100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Belastingrecht in economisch perspectief II $4.81
Add to cart

Summary

Samenvatting Belastingrecht in economisch perspectief II

2 reviews
 80 views  5 purchases
  • Course
  • Institution

Samenvatting van het vak BEP II week 1 tot en met week 7.

Preview 3 out of 17  pages

  • October 10, 2019
  • 17
  • 2018/2019
  • Summary

2  reviews

review-writer-avatar

By: naoualab • 4 year ago

review-writer-avatar

By: alexheusdens • 4 year ago

avatar-seller
Belastingrecht in Economisch Perspectief II

Boek week 1
Een uitgave leidt tot een verandering in de liquide middelen.
Een auto is bijvoorbeeld wel een uitgave, maar geen kostenpost voor de onderneming. De jaarlijkse
waardeverminderingen van de auto zijn kosten voor de onderneming, maar geen uitgaven.

De balans is een momentopname van de financiële positie van een bepaalde op onderneming op een
bepaald moment. Dat moment is meestal 31 december. De hoofdindeling van de balans staat
vermeld in artikel 2:364 BW. De winst- en verliesrekening daarentegen geeft de financiële positie van
een bepaalde onderneming over een bepaalde periode weer (2:377 BW). Het verschil tussen de
credit- en de debetzijde is het resultaat, de winst.

Credit omhoog? Aan ervoor
Debet naar beneden? Aan ervoor

Fiscale winstbepaling van een eenmanszaak
Artikel 3.2 IB -> belastbare winst uit onderneming
De ondernemer is een natuurlijke persoon die winst geniet. De ondernemer kan alleen dan winst
genieten indien sprake is van een onderneming.
Onderneming: een duurzame organisatie van kapitaal en arbeid waarmee wordt deelgenomen aan
het economische verkeer met het oogmerk om winst te behalen en waarbij de winst ook redelijkerwijs
te verwachten is.
- Objectieve criteria

Winst
Totaalwinst- gedurende het gehele bestaan van de onderneming (3.8 IB)
Jaarwinst – jaarlijkse heffing van inkomstenbelasting (3.25 IB)

De jaarwinst kan op twee manieren worden berekend. Beide berekeningen leiden tot hetzelfde
resultaat:
1. Opbrengsten verminderd met kosten is jaarwinst;
2. Fiscaal eindvermogen (jaar x) min fiscaal beginvermogen (jaar x) pluk privé-onttrekkingen
min privéstortingen (in jaar x) is jaarwinst.

De winst wordt bepaald volgens het uitgangspunt van goed koopmansgebruik. Goed
koopmansgebruik is een dynamisch begrip, het is aan verandering onderhevig omdat het begrip zich
aanpast aan gewijzigde inzichten die in de loop der tijd zijn ontstaan.
“de boekhouding op een algemeen geaccepteerde manier voeren”.

Bestendige gedragslijn: een eenmaal gekozen methode moet de jaren daarna gevolgd worden. Alleen
indien goed koopmansgebruik dat rechtvaardigt, mag van winstberekeningsmethode worden
gewisseld. Het behalen van een eenmalig belastingvoordeel is geen rechtvaardigingsgrond voor het
wisselen van winstberekeningsmethode.
Belangrijke beginselen van goed koopmansgebruik:

1

, - Realiteitsbeginsel: opbrengsten en kosten moeten zo goed mogelijk worden toegerekend aan
de jaren waarop ze betrekking hebben
- Voorzichtigheidsbeginsel: kosten nemen wanneer zij in het vooruitzicht zijn en opbrengsten
pas tot uitdrukking brengen bij het bepalen van de winst wanneer het zo goed als zeker is dat
deze opbrengst is bepaald.
- Eenvoudigheidsbeginsel: van een kleine onderneming hoeft, voor de toerekening van kosten
en opbrengsten aan de jaren, niet verwacht te worden dat de ondernemer uiterst
ingewikkelde berekeningen maakt.

Privéstortingen en privéonttrekkingen
Een eenmanszaak heeft geen afgescheiden vermogen.
Om te beoordelen of de gebeurtenissen zijn toe te rekenen aan de ondernemingssfeer of aan de
niet-ondernemingssfeer zijn de causaliteit (hebben de voordelen en/of de nadelen een rechtstreeks
verband met de ondernemingsactiviteiten) en de finaliteit (het doel van de handeling) van belang.

De fiscus mag niet op de stoel van de ondernemer gaan zitten. Het is aan de ondernemer te bepalen
welke kosten hij als ondernemer noodzakelijk acht. Dat is echter anders als er een zodanige
wanverhouding bestaat tussen een uitgave en het nut daarvan dat geen weldenkende ondernemer
vol kan houden dat deze is gedaan in het zakelijke belang van de onderneming (Cessna-arrest).

Vanuit privé geld in de onderneming – storting
Privéuitgaven ten laste van de zakelijke rekening – onttrekkingen
Het gaat om de sfeer waarin de uitgaven worden gedaan.

Eind vermogen
Beginvermogen -
Vermogensverschil
Privéstortingen -
Privéonttrekkingen +
Resultaat

Beginsel van balanscontinuïteit: eindbalans moet gelijk zijn aan beginbalans.
Door dit beginsel wordt bereikt dat geen deel van de winst onbelast blijft dan wel dat een deel van
de totale winst twee keer in de heffing wordt betrokken.

Foutenleer
De foutenleer heeft betrekking op rechtens onjuiste balanswaarderingen op de fiscale balans, die
gevolgen hebben voor meerdere boekjaren. De onjuistheid komt vast te staan nadat het
eindvermogen van het vorige boekjaar onherroepelijk is vast komen te staan. Deze fout kan dan niet
meer worden gecorrigeerd door middel van een aanslag, een navordering of het instellen van
bezwaar of beroep. Bijvoorbeeld indien een ondernemer een fout ontdekt in de waardering van een
balanspost heeft dit gevolgen voor de balanscontinuïteit.

De ontdekte fout moet gecorrigeerd worden. Bij de correctie van deze fouten wordt allereerst de
beginbalans gewijzigd van het oudste jaar waarover de aanslag nog moet worden vastgesteld. Om te

2

, verhinderen dat het verschil tussen deze beginbalans en de eindbalans van het voorafgaande jaar
aan de belastingheffing zou ontsnappen, moeten de aanslagen van het vorige jaar worden verbeterd.
De fout wordt dus hersteld in het jaar waarin de fout de winst heeft beïnvloed.

Is de aanslag van het betreffende jaar waarin de fout is gemaakt door de belastingdienst al definitief
opgelegd en is de navorderingstermijn verstreken dan wel indien de inspecteur ambtshalve
vermindering weigert, dan wordt de fout hersteld in het oudste nog openstaande boekjaar.

Zakelijke kosten
Zakelijke kosten zijn kosten die nodig zijn voor de uitoefening van de onderneming of rechtstreeks
betrekking hebben op de onderneming dan wel uit zakelijke overwegingen zijn gedaan. Hebben de
kosten geen zakelijk karakter, dan kunnen zij niet ten laste van de winst worden gebracht.

Objectieve vrijstellingen
In artikel 3.11 tot en met 3.13 IB zijn objectieve vrijstellingen opgenomen. In deze gevallen zijn
bepaalde voordelen vrijgesteld van belastingheffing. Voordelen zijn onbelast en nadelen zijn niet
aftrekbaar.

Van aftrek uitgesloten en in aftrek beperkte kosten
In de artikelen 3.14 tot en met 3.17 IB staan de van aftrek uitgesloten algemene kosten, in aftrek
beperkte algemene kosten, de van aftrek uitgesloten kosten ten behoeve van de belastingplichtige
en de in aftrek beperkte kosten ten behoeve van de belastingplichtige.

Nadat eerst is vastgesteld of een uitgave een (overheersend) zakelijk karakter dan wel een
privékarakter heeft, moet vervolgens worden bepaald of de bepaalde uitgave fiscaal geaccepteerd is.

Bij artikel 3.15 IB geldt een drempelbedrag van € 4.500. Alles wat daarboven zit is wel aftrekbaar.
Tevens kun je op grond van lid 5 ervoor kiezen om de kosten genoemd in het eerste lid onder
onderdeel a tot en met c voor 80% in aftrek te nemen. 20% is dan niet aftrekbaar.
Je moet kijken wat het voordeligste is.

Artikel 3.20 IB -> bijtelling privégebruik auto (auto is als ondernemingsvermogen geëtiketteerd)
Artikel 3.17 IB -> auto is als privévermogen geëtiketteerd

Gevolgen voor de BTW bij privégebruik zakelijke auto
Wordt als een fictieve dienst belast naar het werkelijke privégebruik van de auto. Woon-werkverkeer
wordt gezien als privégebruik.

De BTW moet bij privégebruik gecorrigeerd worden.

Er zijn twee manieren om de voorbelasting te corrigeren:
1. Op basis van het werkelijke privégebruik;
2. Op basis van een forfaitair percentage
Ter bepaling van het werkelijke privégebruik moet de ondernemer een sluitende
kilometeradministratie voeren. Aan de hand van de kilometeradministratie wordt vervolgens de

3

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller merelcolle. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.81. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

50843 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.81  5x  sold
  • (2)
Add to cart
Added