.
- Als p stijgt verschuift er OVER de vraagcurve.
Aanbodfunctie en –curve:
- curve loopt omhoog
- Aanbodfunctie is wiskundige relatie tot aangeboden Q, p en andere factoren die aanbod
beïnvloeden.
Q = S(p, ph)
- ph is prijs van een input
- dQ/dp > 0 verschuiving LANGS curve
- dQ/dph < 0 verschuiving VAN curve
Elasticiteiten
- prijselasticiteit en kruisprijselasticiteit van de vraag
(percentuele verandering in van hoeveel er gevraagd
wordt gedeeld door percentuele verandering in prijs)
- aanbodelasticiteit
- inkomenselasticiteit
- besef elasticiteiten op korte en lange termijn
ΔQ/Q
- prijselasticiteit van de vraag: Ꜫ = =
Δ p/ p
- elasticiteit bij lineaire vraagcurve Qd = a – bp ?
,Prijselasticiteit van de vraag
- wat moet er gebeuren om een constante elasticiteit te
krijgen? helling moet niet constant zijn.
Andere elasticiteiten:
Marktevenwicht:
- wanneer prijs zodanig is dat vraag gelijk is aan aanbod, niemand wil zijn gedrag veranderen.
- interactie van vraag- en aanbodcurve bepaalt marktevenwicht.
- is de markt altijd in evenwicht?
ja, mits er geen marktverstoringen zijn: prijsmechanisme zorgt voor prijs waarbij markten
ruimen (market clearing).
nee, wanneer markt niet vrij kan functioneren, bijv bij minimum of maximumprijs
(overschotaanbod, overschotvraag) .
- vraag- en aanbodmodel is te gebruiken wanneer er volledige concurrentie is op de markt
(perfect competition, volledig vrije mededinging).
1. Groot aantal vragers en aanbieders.
2. Alle ondernemingen produceren identieke producten.
3. Alle marktparticipanten hebben volledige informatie.
4. Transactiekosten zijn verwaarloosbaar.
5. Bedrijven kunnen eenvoudig toe- en uittreden.
Comparatieve statica
- wat is het effect van veranderingen in exogene (buiten het model) op endogene variabelen
(binnen het model, bijv. prijs en hoeveelheid)?
- dit kan grafisch en wiskundig geanalyseerd worden.
* grafisch: EvdM.
* wiskundig: vraag- en aanbodfuncties gebruiken
- Twee manieren:
* grote veranderingen: vergelijk evenwicht voor en na schok met elkaar.
* kleine veranderingen: gebruik wiskundige afleiding.
Comparatieve statica met grote veranderingen
- Wiskundig voor grote schokken:
zie papieren sv.
, Comparatieve statica met kleine veranderingen
- schrijf de vraag als functie van de prijs en het aanbod als functie van prijs en aanbodschok.
Qd = D(p) en Qs = S(p, a)
- Qd = Qs bepaalt evenwichtsprijs als functie van aanbodschok a:
* p*= p(a) als impliciete uitkomst van D(p) = S(p, a).
* feitelijk de evenwichtsprijs voor alle mogelijke waarden van a.
- dan moet ook gelden: D(p(a)) = S(p(a),a). vraag bij evenwichtsprijs die geldt bij a is gelijk
aan aanbod bij evenwichtsprijs die geldt bij a.
Effecten verkoopbelasting
- twee vormen belasting:
* ad valorem belasting (percentage, bijv. BTW)
* specifieke belasting (vaste opslag, bijv. accijns)
- effecten van belasting hangen af van vraag- en aanbodelasticiteiten
* effect op evenwichtsprijs en –hoeveelheid.
* effect op wie uiteindelijk de belasting betaalt (tax incidence).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kikipuijk. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.06. You're not tied to anything after your purchase.