Hoofdstuk 11 de systolische linkerventrikelfunctie
July 24, 2024
21
2023/2024
Summary
Subjects
globaal versus regionaal
bepaling van lv dimensies
bepaling van de lv massa
regionale lv functie
globale systolische lv functie
Connected book
Book Title:
Author(s):
Edition:
ISBN:
Edition:
Written for
Hogeschool InHolland (InHolland)
Echocardiografie
Echocardiografie
All documents for this subject (3)
Seller
Follow
AnneVH
Content preview
Hoofdstuk 11 De systolische linkerventrikelfunctie
11.1 Globaal versus regionaal
Het is cruciaal om de systolische functie van de linker hartkamer (LV) te begrijpen, omdat deze
de prognose van bijna alle hartziekten beïnvloedt. De systole is het deel van de hartcyclus waarin
de LV samentrekt, de druk in de LV stijgt, en bloed uit de LV naar de aorta wordt gepompt. Dit
verhoogt de aortadruk en zorgt voor zuurstofrijke bloedcirculatie door het lichaam.
Systolische functie kan worden gemeten door te kijken naar de algehele en regionale
contractiefunctie. De algehele functie wordt beoordeeld aan de hand van hoe de LV kleiner wordt
tijdens de contractie en de snelheid van drukopbouw in de LV (dP/dt). Regionale
contractieverschillen zijn belangrijk, vooral bij coronairlijden, omdat deze zich vaak uiten in
verminderde contractie op specifieke plekken. Dit helpt bij het identificeren van vernauwde
coronairarteriën, wat nuttig is voor stressechocardiografie.
Elke beoordeling van de systolische LV-functie begint met een nauwkeurige meting van de LV-
dimensies.
11.2 Bepaling van LV-dimensies van de LV-massa.
Om nauwkeurige metingen van de afmetingen van de linker hartkamer (LV) te verkrijgen, is het
essentieel om de LV op de juiste manier te doorzagen. De beste manier om dit te doen is met
een parasternal long-axis (PLAX) opname, waarbij de transducer zo gepositioneerd moet worden
dat het ventrikelseptum en de achterwand van de LV onder een rechte hoek worden bekeken. Als
dit niet lukt vanuit de gekozen intercostaalruimte, moet een andere ruimte worden gezocht. De LV
moet zo volledig mogelijk zichtbaar zijn en de posteromediaan papillairspiergroep moet buiten
beeld blijven, omdat deze zich buiten de mediaanlijn bevindt en anders de metingen niet precies
zullen zijn.
Alternatief kan de short-axis (PSAX) opname op het niveau van de chordae worden gebruikt, mits
de cursor loodrecht staat op het ventrikelseptum en de achterwand van de LV. Metingen kunnen
worden verricht vanaf een sectorbeeld of M-mode registratie. M-mode biedt voordelen zoals hoge
temporele resolutie, eenvoudige bepaling van eindsystole en -diastole, en snelle metingen.
Echter, M-mode vereist dat de LV haaks wordt aangesneden; anders zullen de metingen
overschat worden.
,Figuur 11.1 (links) Mortaliteit uitgezet tegen de met echografie bepaalde ejectiefractie (EF) en
radionuclide-ventriculografie (RNV). Bij een afname van de EF neemt de mortaliteit exponentieel
toe; vooral bij een EF < 40% is het effect groot.
Figuur 11.2 (rechts) Einddiastolische (links) en eindsystolische (rechts) pLAX. Het
ventrikelseptum verdikt en verplaatst zich normaal binnenwaarts tijdens de systole. De
achterwand blijft echter praktisch even dik tijdens de contractie en verplaatst zich nauwelijks. Dit
beeld kan passen bij ischemie van de achterwand.
Figuur 11.3 (links) Foute en juiste doorsneden van de LV bij dezelfde patient. Links: vanuit de
derde intercostaalruimte, waardoor de indruk van een hyperkinetische LV met kleine inwendige
diameters ontstaat. In werkelijkheid (rechts, vierde intercostaalruimte) is de LV wat groter, heeft
hij dunnere wanden en is hij normokinetisch.
Figuur 11.4 (rechts) Foutieve (links) en juiste doorsnede van de LV. In de Dit wordt veroorzaakt
doordat vanaf de aorta de doorsnede niet door de linkerregistratie is de lengte van de LV
bijzonder klein en zijn de wanden dik. apex van de LV gaat maar door een zijwand. De transducer
moet zodanig worden verplaatst dat de diameters van de LV zo groot mogelijk zijn.
Figuur 11.5 (links) LV (pLAX) waarbij het vlak van doorsnede niet door het midden van de LV
gaat. Dit is te zien aan de meegeregistreerde posteromediale papillairspiergroep, die zich immers
niet centraal in de ventrikel bevindt. De diameters van de LV zullen dus kleiner worden gemeten
dan ze in werkelijkheid zijn.
Figuur 11.6 (rechts) Schematische weergave van het effect van het scheef doorsnijden van de LV
op metingen die vervolgens vanaf de M-mode- registratie worden gemaakt: alle metingen zullen
hier te groot uitvallen.
, Vanwege de beperkingen van M-mode metingen verdient 2D-meting de voorkeur voor het
beoordelen van de afmetingen en functie van de linker hartkamer (LV). M-mode is minder
geschikt voor nauwkeurige metingen van de LV-grootte en -functie. Bij 2D-metingen wordt de M-
modelijn gepositioneerd op het 2D-beeld zodat de LV ter hoogte van de chordae wordt gesneden,
wat ongeveer een derde van de afstand tussen de mitralisklep en de apex is (zie figuur 11.7). Dit
is visueel beter te controleren op een 2D-beeld, waar ook de verschillen tussen systolische en
diastolische fases goed zichtbaar zijn (zie figuur 11.8).
Bij oudere patiënten kan het proximale deel van het ventrikelseptum verdikt zijn en uitpuilen in de
LV-uitstroomtractus (sigmoid-septum). In dergelijke gevallen worden metingen zowel op de
standaardplaats als midventriculair verricht en vastgelegd (zie figuur 11.9). 2D-metingen bieden
hierdoor een duidelijk voordeel ten opzichte van M-mode metingen door deze afwijkingen beter te
kunnen detecteren en corrigeren.
Figuur 11.7 (links) De positie van de M-lijn in een pLAX voor het meten van de LV-diameters en
wanddikten, da descenderende aorta.
Figuur 11.8 (rechts) Weergave van de normale verschuiving van het hele hart, vooral van het
ventrikelseptum, tijdens de hartactie. Het gevolg hiervan is dat een M-moderegistratie tijdens
systole (b) een heel ander deel van het septum laat zien dan tijdens diastole (a).
Figuur 11.9 (links) Metingen van ventrikelseptum- en LV-diameters bij een variant van de
septumvorm. In een dergelijke situatie is het onvoldoende de metingen alleen uit te voeren op de
standaardplaats, te weten het verdikte septum. Voor een goed verslag en een goede follow-up
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller AnneVH. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.24. You're not tied to anything after your purchase.