Dit is een volledige samenvatting voor het vak biologische functies II gegeven door Kris Baetens in het jaar 2024. De samenvatting is gemaakt op basis van de lessen en de powerpoint. Voldoende info om te slagen!
Hoofdstuk 6: zicht
Waarom is licht het belangrijkste?
= fotosynthese. De deeltjes bevatten energie en worden omgezet in zetmelen.
Ofwel gaan we rechtstreeks iets opeten of onrechtstreeks en gaan we eiwitten
rechtstreeks consumeren. Je leeft van licht en het omzetten van deze energie van
de zon in metabole energie.
Je beweegt je hierop voort --> waar er meer licht is = meer eten. Dit is de
oorsprong van dit zintuig.
Andere functies
• licht reist heel snel
IMPLICATIE?
• biologisch belang : een vogel vangen om te eten.
• Oriënteren van het zintuig, het zicht is goed geschikt om objecten in onze
omgeving lokaliseren (waar bevindt zich iets?)
1. Het oog
Het oog is gevoelig voor licht
en fotonen.
Licht: elektromagnetische
straling. En beperkt deel van
deze straling is licht. Het gaat
over 380nanometer.
Hoe groter de golflengte, hoe
lager de frequentie
Blauw licht= korste golven, (Infrarood: lager dan rood )
Rood licht= langste golven, de lucht ziet blauw. (Ultraviolet: hoger dan violet)
Wat voor ons een effen kleurvlak is , is
voor een dier anders. Ze hebben een
bedere range aan licht en kunnen meer
schakeringen zien. Dit is ook biologisch
belangrijk voor aantrekking/ voortpanting
,FOTONEN
• heel klein en hebben geen kleur of vorm. De golf waarin ze reizen nemen wij
waar als een bepaald kleur. Het is de absorptie van golven van licht.
KLEUR
• het is de tint (rood, blauw,..) en wordt bepaald door de golflengte. Deze
heeft ook een bepaalde intensiteit en wordt bepaald door de amlplitude van de
golven. De samenhang tussen de golven vinden we ook gelijkaardig terug bij
auditief systeem.
Verzadiging= de mate van zuiverheid. In de meeste omstandigheden zal het
licht niet 1 frequentie hebben maar dit is een mengeling van frequenties.
bv: 1 golf waar een kleninere golf op meereist.
OBJECTEN
• sommige komen gedeeltelijk door/ volledig door. Het absorberen van de
frequenties zorgt dus voor het kleur
1.2 anatomie van het oog (geen namen kennen op examen)
In het oog zitten spieren wat ervoor zorgt dat je je oog kan draaien. De lens
zorgt voor scherpstelling (lens strakker of minder strak = accomodatie).
Het hoornvlies is de buitenste beschermende laag van het oog en is een verder
zetting van de sclera, een hard weefsel om het licht door te laten. Dit hangt
vast.
Het netvlies, de retina is lichtgevoelig! De informatie komt hier buiten via de
optische zenuw maar hier heb je ook een plaats die niet gevoelig is.
,A. De retina & oogzenuw zijn delen van het CZW.
Het is dus eigenlijk een 'stukje hersenen'.
• Je vindt er geen Schwann cellen in terug
• Je vindt wel astrocyten en oligodendrocyten (delen van CZW)
• Kan niet regenereren! Als je een stukje kwijt bent gaan de cellen die
beschadigd zijn NIET herstellen! Er treedt permanente schade op.
• De schede staat in verband met subarchnoïdale ruimte (= vloeistof in. Als er
tumor ontwikkeld zal de druk verhogen in de hersenen en zal deze ook in deze
ruimte druk uitoefenen waardoor de vloeistof uitzet en je bloedvaten kunnen
knapen. Dit noemt papiloedeem. Dit is dus een gevolg van een verhoogde druk in
de subarachooïde ruimte.
Het optisch zenuwhoofd -> geen lichtgevoeligheid!
Fovea -> deel van de retina met hoogste scherpte.
Foveleo -> centrum fovea
Optische schijf -> blinde vlek door geen fotoreceptoren op optische schijf.
Hoe komt het dat we deze blinde vlek niet zien?
>
Zintuigen maken een actief constructief proces. Het is geen 1-1 relatie, we
vullen alles aan.
B. Fixatie en oogbewegingen
= fixeren is je ogen zo richten dat je het licht zo goed mogelijk kan bekijken
met je fovea. Het is relatief eenvoudig bij stilstaande objecten. Bij bewegende
objecten vergt dit voorspelling. Enkel fixeren op waar het object zit NU bevindt
zal niet lukken, je moet kunnen voorspellen waar het object naartoe zal gaan op
het moment dat je fixatie daar zal zijn. (Belangrijke psychologische functies!!)
3 types oogbewegingen
A. Vergentie = beide ogen bewegen tegelijk in tegenovergestelde richting.
B. Volgbewegingen = bewegingen om een object te volgen
C. Saccades= kleine oogbewegingen, dit gaat in maximale snelheid en
automatisch.
• Microsaccades: inhibitie van actieve cellen bij gelijk beeld. Licht
zal bij constante fixatie op een ander deel van het netvlies vallen
waardoor de sensoren blijven reageren op visuele input.
VOLGBEWEGING -> voorspellingen moet je heel snel kunnen aanpassen. De meeste
mensen kunnen dit probleemloos. We zien bij mensen met schizofrenie/ psychische
stoornissen dat zij dit niet kunnen.
VERKLARING: verwevenheid, perceptie & actie. Mensen met schizofrenie zijn
niet goed in het voorspellingsproces, niet alleen in oogbewegingen maar
ook... (zie motoriek)
, EVOLUTIE ANATOMIE VAN ZICHT
--> Darwin ; het oog zit ingewikkeld in elkaar dat dit een heel grote uitdaging
is. Het is geen product van zomaar selectie en aanpassing.
Het begon met een protist, we zien dat dit een zweefstaartje heeft en kan zich
dus voortbewegen. Dit heeft ook een primitieve vorm van een oog, het heeft
fotosensitieve cellen maar dit is niet voldoende om van een oog te spreken.
Het eerste aspect van een oog is wanneer we begonnen spreken over de 'richting'
vna het licht. Deze pigmentvlek doet dit, het schermt fotosensitieve cel van
licht af vanuit 1 richting. De molecule die instaan voor fotosensitieviteit
lijken heel sterk op die van mensen! Dit is belangrijk omdat dit diertje heel
lang geleden gevolueerd is.
1.3 de retina (heel belangrijk)
A. Opbouw
3 cellagen:
1) fotoreceptoren
= het zijn cellen die geen axonen hebben
en slechts contact maken via het
cellichaam.
=> kegeltjes
=> staafjes
2) Bipolaire cellen
= doorgeefluik naar de derde laag (geen axonen)
3) Gangioncellen
= deze hebben wel axonen en veroorzaken actiepotentiaal alst eerste cel in de
visuele keten! Je hebt er ongeveer 1 miljoen, alles wat de fotoreceptoren doen
worden via hier gecommuniceert!! Impliceert grote convergentie!
Het is een heel complexe bedrading! Er is reeds belangrijkse signaalverwerking
ter hoogte van de retina.
• bijzondere gevoeligheid voor randen/ contouren van objecten WANT de rand is
het belangrijkste om iets te identificeren. (=objectidentificatie)
• Gevoelig voor verandering! Ze geven constante stimulatie aan fotoreceptor.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller dahliadewinter1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $14.57. You're not tied to anything after your purchase.