Trombose is een afsluiting van een bloedvat bij geen wond. Het stolsel op een verkeerd
moment op de verkeerde plaats.
Hemostase: stolling
- Vasoconstrictie (=nauwer worden van bloedvaten) als gevolg van een lokale
neurologische reactie. Aan de hand daarvan wordt het stollingsproces geactiveerd.
Dit wordt gedaan op twee manieren.
- Vorming van de primaire prop, een stolsel van bloedplaatjes, als gevolg van adhesie
van bloedplaatjes, activatie en aantrekking andere bloedplaatjes (aggregatie) .
- Secundaire hemostase als gevolg van activatie van stollingscascade → stolsel
(fibrinenetwerk en cellen) Dit is de vorming van draden waarbij de draden om de
bloedprop worden gelegd en hierdoor blijft deze op zijn plek.
- Remming van de bloedstolling door stollingsremmers. Wanneer er niet genoeg
remmers zijn is de kans op trombose groter.
- Afbraak van het stolsel (Fibrinolyse).
Aggregatie (klontering) van bloedplaatjes
Activatie van de stollingscascade (vorming van fibrine)
Er zijn heel veel verschillende stollingsfactoren die op hun beurt bijdragen aan het
fibrinenetwerk.
http://www.youtube.com/watch?v=9QVTHDM90io
1
, Trombose
Soorten trombose
- Diep veneuze trombose: trombose in aderen
- Kenmerken: zwelling van been; been warm, rood-paars van kleur; pijnlijk
been, problemen met lopen.
- In slagader: arteriële trombose
- Embolie: Klein klontje, die is ontstaan door een afsplitsing van een eerdere
trombose.
2