Biomarkers betekent dat een aandoening
gediagnosticeerd kan worden aan de hand van
meetbare indicators in neurologische of
fysiologische eigenschappen.
Wel: traumatic brain damage, PKU (te kort aan
Wat zijn biomarkers en bij welke dopamine t.g.v. een metabolisme stoornis)
aandoeningen bestaan deze wel/ niet? waterhoofd, spina bifida (open rug), epilepsie
en cerebrale parese (bewegingsstoornis t.g.v.
hersenbeschadiging tijdens
zwangerschap/bevalling/voor eerste
levensjaar).
Niet: ADHD en autisme, diagnose gebaseerd op
gedragssymptomen.
PKU (fenylketonurie) is een recessieve erfelijke
stofwisselingsziekte, kan ontdekt worden door
hielprik. Fenylalanine is een aminozuur. Dit is
een bouwstof die het lichaam binnenkrijgt als je
eiwitten eet. Maar bij PKU wordt fenylalanine
niet of niet genoeg afgebroken. Het lichaam
hoort fenylalanine in een ander aminozuur om
te zetten. Als dat niet (genoeg) gebeurt,
ontstaat een ophoping van fenylalanine in het
Wat is het mechanisme van PKU? bloed. Er is een ernstmaat aanwezig (van geen >
(TENTAMENVRAAG) milde > ernstige PKU)
GEVOLGEN: Een hoog fenylalaninegehalte kan
een zorgen voor een mindere aanmaak van
dopamine (TENTAMENVRAAG), wat schadelijk
is voor de hersenen. Voornamelijk prefrontale
cortex is gevoelig voor een te kort aan
dopamine (neurotransmitter) > gevoelig voor
ADHD.
Ernstige mentale retardatie (hoe langer
onbehandeld, hoe lager het IQ), microcefalie,
epilepsie, gedrags- en/of groeiproblemen,
eczeem, zure geur van lichaam / urine
BEHANDELING: speciaal (vetarm en
eiwitsubstitutie) dieet. (ADHD = goede
contrastgroep door relatie met pref.
Cortex/dopamine-tekort)
Deel van de frontale kwab, die bezig is met
selecteren en inhiberen.
Wat is de (functie) prefrontale cortex? Belangrijk bij executieve functies, abstract
(TENTAMENVRAAG) denken, werkgeheugen/ planning, sociaal
gedrag, concentratie, impulscontrole.
Ontwikkelt zich als laatst, rond de 20ste
levensjaar. Vergelijkbaar met een dirigent van
een orkest.
Executieve functies horen bij het
denkvermogen. Het zijn hogere denkprocessen
Wat zijn executieve functies? die nodig zijn om activiteiten te plannen en aan
te sturen. Je kunt ze zien als een 'dirigent'. Ze
1
, helpen bij alle soorten taken. (PREF. CORTEX)
ADHD problematiek komt vaak voor bij andere
problematiek, zoals TBI, PKU, CHT, epilepsie,
autisme, leerproblemen, dyslexie, CP
enzovoorts. Geen homogene aandoening.
Impulsief of ongemotiveerd. Overactief door
Wat is het mechanisme van ADHD? zelfstimulatie van de onder geactiveerde
toestand, als compenseermiddel. Ruis helpt bij
concentratie.
Diagnose: vaak door reactietijd-testen e.d.
Multicausaal.
Behandeling: meestal farmacologisch (RItalin
e.d.). Hoger IQ (betere ontwikkelde prefrontale
cortex) is een beschermende factor. Kind weet
de verveling beter te compenseren.
Theorie gebaseerd op impulsiviteitscontrole:
Russ Barkley. Bij het reageren op een go-signaal
en inhiberen bij STOP komt de Point of no
Wat houdt de Inhibition hypothesis-theory in? return bij kinderen met ADHD eerder dan bij
(Cognitief model omtrent ADHD) controlegroep. Echter, wanneer het ADHD-kind
gemotiveerd wordt, verdwijnt deze
problematiek. Probleem ligt bij frontale cortex.
Oorzaak: late ontwikkeling.
Theorie gebaseerd op afkeer tegen vertraging:
Sonuga Barke: Delayed-responding task,
beloning als knop ingedrukt wordt na 5 sec.
Wat houdt de Delay aversion-theory in? wachten, maar kinderen met ADHD zijn meer
(Cognitief model omtrent ADHD) gemotiveerd om eerder klaar te zijn, dus
wachten niet 5 sec. Tenzij ze de taakduur niet
beïnvloeden, dan wachten ze wel voor de
beloning.
MPH (methylfenidaat, stimulerend medicijn in
Ritalin) zou symptomen moeten normaliseren.
Theorie gebaseerd op de volgehouden
aandachtstaak:
Aan de hand van hartslag, EEG en fMRI is
gemeten kinderen met ADHD minder
inspanning leveren bij een trage taak dan de
controlegroep. Bij snelle taken is er geen tot
Wat houdt de State regulation-theory in? minder verschil van inspanning tussen ADHD-
(Cognitief model omtrent ADHD) en controlegroep. Task positive network
(concentratie) wordt minder actief, default
mode network (passieve toestand) wordt actief.
Probleem ligt bij (diepliggende) thalamus: Deze
is overgeactiveerd waardoor hersengebieden
worden minder goed aangestuurd. Oorzaak ligt
in de vroege ontwikkeling. Theorie ondersteunt
door het feit dat men over ADHDH “heen kan
groeien”. Lagere hersengebieden worden later
overgenomen door frontale hersengebieden.
2
, MPH zou de symptomen moeten versterken.
PKU: Altijd impulsief. Snelle reactie/veel fouten
(PEW-curve?).
Waarin verschillen PKU en ADHD van elkaar als ADHD: Alleen impulsief bij demotivatie.
het gaat om impulsiviteit? Overeenkomst: tekort aan dopamine
En waarin komen ze overeen?
EEG: als je wilt weten wanneer er activiteit is in
de hersenen.
Wanneer gebruik je EEG en wanneer fMRI? fMRI: als je wilt weten waar (in welke
hersengebieden) er activiteit is.
Schakelstation tussen waarneembare prikkels
van de zintuigen en de hersenschors. Heeft
Wat is de functie van de thalamus? invloed op het concentratievermogen.
Wat betekent ERN en Pe in de grafiek (error Error related negativity: Op dit punt ontdek je
progressie)? dat je een fout hebt gemaakt.
Pe: Bedenken hoe je gaat voorkomen dat je
opnieuw een fout gaat maken.
= negatieve piek
Bij kinderen: Corpus Striatum (grootste deel
basale ganglia die in de temporale kwab ligt:
besluitvorming, motivatie en
beloningsperceptie)
Adolescenten: conflict tussen striatum en
prefrontale cortex
Volwassenen: Prefrontale cortex (executive
functies: beslissingen nemen, plannen, sociaal
Welke hersengebieden zijn dominant bij gedrag en impulsbeheersing)
kinderen, adolescenten en volwassenen?
En wat is de functie van deze hersengebieden?
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller linekedegroote. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.32. You're not tied to anything after your purchase.