1. Experiment
- Manipulatie is de oorzaak. Een onafhankelijke variabele is het experimenteel stimulus.
- Onderzoeker heeft controle over de oorzaak
- Gevolg van de variabele wordt na manipulatie gemeten.
- Vergelijkbare groepen worden gebruikt Alleen een andere afhankelijke variabele per
groep.
2. Survey onderzoek
- Vragenlijsten – mondeling of schriftelijk.
- Grote en representatieve steekproef
- Efficiënte methode van dataverzameling
4. Beschikbare data (hoofdstuk 11)
- Gegevens die zonder tussenkomst van de onderzoeker/gebruiker aanwezig zijn.
- Niet reactief observeren
- Diverse bronnen: documenten, artefacten, fysische sporen.
De aanwezigheid van deze gegevens wil niet zeggen dat er niet gezocht moet worden.
Secundaire analyse Data die andere onderzoekers hebben verzameld opnieuw analyseren.
Grondvormen van sociaal onderzoek – vergelijken
De mogelijkheid om..
- Individuen in hun natuurlijke omgeving te observeren.
- Onderzoeksresultaten te generaliseren
- Het onderzoek te kunnen herhalen
- Formeel te toetsen of een sociale gebeurtenis of feit direct invloed uitoefent op het gedrag
van de mensen
- Een nieuwe of onbekend sociaal probleem te onderzoeken.
De moeilijkheid…
- Toegang tot data
- Problemen i.v.m. het beoordelen van de kwaliteit van de mening
(validiteit/betrouwbaarheid)
- Risico’s op onderzoekersbias
- Risico’s op subject bias
Bouwstenen van Sociaal wetenschappelijk onderzoek
1
,Theorie Proposities hypothesen
Proposities algemene stelling van regelmaat over de handeling van mensen.
- “wanneer een individu een taak beheerst, dan zal hij deze taak beter uitvoeren indien er
andere aanwezig zijn dan wanneer er niemand is. social facilitation effect
Theorie Verklaring geven voor de propositie. Speculatie
o Bijv. biologisch aanwezigheid anderen activeert fysiologische prikkels
o Bijv. psychologisch prestatieverbetering wanneer iemand denkt dat anderen hem
beoordelen.
Hypothese Een nog niet bewezen veronderstelling
Atleten presteren beter naarmate
a. Er meer supporters zijn
b. Er meer journalisten zijn
c. Er een rechtstreekse live uitzending is.
Wetenschap als proces
Deductie – van algemeen naar specifiek
Inductie – van specifieke theorieën naar iets algemeens.
Variabelen – relaties
1. Essentiele elementen
- Concepten Algemene abstracte omschrijving van een fenomeen bv. Intelligentie
- Variabele Empirische manifestatie van een concept bv. Test die intelligentie meet
o Metrisch Meetbaar
- Hypothese Verwacht verband tussen twee of meer variabelen.
2
, 2. Typen hypothesen
- Enkelvoudige (bivariate) hypothese Verband tussen twee kenmerken. Bijvoorbeeld
oorzaak en gevolg tussen de onafhankelijke en afhankelijke variabele.
XY
X is de onafhankelijke variabele
Y is de afhankelijke variabele
- Meervoudige hypothese (Vier types) verwacht verband tussen meerdere onafhankelijke
variabelen (x) op de afhankelijke variabele (y)
1. Het relatief belang van onafhankelijke variabelen. Het ene variabele kan meer
invloed hebben dan de andere variabele. Je redeneert waarom beide invloed
hebben op y en waarom de ene meer dan de ander.
2. Een mediërende of interveniërende variabele. Interpreterende hypothese. Het
effect van x loopt niet direct naar y maar heeft invloed op x2. X2 beïnvloedt op
zijn beurt weer y. Een indirect effect.
Gedeeltelijke mediatie Een direct effect van x op y maar óók een indirect effect van x op y (via x2
dus).
3. Een modererend effect Interactie hypothese
- Invloed van x1 op y is verschillend naar de waarde van x2.
- Heeft een conditioneel effect. Afhankelijk van de conditie van x2 verandert het effect van
x1 op y.
4. Een schijnverband Spuriousness
Gemeenschappelijke oorzaak + verklarende hypothese. Een verband tussen x en
y is slechts schijn, want het is te verklaren vanuit gemeenschappelijke oorzaak x2
Je kunt nooit een uitspraak doen over een verband tussen twee variabelen. Je kan slechts zeggen dat
er een verband is, maar niet wat voor en waarom.
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller dillanvv. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.79. You're not tied to anything after your purchase.