Methodologie van de sociale wetenschappen (S0A21B)
Summary
Samenvatting Methodologie van de sociale wetenschappen 2023/2024
23 views 0 purchase
Course
Methodologie van de sociale wetenschappen (S0A21B)
Institution
Katholieke Universiteit Leuven (KU Leuven)
Book
Kennis maken
Dit is een samenvatting van het vak Methodologie van de sociale wetenschappen, gedoceerd door professor Bart Meuleman in het academiejaar 2023/2024. Het beslaat zowel het boek, als de slides, clips, en eigen notities. Ik ben hiermee geslaagd in eerste zit. Een aanrader!
Methodologie van de sociale wetenschappen (S0A21B)
All documents for this subject (6)
Seller
Follow
jchymcsler
Content preview
maandag 18 december 2023
SAMENVATTING
METHODOLOGIE
H1 - Waarom sociaal-wetenschappelijk onderzoek?
1.1 Inleiding
- Resultaten van soc-wet onderzoek overal - bv. Media, blogs, nieuws..
- Methodologie is niet alleen de beheersing van de onderzoekstechnieken, maar verwijst
naar de wijze waarop het HELE proces van wetenschapsbeoefening- hoe je theorieën
hanteert, welke redeneringen zin hebben enzv. - functioneert, en houdt dus niet alleen de
kennis van beheersing van methoden en technieken in, maar meer in het algemeen HOE
JE AAN ONDERZOEK DOET]
- Voorbeeld: opzetten van een survey - houdt een logica in, impliceert kennis over
speci eke technieken (vraagverwoording, trekken van een steekproef, overtuigen van
respondenten)
- Methoden zijn in tegenstelling de regels, technieken of procedures die gebruikt worden
tijdens de wetenschapsbeheersing
- Voorbeeld: natuurlijk experiment - “Observationele studie waarbij personen op natuurlijke
wijze of via elementen die onafhankelijk zijn van de onderzoekers worden blootgesteld
aan de bestudeerde factor of aan de controle daarop. Dit soort onderzoek wordt
bijvoorbeeld gebruikt wanneer vrijwillige blootstelling onethisch of onpraktisch wordt
geacht.”
- Wetenschappelijke onderzoekers gebruiken een taal
1.3 De wetenschappelijke aanpak
- Wetenschapskennis is van lekenkennis anders door focus op de regels en procedures,
die betrekking hebben op de kwaliteit en het waarheidsgehalte
- Andere zaken dan onderscheid waar/onwaar sluipen binnen
- 1) Persoonlijke overtuigingen/ervaringen
- 2) Institutionele belangen
- 3) Machtsverhoudingen
- Idealiter niet blind zijn voor de raakvlakken met ideologie •
- 1) Soorten vragen die we stellen
- Interpretaties die we maken
- Niet blind zijn voor de raakvlakken met ideologie (vragen die we stellen, interpretaties die
we maken)
- Voorbeeld: wetenschappelijk onderzoek naar klimaatverandering
- Aantal alternatieve bronnen om kennis te verwerven (kunnen niet met
wetenschappelijke kennisverwerving concurreren):
- Persoonlijke ervaringen -> overgeneralisatie, snel conclusies trekken van wat niet altijd
waar moet zijn
- Media-informatie -> media combineren vaak wetenschappelijk onderzoek en niet-
wetenschappelijke informatie, waardoor het kritisch aangepakt moet worden
- Ideologische bronnen -> de vooringenomenheid heeft invloed op de beoefening van
wetenschappelijk onderzoek en de resultaten kunnen ideologisch ook vaak
geïnterpreteerd worden
1.4 Wat te verwachten van methodologie?
- Methodologie reikt je 2 bouwstenen om kennis op te bouwen
- 1. bouwsteen: Theoretische inzichten die gebruiken reeds bestaande empirische data of
gegevens
1
fi
, maandag 18 december 2023
- Theorieën: coherente systemen van logische en consistente onderling verbonden
inzichten, die gebruikt worden om kennis over de werkelijkheid te organiseren
- Verschillende soorten theorieën
- Men kan bijvoorbeeld onderscheiden tussen micro- (individuele niveau) meso- (tussenin,
bv. organisaties of bedrijven), en macro- (het hele maatschappelijke systeem) niveau van
theorieën
- 2. bouwsteen vormen daartegenover de gebruikt data of gegevens over de werkelijkheid
zelf - empirie
- Hiermee kun je bepalen of de reeds gemaakte inzichten kloppen met de werkelijkheid of
niet
- Sommige zijn onmiddelijk waarneembaar (geslacht, agressie), andere moeten speciaal
gemeten worden (IQ-test, kiesintenties)
- Empirische data - gegrondvest in zintuiglijke waarneming
- Moeten volgens enkele regels en processen verzameld worden
- Kwantitatieve en kwalitatieve data
- Kwantitatieve - cijfers allerhande, meestal statistieken
- Kwalitatieve - verwijzen naar gegevens in de vorm van teksten, objecten of foto’s
- Met beide vormen zijn speci eke verzameltechnieken verbonden
Hoofdstuk 2: Bouwstenen van sociaal-
wetenschappelijk onderzoek
2.1 Inleiding (heel kort)
- Sociaal-wetenschappelijk onderzoek: de productie van geldige en betrouwbare kennis
over de sociale realiteit door het combineren van theorie en empirie, waarbij
methodologische principes rigoureus worden toegepast
- Voortdurende wisselwerking tussen theorie en empirie
- In het algemeen bestaat er geen meestal echter aangenomene de nitie
2.2 Bouwstenen van sociaal-wetenschappelijk onderzoek
- Theorie: het geheel van samenhangende uitspraken of proporties die bepaalde
fenomenen beschrijven of verklaren
- Minder abstracte de nitie: theorie probeert
- Maken idealiter ook voorspellingen mogelijk
- Bekijken als verhalen over hoe de realiteit functioneert
- Kenmerken van een goede theorie:
- Moet logisch en consistent zijn
- Beschikt over een zekere mate van veralgemeenbaarheid
- Ruimer toepassingsgebied dan een concrete tijd en plaats
- Spaarzaamheid en verklaringskracht
- Moet een brede reikwijdte hebben
- Kenmerken van wetenschappelijke theorieën:
- Uitspraak over de relaties tussen concepten - concept: een algemeen en abstract idee
dat als een label dient om concreet waarneembare zaken of fenomenen te categoriseren
- Empirisch toetsbaar - Toetsbaarheid=veri eerbaarheid+weerlegbaarheid
- Zekere mate van veralgemeenbaarheid
- Ruimer toepassingsgebied dan één concrete tijd en plaats
- Theorieën bestaan uit 2 elementen: concepten en relaties tussen de concepten
- Concept: een algemeen en abstract idee dat als een label dient om concreet
waarneembare zaken of fenomenen te categoriseren
- Enkele belangrijke kenmerken van theorieën:
2
fi fi fi fi
, maandag 18 december 2023
- Moet ten eerste logisch consistent zijn - uitspraken moeten onderling logisch
samenhangen
- Moet een zekere mate van veralgemeenbaarheid beschikken - kan niet, dat het geldig is
alleen op een plaats en een tijdstip
- Formele theorie: een soort theorie die ervan uitgaat dat je allerhande sociale fenomenen
los van de concrete inhoud kan verklaren vanuit enkele vormelijke basisprincipes
- Passe-partout toegepast op allerhande beslissingen
- “Grand theory” - een soort theorie die sociale fenomenen probeert te vatten vanuit één
abstract conceptueel kader, waarin het ordenen van concepten belangrijker is dan het
begrijpen van de sociale werkelijkheid.
- Bijzonder hoge abstractieniveau
- Voorbeeld: het structurele functionaleisme van Talcott Parsons
- “Middle range theory” - theorieën die berusten op een reeks aannames over een
bepaald sociaal fenomeen, waaruit hypothesen kunnen worden afgeleid die op hun beurt
empirisch getoetst worden
- Houden het midden tussen de grand theories en de veralgemeningen
- Theorieën moeten empirisch toetsbaar zijn
- Toetsbaarheid = veri eerbaarheid + weerlegbaarheid
- Empirische waarnemingen houden zowel veri eerbaarheid als falsi eerbaarheid in
- Veri eerbaarheid /- de mogelijkheid om door observatie te toetsen of theoretische
aannames overeenstemmen met de realiteit
- Falsi eerbaarheid - de mogelijkheid om door observatie de eventuele onjuistheid van
kennis aan te tonen, weerlegbaarheid - mogelijk om observaties te doen die de theorie
ontkrachten of falsi ëren
- Onderzoek wordt daardoor heel vaak gedeeld, uitgebreid en gecontroleerd
- Grote openheid hoe theorieën tot stand gekomen zijn
- Repliceren: het herhalen van onderzoek om te kijken of je tot dezelfde conclusies komt.
- Anderen hebben dus de mogelijkheid om jouw onderzoek te herhalen
- Dit criterium van empirische toetsing is dus uiterst belangrijk en onderscheidt
wetenschappelijke theorieën van andere kennissystemen, zoals bv. religie
- Tweede bouwsteen van onderzoek is uiteraard empirie
- Empirie: het ervaren van de wereld rondom ons door waarneming
- Het is heel moeilijk om objectief empirisch te observeren
- Onze waarneming is niet objectief, maar onder invloed staat van allerhande interne
mentale processen en externe invloeden
- Bijzonder grote uitdaging bij het produceren van wetenschappelijk onderzoek
- Sommige onderzoekers maken gebruik van gestandardiseerde procedures die
subjectiviteit zoveel mogelijk uitsluiten en doen kwantitatieve metingen
- Andere denken, dat objectieve observatie is niet alleen onmogelijk, maar ook onwenselijk
- Theorie en empirie hebben elkaar nodig
- Samenspel mogelijk gemaakt door inductie en deductie
- Deductie - een gevolgtrekking van het algemene naar het bijzondere
- Wanneer een hypothese door de realiteit tegengesproken wordt, dan betekent dit dat de
theorie geen afdoende verklaring kan bieden
- Inductie - op basis van speci eke waarnemingen komen tot een andere regel.
- Bewijsvoering niet helemaal waterdicht - er bestaat immers de mogelijkheid dat een
tegengestelde waarneming opduikt die de ganse theorie onderuithaalt
- Observatie, inductie, deductie en toetsing
- Observatie - meer systematisch en doelgericht dan louter waarnemen
- Concrete onderzoeksprojecten leggen doorgaans niet het ganse traject van de cyclus af.
- Voorbeeld van het herhaardelijk doorlopen van de empirische cyclus: Ignaz Semmelweis
- theoretische inzichten worden getoetst door waarneembare feiten
2.3 Evaluatiecriteria voor wetenschappelijke kennis
3
fifi fifi fi fi fi
, maandag 18 december 2023
- Doel van sociaal-wetenschappelijk onderzoek: ‘ware’ kennis over realiteit generen
- Maar: onderzoeksresultaten spreken elkaar voortdurend tegen – Tegensprekelijk debat is
motor van vooruitgang in wetenschap
- Hoe kunnen we het ‘waarheidsgehalte’ van onderzoek evalueren?
- Validiteit en betrouwbaarheid
- Kwaliteit van onderzoek - afwezigheid van fouten
- 2 soorten fouten: toevallige (geen systematisch patroon) en systematische (continu in
eenzelfde richting te gaan)
- Betrouwbaarheid verwijst naar de afwezigheid van toevalsfouten, validiteit heeft
betrekking op afwezigheid van systematische fouten
- Betrouwbaarheid: de mate van consistentie van een meting tomaten waarin een
meetinstrument dezelfde resultaten oplevert bij herhaalde metingen onder soortgelijke
condities
- Wijst naar de mate hoeveel het onderzoek beïnvloedt wordt door toevalsfouten
- Toevalsfouten veel minder erg dan systematische fouten - veelal op voorwaarde van een
grote aantal observaties
- Validiteit: de afwezigheid van systematische fouten of vertekeningen van onderzoek, ook
geldigheid genoemd
- Systematische fouten voorkomen
- Meetvaliditeit - de mate waarin een meetinstrument meet wat het zou moeten meten -
peilt naar de vraag of theoretische concepten wel degelijk goed geoperationaliseerd zijn
- Interne validiteit - de mate waarin waargenomen relaties in een empirische studie een
correcte weerspiegeling zijn van de werkelijkheid
- Externe validiteit - zijn de resultaten toepasbaar op een ruimere context? - kunnen we het
veralgemenen?
- Causaliteit - causeel verband met de oorzaak en de gevolgen daarvan
- Wetenschappers proberen causaliteit vast te stellen
- Causaliteit heeft een groot verband met externe validiteit
- Voorwaarden voor causaliteit:
- 1) Covariatie - samenhang tussen de twee fenomenen - wel noodzakelijke voorwaarde,
maar geen voldoende
- 2) Duidelijke tijdsorde tussen de fenomenen
- 3) Afwezigheid van storende factoren
- Soms kan de kwaliteit dat twee fenomenen samen voorkomen of covarieren misleidend
zijn omdat je met een schijnverband te maken hebt
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jchymcsler. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.57. You're not tied to anything after your purchase.