100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
152 MEERKEUZEVRAGEN ONDERNEMINGSRECHT MET OPLOSSING $17.07   Add to cart

Exam (elaborations)

152 MEERKEUZEVRAGEN ONDERNEMINGSRECHT MET OPLOSSING

 55 views  3 purchases
  • Course
  • Institution

In dit document staan 152 meerkeuzevragen ondernemingsrecht. Al deze voorbeeldvragen kwamen voor op examens ondernemingsrecht de afgelopen jaren. De eerste 60 pagina's van het bestand zijn de 152 vragen blanco (zodat je die zelf kunt oplossen), de laatste 67 pagina's zijn de vragen met het juiste a...

[Show more]

Preview 8 out of 127  pages

  • August 2, 2024
  • 127
  • 2023/2024
  • Exam (elaborations)
  • Unknown
avatar-seller
VB EXAMENS ONDERNEMINGSRECHT
MEERKEUZE

1. de NMBS is een publiekrechtelijke rechtspersoon (omdat de wet het zegt) ; NMBS
bestelt een lading mondkapjes maar weigert die te betalen. De leverancier onderzoekt
wat hij kan ondernemen, welke uitspraak is juist?

A. de ondernemingsrechtbank is bevoegd voor een vordering tegen de NMBS + de
faillissementsprocedure is van toepassing op de NMBS
B. de ondernemingsrechtbank is bevoegd voor een vordering tegen de NMBS + de
faillissementsprocedure is niet van toepassing op de NMBS
C. de ondernemingsrechtbank is onbevoegd voor een vordering tegen de NMBS + de
faillissementsprocedure is van toepassing op de NMBS
D. de ondernemingsrechtbank is onbevoegd voor een vordering tegen de NMBS + de
faillissementsprocedure is niet van toepassing op de NMBS



2. hieronder staan 2 stellingen ;
stelling 1 : elke onderneming in functionele zin is ook onderneming in formele zin
stelling 2 : elke privaatrechtelijke VZW is een onderneming in formele zin, maar niet
elke privaatrechtelijke VZW is een onderneming in functionele zin

welke uitspraak is juist?

A. stelling 1 is juist en stelling 2 is juist
B. stelling 1 is juist en stelling 2 is fout
C. stelling 1 is fout en stelling 2 is juist
D. stelling 1 is fout en stelling 2 is fout



3. een VZW van zwartzusters heeft een belangrijke activiteit die bestaat in het verkopen
van witte pralines. Zij levert een ton pralines aan een feest dat de NMBS organiseert
omdat er een ochtendspits zonder vertragingen was, NMBS is een publiekrechtelijke RP

welke uitspraak over de bevoegde rechtbank is juist?

A. de ondernemingsrechtbank is bevoegd als de VZW de NMBS dagvaardt. De
ondernemingsrechtbank is bevoegd als de NMBS de VZW dagvaardt
B. de ondernemingsrechtbank is bevoegd als de VZW de NMBS dagvaardt. De
ondernemingsrechtbank is onbevoegd als de NMBS de VZW dagvaardt



1

, C. de ondernemingsrechtbank is onbevoegd als de VZW de NMBS dagvaardt. De
ondernemingsrechtbank is bevoegd als de NMBS de VZW dagvaardt
D. de ondernemingsrechtbank is onbevoegd als de VZW de NMBS dagvaardt. De
ondernemingsrechtbank is onbevoegd als de NMBS de VZW dagvaardt



4. een VZW van zwartzusters heeft een belangrijke activiteit die bestaat in het verkopen
van witte pralines. De opbrengst van deze activiteit wordt volledig gebruikt voor de
financiering van de oprichting van een kopie van Cristo Redentor uit Rio de Janeiro op
de Keizersberg te Leuven.

welke uitspraak over de VZW is juist?

A. tegen deze VZW kan wel bewezen worden d.m.v. het ondernemingsbewijsrecht,
deze VZW valt wel onder de regels inzake oneerlijke marktpraktijken
B. tegen deze VZW kan wel bewezen worden d.m.v. het ondernemingsbewijsrecht,
deze VZW valt niet onder de regels inzake oneerlijke marktpraktijken
C. tegen deze VZW kan niet bewezen worden d.m.v. het ondernemingsbewijsrecht,
deze VZW valt wel onder de regels inzake oneerlijke marktpraktijken
D. tegen deze VZW kan niet bewezen worden d.m.v. het ondernemingsbewijsrecht,
deze VZW valt niet onder de regels inzake oneerlijke marktpraktijken



5. een VZW van witte paters heeft een belangrijke activiteit die bestaat in het verkopen van
bruin bier. Zij leveren een hectoliter bier aan de gemeente Bierbeek, die het verkoopt in
de cafetaria van het gemeentelijk cultureel centrum.

welke uitspraak over de bevoegde rechtbank is juist?

A. de ondernemingsrechtbank is bevoegd als de VZW de gemeente dagvaardt, de
ondernemingsrechtbank is bevoegd als de gemeente de VZW dagvaardt
B. de ondernemingsrechtbank is bevoegd als de VZW de gemeente dagvaardt, de
ondernemingsrechtbank is onbevoegd als de gemeente de VZW dagvaardt
C. de ondernemingsrechtbank is onbevoegd als de VZW de gemeente dagvaardt, de
ondernemingsrechtbank is bevoegd als de gemeente de VZW dagvaardt
D. de ondernemingsrechtbank is onbevoegd als de VZW de gemeente dagvaardt, de
ondernemingsrechtbank is onbevoegd als de gemeente de VZW dagvaardt




2

,6. Piet is in hoofdberoep werknemer bij een bank. Daarnaast is hij ook advocaat in
bijberoep. Deze nevenactiviteit van Piet schendt zijn bediendencontract met de bank.
De combinatie v deze 2 activiteiten is ook in strijd met de deontologie vd advocaat.

welke uitspraak is juist?

A. Piet kan niet failliet worden verklaard. Een klant die werd benadeeld door een fout
die Piet maakt als zelfstandige, kan beslag leggen op een deel van zijn loon
B. Piet kan niet failliet worden verklaard. Een klant die werd benadeeld door een fout
die Piet maakt als zelfstandige, kan geen beslag leggen op een deel van zijn loon
C. Piet kan failliet verklaard worden. Aansprakelijkheid die Piet voorafgaand aan het
faillissement ten gevolge van een zware fout heeft opgelopen t.a.v. zijn werkgever,
is een schuld waarvan aangifte kan worden gedaan in het faillissement
D. Piet kan failliet verklaard worden. Aansprakelijkheid die Piet voorafgaand aan het
faillissement ten gevolge van een zware fout heeft opgelopen t.a.v. zijn werkgever,
is geen schuld waarvan aangifte kan worden gedaan in het faillissement



7. een stichting v openbaar nut ter bescherming van de Vlaamse zeehond wordt uitsluitend
gefinancierd dr giften & subsidies en biedt gn goederen of diensten aan tgn betaling

welke uitspraak over deze stichting is juist?

A. tegen deze stichting kan wel bewezen worden d.m.v. ondernemingsbewijsrecht,
deze stichting valt wel onder de regels inzake mededinging
B. tegen deze stichting kan wel bewezen worden d.m.v. ondernemingsbewijsrecht,
deze stichting valt niet onder de regels inzake mededinging
C. tegen deze stichting kan niet bewezen worden d.m.v. ondernemingsbewijsrecht,
deze stichting valt wel onder de regels inzake mededinging
D. tegen deze stichting kan niet bewezen worden d.m.v. ondernemingsbewijsrecht,
deze stichting valt niet onder de regels inzake mededinging



8. Gilian, Jitte en Frederik zijn alle drie bestuurders bij “Valkske”, een BV gespecialiseerd
in het uitgeven van juridische tijdschriften over financieel- en insolventierechtelijke
onderwerpen. In de statuten van BV Valkske, die geen collegiaal bestuursorgaan
inrichten, staat een volgende clausule opgenomen :

“Voor elke overeenkomst met betrekking tot :




3

, de aan-/verkoop van onroerende goederen of het vestigen van zakelijke rechten op
onroerende goederen;
de aan-/verkoop van rollend materiaal, zijnde personenwagens, bestelwagens, wagens
met lichte vracht;

de aan-/verkoop van financiële producten, zijnde financiële activa, participaties in
andere ondernemingen, beleggingen, en andere verrichtingen met als voorwerp
financiële producten;

is de handtekening van minstens twee bestuurders vereist.”

De functie van Gilian bestaat er uit bij klanten langs te gaan om hen te overtuigen met
BV Valkske in zee te gaan. Omdat uitstraling alles is in de verkoperswereld koopt Gilian
bij NV Verheyden uit Kessel-Lo een Mercedes E-klasse. Hij ondertekent de
overeenkomst met ‘Gilian Rens, bestuurder BV Valkske’

welke stelling is juist?

A. G had wél vertegenwoordigingsmacht mr géén vertegenwoordigingsbevoegdheid
om BV Valkske te verbinden, t.a.v. NV Verheyden is BV Valkske wél rechtsgeldig
vertegenwoordigd
B. G had géén vertegenwoordigingsmacht & géén vertegenwoordigingsbevoegdheid
om BV Valkske te verbinden, t.a.v. NV Verheyden is BV Valkske wél rechtsgeldig
vertegenwoordigd
C. G had géén vertegenwoordigingsmacht mr wél vertegenwoordigingsbevoegdheid
om BV Valkske te verbinden, t.a.v. NV Verheyden is BV Valkske wél rechtsgeldig
vertegenwoordigd
D. G had wél vertegenwoordigingsmacht mr géén vertegenwoordigingsbevoegdheid
om BV Valkske te verbinden, t.a.v. NV Verheyden is BV Valkske niet rechtsgeldig
vertegenwoordigd



9. in de NV Rubens zijn er vijf bestuurders. In de statuten van de NV staat een
éénhandtekeningsclausule, beperkt tot transacties die de NV voor niet meer dan 10.000
EUR verbinden. Karel, één vd vijf bestuurders van NV Rubens, koopt op eigen houtje een
schilderij v 15.000 EUR voor de NV. Later blijkt dit schilderij veel minder waard te zijn.
wat kan de NV Rubens doen?

A. de aankoop bindt de NV Rubens niet, de verkoper van het schilderij kan Karel wel
persoonlijk aanspreken uit onrechtmatige daad aangezien de kwantitatieve
beperking hem niet tegenwerpelijk is



4

, B. de aankoop bindt de vennootschap wel, zij kan Karel aanspreken voor de schade
die ze hierdoor lijdt. De beslissing van één andere bestuurder volstaat om hem
met succes in rechte aan te spreken
C. de aankoop bindt de vennootschap wel, zij kan Karel aanspreken voor de schade
die ze hierdoor lijdt. Hij kan met succes in rechte worden aangesproken na een
collegiale beslissing van de raad van bestuur
D. de aankoop bindt de vennootschap wel, zij kan Karel aanspreken voor de schade
die ze hierdoor lijdt. Er is een beslissing van de algemene vergadering nodig om
hem met succes in rechte aan te spreken



10. in de statuten vd NV Deepfrost is bepaald dat het vwp vd vennootschap bestaat uit de
“aan- en verkoop van diepvriesproducten”. Op een dag begint de NV luxewagens te
verkopen, o.a. aan Tom, die echter niet over de financiële middelen blijkt te beschikken
om deze aankoop te financieren. Tom wil zich daarom aan deze OVK onttrekken. Quid?

A. Tom kan steeds de voorwerpoverschrijding inroepen ten aanzien van de
vennootschap, en zich aldus bevrijden van zijn verbintenis.
B. Tom kan zich enkel beroepen op de voorwerpoverschrijding ten aanzien van de
vennootschap als hij te goeder trouw is
C. Tom kan zich enkel beroepen op de voorwerpoverschrijding ten aanzien van de
vennootschap als hij te kwader trouw is
D. Tom kan zich in geen geval beroepen op de voorwerpoverschrijding



11. de NV Park baat een pretpark uit in de buurt van de KU Leuven. Het is de raad van
bestuur van de NV ter ore gekomen dat de KU Leuven fel aan het uitbreiden is. De raad
acht het dan ook raadzaam om het aangrenzende stuk land op te kopen, zodat de
uitbreiding van de universitaire campus niet ten koste gaat van de eigen bloei van NV
Park. De statuten bevatten echter een bepaling die stelt dat de raad van bestuur slechts
tot de aankoop van een onroerend goed mag overgaan mits voorafgaande machtiging van
de algemene vergadering. Welk van onderstaande beweringen is juist, indien de raad van
bestuur de koopovereenkomst heeft gesloten zonder dergelijke voorafgaande machtiging?

A. een dergelijke statutaire bepaling is steeds nietig, omdat zij een inbreuk vormt op
de residuaire bevoegdheid van de raad van bestuur
B. de koopovereenkomst is geldig gesloten, de bestuurders kunnen ook geen
aansprakelijkheid oplopen




5

, C. de onbevoegdheid van de raad van bestuur om de koopovereenkomst te sluiten
leidt tot de nietigheid daarvan
D. de koopovereenkomst is geldig gesloten, de aansprakelijkheid van de bestuurders
kan wel door de algemene vergadering in het gedrang worden gebracht



12. welke van de volgende uitspraken is juist?

A. een regelmatig gepubliceerde bepaling in de statuten van een BV die drie
bestuurders telt, bepaalt dat de bestuurders de vennootschap slechts
vertegenwoordigen als college ; dergelijke bepaling is echter niet tegenwerpelijk
aan derden omdat de vertegenwoordigingsbevoegdheid van bestuurders van een
BV steeds individueel is
B. de raad van bestuur van een NV kan de vertegenwoordigingsbevoegdheid voor
een bepaalde transactie delegeren aan een werknemer van de vennootschap, maar
beperkingen aan die vertegenwoordigingsbevoegdheid zullen nooit
tegenwerpelijk zijn aan derden, zelfs niet indien de volmacht werd gepubliceerd
C. de enige bestuurder van een BV kan de vertegenwoordigingsbevoegdheid voor
een bepaalde transactie delegeren aan een werknemer van de vennootschap ;
beperkingen aan die vertegenwoordigingsbevoegdheid zijn in beginsel
tegenwerpelijk aan derden, ongeacht of de volmacht werd gepubliceerd
D. geen van bovenstaande is juist



13. in een huishoudelijk reglement goedgekeurd door de raad van bestuur van de NV
GigaBank, en op regelmatige wijze gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad, staat dat de
lokale kantoorhouders van deze financiële instelling zonder verdere goedkeuring de NV
kunnen verbinden voor transacties aangaande technische infrastructuur waarvan de
omvang niet groter is dan 4.000 EUR. Een malafide kantoorhouder uit Erps-Kwerps
verricht in naam van de NV een transactie met een waarde van 80.000 EUR.

welk van volgende uitspraken is correct ?

A. deze transactie zal in beginsel niet aan de NV worden toegerekend, omdat de
delegatie van deze bevoegdheid aan de kantoorhouder ongeldig is
B. deze transactie zal in beginsel aan de NV worden toegerekend, omdat de
beperking aan de bevoegdheid van de kantoorhouder niet aan derden
tegenwerpelijk is




6

, C. deze transactie zal in beginsel niet aan de NV worden toegerekend ; weliswaar is
de beperking aan de bevoegdheid van de kantoorhouder in beginsel niet
tegenwerpelijk aan derden, maar zij zullen niet te goeder trouw kunnen zijn
aangezien deze beperking is gepubliceerd
D. deze transactie zal in beginsel niet aan de NV worden toegerekend, omdat de
beperking aan de bevoegdheid van de kantoorhouder tegenwerpelijk is



14. de raad van bestuur van een NV actief in de zuivelsector bestaat uit vier bestuurders :
Jan, Piet, Joris en Corneel. De (conform het WVV regelmatig bekendgemaakte) statuten
vd NV stipuleren dat zij slechts verbonden is door de handtekening van alle bestuurders.
Geconfronteerd met een buitenkans op de Kempense zuivelmarkt, sluit Corneel alleen,
in naam en voor rekening van de NV, een overeenkomst tot aankoop van een
gloednieuwe bottelinstallatie voor een bedrag van 65.000 EUR. De andere bestuurders
zijn het daarmee niet eens en vragen zich af of de NV wel geldig verbonden is.

welke van de onderstaande stellingen is juist?

A. de NV is niet verbonden door deze koopovereenkomst, Corneel is ook niet
persoonlijk contractueel gehouden t.a.v. de verkoper van de bottelinstallatie
B. de NV is verbonden door de koopovereenkomst, Corneel is daarnaast persoonlijk
contractueel gehouden t.a.v. de verkoper vd bottelinstallatie omdat hij onbevoegd
is opgetreden
C. de NV is niet verbonden door de koopovereenkomst, Corneel is wel persoonlijk
contractueel gehouden t.a.v. de verkoper van de bottelinstallatie omdat hij
onbevoegd is opgetreden
D. de NV is verbonden door de koopovereenkomst, Corneel is niet persoonlijk
contractueel gehouden ten aanzien van de verkoper van de bottelinstallatie



15. bij de beëindiging ve alleenverkoopconcessie v onbepaalde duur heeft de
concessiehouder recht op een billijke bijkomende vergoeding

A. alleen bij opzegging door de Concessiegever (CG) wegens grove tekortkoming
Concessiehouder (CH)
B. alleen bij opzegging door de CH wegens grove tekortkoming CG
C. bij opzegging door de CH wegens grove tekortkoming CG of bij opzegging door
de CG, behalve wann dit wegens grove tekortkoming CH gebeurt
D. zowel bij opzegging door de CH als door de CG, behalve wann dit gebeurt
wegens grove tekortkoming


7

, 16. welke v volgende uitspraken is juist?

A. indien gehandeld wordt namens een NV in oprichting, wordt de handeling
toegerekend aan de NV indien de oprichtingsakte binnen twee jaar na het
ontstaan van de verbintenis wordt verleden en de NV die verbintenis binnen drie
maanden daarna heeft overgenomen
B. als een NV, opgericht in augustus 2021, met een kapitaal van 100.000 EUR,
vandaag een machine ter waarde van 11.000 EUR wenst aan te kopen van één van
haar bestuurders, is de goedkeuring van de algemene vergadering vereist
C. als een NV, opgericht in augustus 2021, met een kapitaal v 100.000 EUR, vandaag
een machine ter waarde v 11.000 EUR wenst aan te kopen v 1 v haar bestuurders,
beslist de raad v bestuur, mr moet die wel de belangenconflictprocedure naleven
D. voor de oprichting van een BV is onder het WVV niet langer een inbreng vereist



17. welk v volgende uitspraken is fout?

A. als drie vrienden elke week een som geld samenleggen waarmee ze meedoen aan
de Lotto, met als afspraak dat elk 1/3 krijgt als ze winnen, kan dat als maatschap
gekwalificeerd worden
B. als id statuten ve VOF staat dat 1 vennoot niet deelt id winst, is dat een verboden
clausule en bestaat de sanctie er in dat die clausule nietig is
C. als id statuten ve BV staat dat 1 vennoot niet deelt id winst, is dat een verboden
clausule en bestaat de sanctie er in dat die clausule nietig is
D. het statutair doel ve BV mag er in bestaan om een vermogensvoordeel te bezorgen
aan de aandeelhouders en significante financiële steun te leveren aan het
beschermen vh schaarse groen in Vlaanderen



18. Anna, Lea, Jan en Piet richten een CommV op die zich uitsluitend toelegt op de
vervaardiging en verkoop van maatkleding. Anna wordt aangesteld als statutair
zaakvoerder van de CommV. Anna koopt namens de CommV een pretpark omdat daar
veel geld mee te verdienen valt.

welke van de volgende uitspraken is juist?

A. de overeenkomst kan de vennootschap nooit verbinden aangezien het voorwerp
ve CommV niet moet worden bekendgemaakt
B. de overeenkomst kan de vennootschap nooit verbinden aangezien bij een
CommV steeds het werkelijke voorwerp betalend is



8

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller rechtenstudente1382. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $17.07. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

80461 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$17.07  3x  sold
  • (0)
  Add to cart