deze samenvatting geeft een uitgebreide analyse van de verschillende fasen van menselijke ontwikkeling en de rol van socialisatie in deze processen. Gebruik gemaakt van de literatuur van: psychologie, een inleiding 8e druk, Zimbardo, Weber, Johnson. Pearson Benelux, 9789043015639 ISBN. ter inspira...
1.2 ontwikkeling en socialisatie (2318SN122Z)
All documents for this subject (6)
Seller
Follow
elisedurge
Content preview
1.2 ontwikkeling en socialisatie samenvatting
Thema 1: psychologie en sociologie
Definities
Psychologie De wetenschap en studie van menselijk gedrag
en mentale processen. Het belang van
psychologie is inzicht krijgen in achtergronden,
motieven en gedrag van mensen.
Sociologie Bestudeerd de wisselwerking tussen (het
gedrag van) individuen en groepen mensen in
de maatschappij. Het helpt om achtergronden
van problemen beter te begrijpen en
voorspellingen te doen over toekomstig gedrag
of voorwaarden voor verandering
Psychologie Sociologie
Gedrag van individuen Gedrag van groepen
Mentale processen Maatschappelijke invloeden
Nature Nurture
Hoe leren mensen? Wat leren mensen van wie & aan wie?
Socialisatie: levenslange ontwikkeling van gedragspatronen, waarden, normen, vaardigheden,
houdingen en motieven die volgens de eigen gemeenschap gewenst zijn
Culturele antropologie: het analyseren en begrijpen van mensen met andere culturele
achtergronden
Pedagogiek: de kennis en toepassing van opvoeden met specifieke doelen, taken en opgave.
Rol van de sociaal werker
Theoretische kennis uit psychologie en sociologie geeft inzicht in de wijze waarop kinderen
zich ontwikkelen en socialiseren
De pedagogiek leert ons zien wat de rol is van opvoedingsaspecten, stijlen en doelen. De
pedagogiek maakt gebruik van begrippen en inzichten uit de psychologie en sociologie zoals
hechting en socialisatie
Psychologisch denken: maakt mogelijk dat we de manier van denken, gevoelens, strevingen,
bewusten en onbewuste motieven en waarneembaar gedrag kunnen begrijpen en inschatten.
Onderscheiden van problemen en proberen op te lossen.
Sociologisch denken: gedrag van individuen vanuit een maatschappelijk perspectief kunnen
begrijpen. Individuen zelf kunnen menen dat ze zelfbewust en uniek handelen, is veel gedrag
maatschappelijk te verklaren. Sociologie wijst ons op maatschappelijke kant van gedrag.
,Thema 2: nature en nurture
De nature- en nurtureaspecten van de ontwikkeling van een mens herkennen, begrijpen en
illustreren.
Nature: ontwikkeling en socialisatie beïnvloedt door erfelijke aanleg, toeval en omstandigheden
tijdens de zwangerschap en de bevalling.
Nurture: ontwikkeling en socialisatie beïnvloedt door (micro, meso, macro) omgevingsfactoren (bv.
Ouders, school, de maatschappij, sociaaleconomische omstandigheden, vrienden)
Altijd sprake van een interactief proces
Nurture (opvoeding, omgeving) heeft invloed op de wijze waarop deze kenmerken tot uiting komen
Lastig te onderscheiden waar wat onder valt, en we moeten op zoek naar het hele verhaal
(alle leefgebieden)
Nature Nurture
Kenmerken als intelligentie, persoonlijkheid, Heeft invloed op de wijze waarop deze
temperament, gevoeligheid voor taal, kenmerken tot uiting komen;
vermogen om te kunnen lachen, reflexen en Voorbeeld IQ
impulsen zijn in de regel aangeboren
(zuigreflex, grijpreflex)
Oppikken van zintuiglijke prikkels uit de Interpretatie van deze prikkels: afhankelijk van
omgeving: aangeboren (aangestuurd door het ervaringen, opvoeding, socialisatie, culturele
brein) context
Voorbeeld reactie op alarm
Baby’s ontwikkelen tijdens de zwangerschap De reactie van de mgeving op deze
reflexen om direct na de geboorte in leven te impulsen/reflexen beinvloedt deze
blijven (zuigreflex, grijpreflex: voedsel zoeken, ontwikkeling.
contact maken, gevaren omzeilen). Deze Voorbeeld is hechting
reflexen vormen de basis voor verdere
ontwikkeling.
Culturele verschillen bepalen welk aangeboren
aspecten meer gestimuleerd worden (bv.
Sociaal contact versus individuele ontplooiing)
In het onderzoek naar vinken wordt onderscheid gemaakt tussen invloeden uit de omgeving en
erfelijke aanleg – het gaat altijd om het interactieproces.
Conclusie onderzoek:
De basis van de zang wordt bepaald door ervaringen met de omgeving, en de erfelijke
factoren bepalen hoe de vogel hiermee om gaat
De basis van de zang wordt bepaald door erfelijke factoren, maar de uitwerking (dialecten)
daarvan wordt bepaald door ervaringen met de omgeving.
Wisselwerking tussen nature en nurture
Iedereen wordt geboren met een bepaalde aanleg (nature) die, als deze wordt blootgesteld aan de
juiste invloeden uit onze omgeving (nurture) het volledige potentieel kan bereiken.
Bijvoorbeeld geboren met – muzikale aanleg, ander talent – als je ouders je genoeg
stimuleren leer je misschien wel piano spelen op hoog niveau
Als ouders niet genoeg stimuleren m.b.t. schoolse activiteiten eindig je met een lager IQ
Gelijktijdig is het zo dat je misschien niet meer eruit kan halen dan “erin zit”
, Bij optimale invloed van de omgeving bereik je jouw maximale IQ, of ontwikkel je
aangeboren talent.
Thema 3: hechting en opvoedstijlen
De betekenis van hechting en vormen van veilige en onveilige hechting begrijpen, onderscheiden en
herkennen (met behulp van de theorie van Bowlby en Ainsworth).
De aard van de hechtingsrelatie van een kind beschrijven en illustreren aan de hand van de strange
situation-test van Ainsworth.
Hechting: een proces van interactie tussen een kind en een of meer van zijn opvoeders dat leidt tot
een duurzame affectieve relatie en is de basis voor latere relaties, gevoel van veiligheid en
zelfvertrouwen.
Bowlby: onderzoeker en ontdekker van hechting
Menselijke hechting is aangeboren overlevingsstrategie – persoonsgericht
Ouders zijn nodig voor veilige hechting en basis voor goede verdere ontwikkeling (andere
verzorgers ook mogelijk)
Verschillende fases van hechtingsgedrag kind:
Leeftijd Gedrag
0-3 maanden niet selectief reageren door het kind – sociale glimlach
3-6 maanden selectiever gedrag – gericht op vertrouwde personen – huilen bij vertrek
18-3 jaar steeds intensere gehechtheid – actief nabijheid zoeken – verzorger is de veilige basis –
verlatingsangst treedt op – bij 7 maanden angst voor vreemden
3 jaar tot gemeenschappelijk gedrag met ouder – minder egocentrisme
ouder
Ainsworth: de onderzoeker van de hechtingsstijlen en vormen van hechting
Hechting (-gedrag) is instinctief, oftewel aangeboren
Inprenting: primitieve vorm van leren waarbij sommige jonge dieren zich hechten aan het eerste
bewegende object dat ze zien.
Waarom hechten we ons?
Vergroten van overlevingskans: bescherming tegen gevaar, verkrijgen voedsel
Belangrijk: contactsteun – stimulatie en geruststelling door lichamelijke aanraking
De 4 hechtingsstijlen volgens Ainsworth:
1. Veilige hechting: ontspannen, veiligheid en balans
2. Onveilig vermijdende hechting: geen interesse
3. Onveilig ambivalente hechting: extreem gevoelig
4. Onveilig gedesorganiseerde hechting: tegenstrijdig gedrag
Strange situation test
De vreemde situatietest is een standaard observatie procedure voor kinderen van 12 tot 20
maanden. Een kind wordt in een neutrale (vreemde) ruimte geconfronteerd met een onbekend
persoon en de opvoeder. De test duurt ongeveer 20 minuten met perioden van toenemende stress.
Reactie van kind bepaald hechtingsstijl.
Interactie tussen de opvoeder, het kind en een vreemde in een onbekende omgeving
,Hechtingsstijlen volgens Ainsworth
Veilige gehechtheid – bij 6-30 maanden
De ontwikkeling van een hechte emotionele band tussen kind en ouderfiguur
Verzorgers zijn een veilige basis van waaruit het kind de wereld kan verkennen, het kind
heeft vertrouwen dat de verzorger beschikbaar is als dit nodig is.
Wanneer ouder de kamer verlaat is het kind even van slag (evt.) maar snel getroost
Als moeder terugkomt geeft het kind een positieve reactie
Verlatingsangst is normaal bij 6-30 maanden
Sensitieve responsiviteit – in voldoende mate reageren op signalen
Onveilige gehechtheid – 2 vormen:
Angstig-vermijdende gehechtheid
Het kind vertoont nauwelijks emotie, kind reageert niet op terugkomst moeder
Te weinig aandacht
Angstig-afwerende gehechtheid (angstig-ambivalent)
Kind vertoont heftige reactie (huilen, onrust)
Bij terugkomst is kind boos en afwerend –
Inconsistentie
e
Later 3 vorm van onveilige gehechtheid: angstig-gedesoriënteerd gehecht
Zeer tegenstrijdige gedragingen
Komt voor ten tijde van ernstige verwaarlozing en -mishandeling
De 4 opvoeddoelen:
1. Bieden van emotionele veiligheid
2. Ruimte voor ontwikkeling persoonlijke competentie
3. Ruimte voor ontwikkelen sociale competentie
4. Overdragen van normen en waarden
De 4 basisdimensies van opvoeden:
1. Ondersteuning bieden
2. Instructie geven
3. Controle uitoefenen
4. Grenzen stellen
, Gedrag opvoeder
Type hechting Hechting Gedrag
(mogelijke oorzaak)
Kinderen durven nieuwe taken aan
Sprake van een goede te gaan, zijn angstig wanneer de
balans tussen opvoeder even uit h/et zicht is en Opvoeders zijn sensitief,
Veilige hechting
exploratiedrang en zoeken toenadering bij terugkomst, coöperatief en toegankelijk.
gehechtheidsgedrag; waarna ze weer verder durven te
exploreren
Kinderen ervaren angst bij verlating Kinderen ervaren dat de
maar negeren of vermijden de opvoeder relatief vaak
Onveilig Gehechtheid is minimaal opvoeder bij hereniging. Kinderen afwijzend, zakelijk of weinig
vermijdend aanwezig; gedragen zich (prematuur) sensitief is. Soms is er
zelfstandig. ‘laat maar, je bent niet sprake van afwezigheid of
te vertrouwen, ik doe het zelf wel.’ verwaarlozing.
Kinderen zoeken veel toenadering
en zijn weinig geneigd om
zelfstandig activiteiten uit te voeren.
De opvoeder is vaak
De afwezigheid/inconsequentheid
Onveilig inconsequent sensitief,
van de opvoeder leidt tot angst
ambivalent/ Onveilige hechting; onvoorspelbaar voor het
terwijl de terugkeer van de ouder
afwerend kind en afwezig op cruciale
begroet wordt met boosheid,
momenten.
verdriet en verontwaarding. ‘waar
was je nou, blijf bij me, ik kan niks
zonder jou’.
Zowel gedrag bij de onveilige
De omgang bevat
vermijdende en ambivalente
tegenstrijdige gedragingen,
hechting komt voor. Ernstig
Onveilig omgang met opvoeder is
verstoord en verward gedrag bij
gedesorganiseerd vaak inconsequent en
Onveilige hechting. verlating en hereniging: enerzijds
/ desoriënterende onvoorspelbaar terwijl ook
zoeken zij toenadering tot de ouder,
hechting vaak sprake is van trauma’s
terwijl dat tegelijkertijd stress en
of andere ingrijpende
angst oplevert. ‘ik heb je nodig maar
gebeurtenissen
kan ik je nog vertrouwen’.
De socialisatie van kind en jeugdige beschrijven en herkennen vanuit psychologische, sociologisch en
pedagogische invalshoeken, met inbegrip van de vier onderscheiden opvoedingsstijlen en de
begrippen opvoedingsopgave, opvoedingstaken en opvoedingsdoelen en de begrippen cultuur, rol
en rolconflict, institutionalisering, sociale controle, identiteit;
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elisedurge. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.26. You're not tied to anything after your purchase.