een volledige samenvatting van de onderdelen thermoregulatie en de kenmerken van de pasgeborenen en het eerste onderzoek met foto's ter verduidelijking
Samenvatting de pasgeborenen
Thermoregulatie en algemeen onderzoek
De neonatale periode
periode die aanvangt bij de geboorte tot en met de 28ste dag, met andere woorden van
dag 0 tot en met dag 28;
periode gaat gepaard met veel veranderingsprocessen die de overgang van het
afhankelijke intra-uteriene leven naar het meer onafhankelijke extra-uteriene leven mogelijk
maakt.
Aanpassingsreacties (Desmond, 1963)
oriëntering: eerste 15-30min. na de
geboorte:
sterk reactief en alert gedrag.
daarna, een fase van een aantal uur
(30-120min.):
rustig en minder alert.
na ongeveer zes uur:
genormaliseerd gedrag;
eerste aanpassing aan extra-
uterien leven voltooid. REACTIEF RUSTIG NORMAAL
Aanpasingsreacties:
reactie op nieuwe prikkels extra-uterien leven (koude, lucht, licht en geluid);
fysiologische veranderingen: wegvallen placentafunctie;
werking organen neonaat:
1)circulatie: overschakeling foetale circulatie naar volwassen circulatie;
2)longen: nemen functie placenta over;
3)lever: begint te ontgiften, produceert gal, breekt bilirubine af, produceert vitamine K
afhankelijke stollingsfactoren en zet glucose om in glycogeen;
4)nieren: beginnen te ontgiften (neemt ruime tijd in beslag);
5)beenmerg: maakt erytrocyten aan;
6)metabool: labiele glucose- en calciumstofwisseling (treedt kortstondig op).
de ontwikkeling van een nieuw evenwicht gedurende de eerste vier weken:
adaptatie leidt naar nieuw evenwicht = homeostase;
,homeostase leidt naar een nieuw biologisch ritme = homeokinese.
na 10 dagen:
ademhaling en circulatie zijn zo goed als mogelijk aangepast aan extra-uterien leven;
lichaamstemperatuur minder onderhevig aan veranderingen;
goede functionering lever (fysiologische geelzucht is overwonnen);
opname voeding op peil;
gewicht van bij de geboorte opnieuw bereikt;
normale ontlasting;
navelstomp afgevallen en ingedroogd.
Opvang neonaat
welke factoren beïnvloeden de conditie van een neonaat?
– moeder: leeftijd, gewicht, kliniek;
– infectieziekten;
– erfelijke aandoeningen;
– inname van medicatie, drugs en/of alcohol;
– roken;
– stress;
– bestralingen;
– meerlingzwangerschap; – traumata.
– vermoedelijke bevallingsdatum;
– met betrekking tot de vliezen: tijdstip van breken en aspect vruchtwater;
– ligging van het kind;
– verloop van de arbeid;
– met betrekking tot de bevalling: aard en verloop;
– met betrekking tot de placenta: gewicht en uitzicht.
Het voorkomen van warmteverlies
Fysiologie van de thermoregulatie
= het onderhouden van een evenwicht tussen warmteproductie en warmteafgifte;
regeling: thermoregulatiecentrum in hersenen (hypothalamus = ’thermostaat’);
centrale temperatuursensoren in hypothalamus krijgen informatie via thermoreceptoren
over:
, perifere- of schiltemperatuur;
centrale- of kerntemperatuur.
In vergelijking met het setpoint (= gewenste instelwaarde).
1) Fysische thermoregulatie
wat gebeurt er bij een stijging van de lichaamstemperatuur?
vasodilatatie; (uitzeten van de bloedvaten)
transpiratie.
=warmteafgifte stijgt.
wat gebeurt er bij een daling van de temperatuur?
vasoconstrictie;
vermindering zweetproductie;
gelijktijdig samentrekken strek- en buigspieren (rillen).
= warmteproductie stijgt.
→ dit zijn FYSISCHE processen, men spreekt van FYSISCHE warmteregulatie
2)Chemische thermoregulatie
wat gebeurt er bij een blijvende daling van de temperatuur?
opvoeren stofwisselingsprocessen; = verbranding bruin vetweefsel.
→ warmteproductie stijgt.
→ dit zijn CHEMISCHE processen, men spreekt van CHEMISCHE warmteregulatie
Het voorkomen van warmteverlies
1)intra-uterien: foetus volgt temperatuur moeder;
2)extra-uterien: neonaat reguleert zelf temperatuur:
à terme pasgeborene: na één à twee dagen;
prematuur en dysmatuur: kan weken duren.
Warmteproductie door basale stofwisselingsprocessen (chemische thermoregulatie)
energie in lichaam komt vrij als warmte;
hersenen en lever zorgen voor grootste deel warmteproductie: waarom?
complexe en hoge activiteit;
grote organen.
warmte komt vrij → wordt afgevoerd naar rest lichaam;
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller laurauccheddu41. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $14.44. You're not tied to anything after your purchase.