De Geo Ontwikkelingsland Brazilië; havo SE CE Studieboek
Een van de drie grote en nieuwe onderdelen op het centraal examen gaat over ontwikkelingsland Brazilië . Deze samenvatting bevat een goede uitleg met veel plaatjes om de stof goed te begrijpen en er een beeld bij te krijgen.
Aardrijkskunde havo, zelf had ik in het jaar een 7,6 op mijn CE Aardri...
Paragraaf 1.1
Brazilianen heeft positieve beelden als het Amazone-regenwoud, voetbal, strand, carnaval en muziek/
dansen, warm, groot en Christusbeeld. Economisch gaat het er steeds beter maar er is nog steeds veel
armoede in steden en de oerwoud word bedreigt door oprukkende landbouw (houtkap). In de
sloppenwijken (steden) is veel armoede en vind veel criminaliteit plaats.
Perceptie = jou eigen waarnemingen/gedachtes bij een plaats --> gevormd door tv, toerisme, verhalen.
Perceptie vergroten door een geografisch beeld te krijgen (kijken naar gebiedskenmerken, ligging
(plaats/land/wereld), bewonerskenmerken en relaties tussen plaatsen en landen.
Van die ideeën kan je een eigen kaart maken hoe de plaats er uit ziet volgens jou --> = metal map.
Bij het vormen van een beeld rekening houden met:
- informatiebronnen geven onvolledige beschrijving, je kan nooit een perfecte voorstelling krijgen
- informatie kan onjuist zijn
- stereotiep beeld zorgt ervoor dat je een eenvoudig/overdreven beeld krijgt. Komt doordat mensen/
media alleen opvallende dingen vertellen en niet de gewone/normale dingen.
Oppervlakte van Brazilië is ongeveer 8,5 miljoen km² en is het grootste land van Zuid-Amerika. Het staat
op de 5e plek als grootste land (Rusland, Canada, China, VS zijn groter). NL past er meer dan 200x in.
Door de grootte van het land en de dure vliegtickets reizen veel mensen met de bus, zakenmensen gaan
met het vliegtuig en afgelegen gebieden gaan vaak met de boot.
Transport in Brazilië is duur --> veel met vrachtwagens en die kunnen weinig goederen meenemen.
Daarom worden er steeds meer goederen sporen aangelegd. Goederen transport dus met trein en
vrachtwagens.
Paragraaf 1.2
Brazilië heeft een vlakke/lichtglooiende grond maar ook gebieden met heuvels en bergen.
- Hoogvlakte/hoogland van Guyana: tafelbergen tot 2900 meter hoog (Noord-Brazilië).
- Hoogland van Brazilië: verspreide bergketens tot 1100 meter hoog (Midden-Oost Brazilië) --> Serra do
Mar is een van de belangrijkste.
- Amazonebekken: vlakte van de Amazone (tussen hoogland van Guyana en hoogland van Brazilië).
Landschappen (reliëf) komen tot stand door:
• Endogene processen: Platentektoniek (verschuiven van aardplaten)
• Exogene processen: Erosie en verwering (breekt landschap af), sedimentatie (landschap weer
opgebouwd)
Vroeger bestond Brazilië allemaal uit kleine eilanden (samen continent Gondwana). Die bewogen naar
elkaar en vormden toen met alle andere landen Pangea (wereldcontinent). 230 miljoen jaar geleden viel
Pangea uit een door endogeen proces.
Zuid-Amerika en Afrika schoof uiteen en er kwam magma omhoog en dat stolde. Er ontstond een
oceanische korst. Door de verschuiving van de platen ontstaan er gebergten en werden oude eilanden
(schilden) omhoog geduwd door opheffing, schilden kwamen op een plateau te liggen.
In de Hoogland van Guyana en Hoogland van Brazilië is tegenwoordig stollingsgesteente (graniet),
metamorfe gesteente (leisteen) en sedimentgesteente. Graniet en leisteen zijn diep in de aardbodem
gemaakt --> door opheffing en erosie van de bodem ligt dit nu aan de oppervlakte.
In de plateaus stromen rivieren naar de Amazone of Paraguay --> zorgen voor erosie door snel stromende
rivier (hoge hellingshoek).
, Het erosiemateriaal/slib uit hoogland blijft liggen in de Amazone (= sedimentatie). Zand en kleilagen
werden samengedrukt tot sedimentgesteente. Hier bovenop komt weer niet sediment te liggen.
De endogene en exogene processen zorgen de natuurlijke hulpbronnen (= stoffen uit de natuur die van
economisch nut kunnen zijn). Er zijn verschilde soorten delfstoffen:
- Ertsen: = gesteente/mineraal met metaal erin, zoals ijzererts (hooglanden), tin, koper, zilver, bauxiet
(Amazonegebied)
- Aardolie: veel gevonden langs de oostkust
Het ontstaan en de verspreiding van natuurlijke hulpbronnen hangt samen met de geologie van een
gebied. (= de oudheid/opbouw van de aarde van/onder te grond). Hoe ontstaan:
- IJzererts: Bij ertsvorming is sedimentatie, want het is opgebouwd uit laagjes met en zonder ijzer in het
gesteente. Meeste ijzererts liggen in de oude schilden.
----> IJzererts lagen in een ondiepe oceaan (oceaan bevatte weinig zuurstof). Door weinig zuurstof kon
er ijzerhoudende sedimenten gevormd worden (zonder ijzer). De sedimenten werden
samengedrukt tot gesteenten. IJzerhoudende gesteenten omhooggeduwd door
gebergtevorming. Er kwam veel druk op de ijzerhoudende lagen te staan en er trad metamorfose
op waarbij ijzererts ontstaan. (Door verwering/erosie is de laag erboven verwijderd en ligt ijzererts
dicht aan het oppervlak.)
- Bauxiet: Dit is een grondstof voor aluminium. Dit is pas de laatste paar miljoen jaar gevormd.
Door het vochtige tropische klimaat en dichte begroeiing was er chemische verwering --> gesteente
viel uiteen in in fijne kleideeltjes --> die komen op elkaar te liggen en er vormt een dikke sedimentlaag
--> goedoplosbare kleideeltjes spoelen weg door de regen, de slecht oplosbare aluminium- en
ijzerminderalen bleven achter --> er blijft een rode laag achter met veel aluminium/ijzer = lateriet. Als
lateriet steeds harder word, word het bauxiet.
- Aardolie: Ligt in de bekken bij Santos (naast Rio de Janeiro) op 4,8 km diepte, afgesloten door een
zoutlaag. Ongeveer gebied dat 4x zo groot is dan NL ligt vol met aardolie. Aardolie is een fossiele
brandstof en ontstaat door oude planten- en dierenresten.
In de oceaanbodem ligt ook olie. Door het openbreken van Pangea schuiven twee platen van elkaar
vandaan (divergente plaatbeweging). 3 fases:
1. Door uit elkaar schuiven Afrika en Zuid-Amerika ontstaat er een slenk. Deze meren zijn gevuld met
sedimenten (= lagen organisch metaal met zand en klei).
2. Slenk word steeds groter en er komst steeds mee zeewater in. Dit gebeurde steeds vaker en er
ontstond de Atlantische oceaan.
3. Door hoge druk van de sedimenten en oceaanwater veranderde de lagen organisch meteriaal in olie
en gas (blijven liggen onder zoutlagen).
Paragraaf 1.3
Brazilië ligt vooral in de tropen en een klein deel in de subtropen. Het klimaat hangt af van: breedtligging,
druk- en windsystemen, zeestromen, (ligging van) gebergten.
In het noorden is een tropisch regenwoudklimaat (Af), kenmerken:
- 2000-3000 mm neerslag per jaar
- droogste maand >60 mm
In het midden is een savanneklimaat (Aw), kenmerken:
- het is er warm, koudste maand gemiddelde temperatuur 18℃
- droog seizoen in de winter (juni-aug): <60 mm neerslag
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sanderverbeek2904. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.20. You're not tied to anything after your purchase.