Formeel strafrecht schrijft de procedure voor – het geheel aan voorschriften, dat aangeeft hoe het
strafrecht op de concrete feiten moet worden toegepast.
Materieel strafrecht dient te worden gehandhaafd – het geheel van rechtsvoorschriften, dat aangeeft voor
welke gedragingen straf behoort te worden toegepast en waarin de straf behoort te bestaan.
- Zonder formeel recht mist het materiele recht zijn kracht.
Wanneer een strafbaar feit door het OM niet vervolgd wordt art. 12 Sv rechtstreekse belanghebbende
kan beklag doen bij het Hof, dat dan kan bepalen om alsnog vervolging te realiseren.
Strafrechtelijk sanctierecht (vroeger: penitenair recht) het rechtsgebied dat de inhoud van de
strafrechtelijke sancties en hun wijze van tenuitvoerlegging regelt.
1.2.De meerzijdige benaderingswijze van het strafrecht.
1.2.1.Het strafrechtelijk systeem, de maatschappij en de
individuele burger.
‘open’ delictsomschrijving rechter moet bepalen.
Ultimum remedium het uiterste redmiddel waarop door de wetgever pas beroep mag worden gedaan als de
sancties van andere rechtsgebieden(zoals civielrecht) ontoereikend moesten worden geacht.
Strafrecht criminaliteit bestrijdende functie, recht beschermende functie en moet tegelijkertijd zo min
mogelijk het welzijn van de mens schaden.
Benaderingswijzen, die elk een eigen visie in zich bergen op het genoemde spanningsveld van maatschappelijke
orde, recht en individu:
a. De benaderingswijze die primair uitgaat van het strafrechtelijk systeem als zodanig
b. Die primair uitgaat van de rechtspositie van de individuele burger als justitiabele
c. Die primair het maatschappelijk welzijn van de burger als uitgangspunt neemt
1.2.2.Het primaat van de wet en van het wettelijk systeem:
Dit is de legistische zienswijze. Het primaat van de strafwet geldt. De rechter moet de wet zo strikt mogelijk
naar de woorden, de bedoeling en het systeem van de wet interpreteren. Waar hem beleidsvrijheid is
toegestaan dient hij zich zoveel mogelijk te informeren over de maatschappelijke, psychologische etc. effecten
van zijn beslissingen om verantwoord en doelmatig te kunnen beslissen. Het is een systeembenadering van het
strafrecht.
1.2.3.De individuele rechtspositie van de burger:
Gaat uit van de individu-beschermende functie van het strafrecht. De overheid heeft een veel grotere
machtspositie dan het individu, dus de laatste moet optimaal in zijn rechtssubjectzijn worden gerespecteerd.
Het recht dient ter versterking van de rechtspositie van het individu. Het strafrecht geeft aan hoe oplossingen
gezocht moeten worden maar geeft zelf niet de oplossing. Specifiek juridische taak: het bewaken van op
,tegenspraak ingestelde procedures (contradictoire procedures) opdat alle relevante feiten en argumenten in
een werkelijke Verspreiden niet toegestaan.
1.2.4.Algemeen en individueel welzijn:
Het strafrecht moet als ultimum remedium beschouwt en gehanteerd worden. De doeleinden van deze richting
zijn conflictoplossing (mediation-praktijk, herstelrecht) en gedragsbeïnvloeding (resocialisatie). Een niet-
strafrechtelijke oplossing voor een delict wordt geprefereerd. Het strafrecht moet zich richten op
decriminalisering: bepaalde strafbare feiten moet uit het strafrecht worden gehaald en eventueel
overgeplaatst naar een ander rechtssysteem, zoals bordeelbezoek of hasjgebruik. Depenalisering is het zoveel
mogelijk vermijden van schadelijke effecten van straffen door alternatieve straffen of bestuurlijke sancties op
te leggen (taakstraffen).
1.2.5.Het strafproces voor het slachtoffer.
Rechten slachtoffer:
1. Spreekrecht
2. Informatie over zaak
3. Recht op een advocaat
1.2.6.De optiek van dit boek.
Art. 1 Sr de burger mag alleen in de door de strafwet nauwkeurig omschreven gevallen gestraft worden
(rechtszekerheid)
- De verruimingen door de rechter mogen alleen als deze ten gunste van de burger werken.
Strafbeschikking kunnen geldboeten, taakstraffen en ontzeggingen van de rijbevoegdheid bevatten.
- Pas bij verzet komt de onafhankelijke rechter kijken
1.3.De rol van de overheid en individu bij de strafrechtspleging.
1.3.1.Strafrecht publiekrecht.
Toepassing van strafrecht krijgt een sterker publiek karakter.
1.3.2.Wie bij de strafoplegging een rol spelen.
a) opsporing
b) vervolging
c) berechting van strafbare feiten
d) tenuitvoerlegging straffen en maatregelen
I. opsporingsambtenaren (politieambtenaren):
a. Die binnen een hiërarchische structuur belast zijn met de opsporing van strafbare feiten
Dit is hun justitiële politietaak.
b. Ook de Hulp-OvJ’s vallen hier onder, deze beschikken over meer bevoegdheden, maar over
minder dan de OvJ.
c. Zorg voor orde, rust en veiligheid niet-justitiële taak/preventieve taak
i. Burgemeester, commissaris van de koning en de Minister van Veiligheid en Justitie.
d. Met betrekking tot de justitiële politietaak staat de politie onder supervisie van het OM
II. Openbaar Ministerie (OM):
a. Hiertoe behoren de OvJ’s (= ook wel openbaar aanklager genoemd)
i. Werkt bij een gerecht in feitelijke aanleg.
b. Het OM wordt bestuurd door het College van Procureurs-Generaal(P-G’s) met zijn Parket-
Generaal art. 130 RO.
c. Uitvoerende macht, samen met de Minister van Veiligheid en Justitie.
d. OM komt op voor de gemeenschap en het algemeen belang.
e. Minister is bevoegd om algemene en bijzondere aanwijzingen te geven art. 127-128 RO
III. Raadsman (behartigt de belangen van de verdachte):
a. Dit gebeurt in een zo vroeg mogelijk stadium:
, i. Opsporingsfase wanneer de verdachte nog is art. 27 lid 1 Sv
b. Wanneer iemand wordt aangehouden en wordt verhoord moet hij in de gelegenheid worden
gesteld een advocaat te raadplegen.
IV. Reclasseringsfunctionaris (sociale hulpverlening):
a. Die vanaf de fase der inverzekeringstelling tot ver na een veroordeling kan worden
ingeschakeld.
V. Rechter
a. Lid van de onafhankelijke rechterlijke macht.
i. RC kan de bewaring van de verdachte bevelen, verricht onderzoekshandelingen
en zijn optreden kan nodig zijn voor het nemen van ingrijpende beslissingen die de
OvJ nodig acht.
ii. Raadkamer bestaande uit één of drie rechters, behandelt vorderingen van het
OM en verzoeken van o.a. de verdachten art. 21-25 Sv, zoals de
gevangenhouding.
iii. Enkelvoudige kamer Unus judex alleensprekende rechter, de scepter.
iv. Meervoudige kamer collegiale rechtspraak.
VI. Griffier:
a. Die heeft de taak om al wat voorvalt en gesproken wordt op te teken in een Proces-Verbaal.
VII. Burger die aangifte doet:
a. 161 Sv aangifte doen
b. 160 Sv verplichte aangifte bij:
i. Mensenroof, moord, doodslag, verkrachting, een terroristisch misdrijf met
levensgevaar etc.
c. Klacht aangifte met verzoek tot vervolging.
i. Bijvoorbeeld belediging
ii. OM kan alleen vervolgen wanneer betrokkene een vervolging wenst
d. Particulieren treden vaak op als getuige of getuige-deskundige
VIII. Ministerie van Veiligheid en Justitie:
a. Beheer over de politie berust bij het Ministerie
IX. Raad voor de Rechtspraak:
a. Opgericht in 2002, is het overkoepelend bestuur van de hiervoor genoemde rechterlijk
colleges (ook van de Centrale Raad van Beroep en het College van Beroep voor het
bedrijfsleven)
b. Raad verzorgt en verdeelt de financiële – die afkomstig zijn van de Minister van Veiligheid en
Justitie – en bevordert de kwaliteit van de rechtspraak.
Ad II: Openbaar Ministerie:
Organisatie is als volgt:
- Rechtbank:
o Officieren van Justitie (van wie de hoof officier hoofd van het Parket is)
o Landelijk parket houdt zich bezig met de bestrijding van bovenlokale, vaak internationale
zware criminaliteit
o Functioneel parket richt zich op milieu, economie en fraude
- Gerechtshof:
o Advocaten-Generaal, met een hoofdadvocaat-generaal.
o OM staat onder leiding van het College van Procureurs-Generaal
o Taak OM is de strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde
Belast met het vervolgen van strafbare feiten
Kan lichte strafbare feiten zelf afdoen met een zogenaamde strafbeschikking,
waarbij een straf wordt opgelegd vervolging door een strafbeschikking
Vervolging klassieke manieren waarop deze begint:
Dagvaarden
Vorderen van onderzoekshandelingen door de RC
Vorderen van voorlopige hechtenis
Géén vervolgingsplicht sepot art. 167 lid 2 of art. 242 lid 2 Sv
o Opportuniteitsbeginsel mag van vervolging afzien
, o OvJ is – dominus litis – heer en meester van het rechtsgeding
Technisch sepot bewijsbaarheid niet concreet/duidelijk/genoeg
Ne-bis-in-idem door rechter geen vervolging art. 70 Sr
NIET-ONTVANKELIJKHEID OVJ art. 349 lid 1 Sv
Voorwaarden van vervolgbaarheid ontbreken
Verjaring, overleden, verdwenen voorwaarden voor de uitvoerbaarheid
ontbreken.
Ad V: Rechter:
Belast met rechtspraak in strafzaken zijn de volgende instanties:
a. Rechtbanken, zitting houdend met alleensprekende rechters of met colelges van drie rechters (enkel-
of meervoudige kamer)
a. Alleensprekende kantonrechters behandelen overtredingen
b. Er zijn 11 rechtbanken met verschillende zittingsplaatsen
b. 4 Gerechtshoven, zitting houdende met drie raadsheren
a. Amsterdam, ’s-Hertogenbosch, Den Haag en Arnhem/Leeuwarden
c. Hoge Raad der Nederlanden te Den Haar
a. Arresten wijzend met 5, dan wel 3 raadsheren
- Rechtbank en Hoven rechters feitenrechters
- Hoge Raad raadsheren cassatie, beoordelen of de feitenrechters de feiten goed hebben toegepast
De onafhankelijkheid van de rechter, bedoeld als garantie voor een niet-politiek gebonden rechtspraal, blijkt uit
het volgende:
1. Hij is onafzetbaar, want hij wordt voor het leven benoemd door de Kroon
a. Althans, de 70ste levensjaar. Op eigen verzoek kan hij door de Kroon worden ontslagen
b. Art. 46i, 46L en 46m Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren ontzetten van ambt bij
misdragingen of ongeschiktheid of onverenigbaarheid van functies.
2. Zijn rechtspositie is geregel bij de wet art. 117 Gw
Politierechter kan maximaal één jaar gevangenisstraf opleggen
Adversaire procestype het is aan partijen om met het oog op het te bereiken doel de werkelijkheid tactisch
en strategisch te modelleren door wel of geen verweer te voeren, wel of geen bewijs te leveren etc.
Inquisitoire procestype de rechter is actief op zoek naar de materiële waarheid.
- Belangrijk in dit procestype is dat er een (uitgebreid) vooronderzoek plaatsvindt waarin bewijzen
tegen de verdachte worden verzameld, die ter terechtzitting worden geverifieerd, met behulp van
verdachte en eventueel getuigen.
Ad VII: Burgers die aangifte doen:
- Aangifte
- De klacht
- De slachtofferverklaring
- Beklagmogelijkheid bij het Hof
- Wilsovereenstemming tennisarrest
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller anitazelissen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.96. You're not tied to anything after your purchase.