100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Bedrijfsbeslissingen en Financiele verantwoordelijkheid $3.21
Add to cart

Summary

Samenvatting Bedrijfsbeslissingen en Financiele verantwoordelijkheid

 11 purchases
  • Course
  • Institution

Samenvatting van 7 pagina's voor het vak Financieel Management aan de Hanze

Preview 2 out of 7  pages

  • May 15, 2012
  • 7
  • 2011/2012
  • Summary
avatar-seller
Bedrijfsbeslissingen en Financiële verantwoordelijkheid


Bedrijfsbeslissingen en Financiële verantwoordelijkheid

Hoofdstuk 1 – Bedrijf, omgeving en ondernemingsplan
Organisatie: samenwerkingsverband tussen personen die een bepaald doel nastreven.
 Naar winst streven = onderneming, bedrijf.
 Non-profit = overheid, provincies, gemeenten.

Uitgaande geldstroom: betalingen (salaris, energie, middelen).
Ingaande geldstroom: ontvangen geld (voor goederen).

Liquide middelen = de geldmiddelen waarover een onderneming beschikt
 kassaldo + bankrekening saldo (= rekening-courant).

Eigen vermogen = geld van de eigenaren dat permanent ter beschikking staat tot de onderneming.
Vreemd vermogen = geld afkomstig van personen of instellingen buiten de onderneming.
 Het geleende bedrag moet in de toekomst afgelost worden.
 De onderneming moet rente betalen over het geleende bedrag.

Vermogensmarkt = het geheel van vraag naar en aanbod van eigen en vreemd vermogen.

Ondernemingsplan = zie blz. 27 (blauwe vak).

Ondernemer = iemand die iniatieven ontplooit en bereid is hard te werken. Hij moet alle beslissingen
nemen dus besluitvaardig zijn. Hij moet creatief zijn  met nieuwe ideeën komen om winst te halen.

Handelsregisterwet = hier moet iedere onderneming zich laten inschrijven (Kamer van Koophandel).
Handelsnaamwet = gekozen naam moet voldoen aan de eisen.
Vestigingswet = bepaalde eisen die worden gesteld aan de op te richten onderneming/ondernemer.
Gebruiksvergunning = toestemming van de gemeente om een eigen bedrijf te beginnen.
Bestemmingsplan = hierin is vastgelegd welk soort activiteit op een bepaalde plek mag plaatsvinden.

Rechtspersonen = ondernemingen die rechtspersoonlijkheid bezitten  zelfstandige drager van
rechten en plichten (nv en bv).
Natuurlijke personen = ondernemingen die geen rechtspersoonlijkheid bezitten  de bestuurders
gaan zelf verplichtingen aan en hebben zelf rechten (vof en eenmanszaak).

Wet personenvennootschappen = als deze van start gaat zijn er drie nieuwe soorten
vennootschappen en vervallen de oude.
 niet-openbare vennootschap: samenwerkingsverbanden die niet onder een gemeenschappelijke
naam naar buiten treden.
 openbare vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid: maatschap die onder gemeenschappelijke
naam naar buiten treedt.
 Openbare vennootschap met rechtspersoonlijkheid

Verschil ondernemingen met en zonder rechtspersoonlijkheid:
Belang voor de wijze en omvang van de belastingheffing.
 nv/bv moet belasting betalen over het resultaat = vennootschapsbelasting.
 onderneming zonder moeten belasting betalen over de winst (deze wordt gezien als inkomen van
de eigenaren) = inkomstenbelasting.

1

, Bedrijfsbeslissingen en Financiële verantwoordelijkheid



Startersaftrek = bij een eenmanszaak en vof komen de eigenaren in aanmerking voor startersaftrek.
Dit betekend dat hij een vastgesteld bedrag op zijn belastbaar inkomen in mindering mag brengen.
Zelfstandigenaftrek = als firmant bij een vof of eigenaar van een eenmanszaak heb je ook recht op
zelfstandigenaftrek, dit houd in dat het belastbaar inkomen met een bepaald bedrag mag worden
verlaagd.

Marktverkenning: eerst de totale markt splitsen in marktsegmenten (een afnemersgroep met
bepaalde gelijke kenmerken, die nagenoeg op eenzelfde manier reageert op het aanbod van een
bepaald product of dienst). Daarna per marktsegment het volgende vaststellen:
 Welk product en welke kwaliteit wenst de afnemer?
 Op welke plaats en welk tijdstip moet het product worden aangeboden?
 Hoe wordt de klant bereikt en welke prijs wil hij betalen?
 Hoe groot is de vraag naar het product?

Factoren die van invloed zijn op de vraag naar een bepaald product:
 Prijs (verkoopprijs)
 Product (kwaliteit en eigenschappen)
 Plaats (waar en via welke distributiekanalen)
 Promotie
 People (klantgerichtheid)
 Planet (gevolgen voor het milieu)
 Dit kom je te weten via marktonderzoek.

Krachtenmodel van Porter:




2

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lizan. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

62774 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$3.21  11x  sold
  • (0)
Add to cart
Added