100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting boek Het Nederlandse strafprocesrecht $5.40   Add to cart

Summary

Samenvatting boek Het Nederlandse strafprocesrecht

2 reviews
 58 views  2 purchases
  • Module
  • Institution
  • Book

Met deze samenvatting heb ik een 8.5 gehaald. Geen samenvatting van het gehele boek, maar van: - Hoofdstuk I, paragraaf 3 en 5; - Hoofdstuk V, paragraaf 2, p. 173-175 (sub voce Absolute competentie van de hoven tot en met Absolute competentie voor de Hoge Raad); - Hoofdstuk XII, paragraaf 10, p. 5...

[Show more]

Preview 4 out of 38  pages

  • No
  • Zie beschrijving
  • October 18, 2019
  • 38
  • 2019/2020
  • Summary

2  reviews

review-writer-avatar

By: edwin1995 • 4 year ago

review-writer-avatar

By: fennabronwasser • 4 year ago

avatar-seller
Strafprocessuele rechtsmiddelen

Week 1

Hoofdstuk I Inleidende beschouwingen

Paragraaf 1. Strafrecht als sanctierecht

Strafrecht als sanctierecht
 Optreden tegen onrecht dat wordt of is begaan. Natuurlijke personen of rechtspersonen
hebben zich niet aan de voor hen geldende normen gehouden

Object van de strafrechtspleging: de wederrechtelijke gedragingen
In het strafrecht gaat het om negatief sanctioneren van wederrechtelijke gedragingen.

De straf
- Non-reparatoir: het concreet aangedane onrecht wordt door de straf niet gerepareerd.
- Leedtoevoeging
o Generale preventie: derden in de toekomst afschrikken
o Speciale preventie: zorgen dat de dader zich in de toekomst van dergelijk gedrag
weerhoudt

Deelgebieden strafrecht
1. Materieel strafrecht
Welke gedragingen zijn onder welke omstandigheden strafbaar en met welke straf moeten
zij worden bedreigd
2. Strafprocesrecht
Bepaald hoe en door wie wordt onderzocht of een strafbaar feit is begaan en hoe deze ten
uitvoer moet worden gelegd
3. Penitentiaire recht
1. Strafrechtelijke sancties (behoort ook wel tot het materiele strafrecht): algemene
voorwaarden voor strafbaarheid alsmede de bijzondere delicten
2. Tenuitvoerlegging (behoort ook wel tot het strafprocesrecht): tenuitvoerlegging van
straffen


Paragraaf 3. Doeleinden van het strafprocesrecht

Doeleinden van het strafprocesrecht
Het strafprocesrecht is de noodzakelijke schakel tussen het strafbare feit en de door de rechter op te
leggen sancties. Het strafprocesrecht dient ertoe te onderzoeken of er inderdaad een strafbaar feit
heeft plaatsgevonden, en als dat zo is, of dat ook aanleiding geeft tot een reactie. Daartoe zijn
bevoegdheden toegekend aan functionarissen en – in bescheiden mate – aan burgers.

Ambivalentie van het strafrecht: strafprocessuele bevoegdheden zijn steeds geclausuleerd,
bijvoorbeeld door ze aan bepaalde functionarissen toe te kennen, deze alleen in bepaalde gevallen te

,hanteren, de grond waarop deze mogen worden gebruikt aan te geven, of deze aan bepaalde
termijnen te binden.
Dit legitimeert de overheid enerzijds op bepaalde, vaak voor de betrokkenen bezwarende wijze op
te treden, anderzijds worden er grenzen aangegeven waaraan de hanteerders zich hebben te
houden.

2 aspecten van het strafprocesrecht
- Bevoegdheidstoedeling
Heeft gevolgen voor de burgers in die zin dat ruime bevoegdheden veel vrijheidsbeperkingen
kunnen impliceren.
- Begrenzing van de bevoegdheid
 De belangen van de strafvorderlijke overheid bij ruime toedeling van bevoegdheden zijn hierdoor
strijdig met de belangen van het individu.

Gematigd accusatoir / gematigd inquisitoir
- Accusatoir: 2 gelijkwaardige partijen strijden met elkaar ten overstaan van een lijdelijke,
passieve rechter die zich beperkt tot het zijn van scheidsrechter.
- Inquisitoir: justitie is actief op zoek naar de waarheid. Een vervolger en een beschuldigde
verschijnen tegen in de rechtszaak tegenover elkaar. De beschuldigde is geen gelijkwaardige
partij, maar object van het onderzoek.
Nadeel: indien verdachte slechts object van het onderzoek is kan waarheidsvinding onbewust
plaatsmaken voor het gevaar dat de overheid slechts zoekt naar dat wat de beschuldigde
belast en geen oog meer heeft voor hetgeen ten gunste van hem strekt.

In NL een beetje van allebei:
Niet helemaal accusatoir omdat de overheid dwangmiddelen kan toepassen op de burger, hem kan
beschuldigen op basis waarvan een rechter een sanctie op kan leggen, terwijl het omgekeerde niet
kan  zijn het dus geen gelijkwaardige partijen.
Gematigd inquisitoir omdat de verdachte in de beginfase vooral een object van het onderzoek is en
als zodanig de uitoefening van dwangmiddelen heeft te dulden. Hij heeft daarbij overigens wel de
bevoegdheden om zich te weer te stellen tegen de hantering van dwangmiddelen ten opzichte van
hem. Tijdens het onderzoek ter terechtzitting heeft het proces meer aan accusatoir karakter. Dan
wordt de verdachte in de hoofdzaak op gelijke voet met het openbaar ministerie behandeld, denk
aan hoor en wederhoor etc. Echter blijven de partijen ongelijkwaardig, omdat de verdachte niet op
zijn beurt ook dwangmiddelen op het openbaar ministerie kan gaan uitoefenen.

Strafvordering als geregeld fatsoen
Uiteindelijk gaat het strafprocesrecht pas functioneren als de door met strafvorderlijke
bevoegdheden beklede personen in werking wordt gezet.
strafrechtsfunctionarissen moeten ervoor zorgen dat het concrete optreden redelijk, fatsoenlijk en
beschaafd is.

,Doelen strafprocesrecht:
 Hoofddoel: het regelen van de schakel tussen het strafbaar feit en de door de rechter op te
leggen sanctie.
 Bevorderen dat de strafwet wordt toegepast op de werkelijke schuldige, en te
voorkomen dat de onschuldige veroordeeld of zo mogelijk zelfs vervolgd wordt
 Generale en speciale preventie.
 Voorkomen eigenrichting: burgers zien dat de overheid tegen het strafbare gedrag opkomt
en dit weerhoudt hen ervan zelf met verboden middelen de verdachte te lijf te gaan.
 Scheppen van orde
 Genoegdoening slachtoffer: het strafproces verschaft aan het slachtoffer de gelegenheid
voor participatie in het strafproces, denk aan schadevergoedingen en het uitoefenen van het
spreekrecht


Paragraaf 5. Gemoderniseerd wetboek van Strafvordering

8 verschillende boeken
1. Strafvordering in het algemeen
2. Het opsporingsonderzoek
3. De vervolgbeslissing
4. Berechting
5. Rechtsmiddelen
6. Bijzondere procedures
7. Internationale rechtshulp
8. Tenuitvoerlegging strafrechtelijke beslissingen

5 ontwikkelingen welke een aanleiding vormen voor de modernisering
- Doelstellingen van het strafproces zijn verbreed: nevendoelstellingen hebben een
belangrijkere plaats ingenomen
o EVRM: de rechtspositie van de verachte is verstrekt: aanvaarden van recht op
toegang tot een raadsman bij het politieverhoor
o Erkenning van het slachtoffer als procesdeelnemer
o Toegenomen aandacht voor rechten en vrijheden van andere bij het strafproces
betrokken personen
o Overwegend contradictoir proces met op onderdelen inquisitoire en accusatoir
trekken: rechter heeft een eigen verantwoordelijkheid voor een rechtvaardige
uitkomst van het strafproces. Openbaar Ministerie is verantwoordelijk voor een
zorgvuldige vervolgbeslissing.  duidelijke regeling van bevoegdheden van de
verschillende deelnemers
- Wijziging in de aard van de criminaliteit en alsmede van het strafrechtelijk sanctiepakket. 
georganiseerde criminaliteit en de daarop toegesneden opsporingsmethoden
- Veranderde rolverdeling tussen de strafvorderlijke actoren  r-c is getransformeerd naar
rechter in het vooronderzoek
- Internationalisering van de strafrechtspleging  sterk toegenomen regelgeving op het
terrein van rechtshulp & relevantie nationale strafprocesrecht houdt niet op bij de
landsgrenzen.
- Ontwikkeling en beschikbaarheid van nieuwe technieken  digitalisering

, Elk van deze 5 ontwikkelingen sluit aan bij veranderingen in de samenleving waarin het Wetboek van
Strafvordering functioneert.
- Toegenomen mondigheid burgers
- Taak van de overheid om burgers te behoeden van gevaren en risico’s

Twee verschuivingen van de afgelopen jaren:
1. De rol van de rechter is kleiner geworden, de rol van de OvJ is groter geworden. (denk aan
invoering van de strafbeschikking: OvJ kan zo zonder rechter een verdachte als schuldige verklaren en
een sanctie opleggen = fundamentele inbreuk op het uitgangspunt dat uitsluitend een rechter een
oordeel kan vellen over het al dan niet begaan van een strafbaar feit)
2. WvSv was gericht op het versterken van de rechtsbescherming van de verdachte, maar thans gaat
het om het voorzien in een duidelijk geregelde rechtspositie van verschillende aan het strafproces
deelnemende actoren.



Hoofdstuk XVII Rechtsmiddelen

Paragraaf 1. Inleiding

Rechtsmiddelen = de in de wet geregelde en voor de procespartijen openstaande mogelijkheden op
te komen tegen beslissingen of handelingen van autoriteiten in het strafproces bij een rechter.
- Ruime interpretatie: hieronder vallen ook het verzet tegen een strafbeschikking, het
bezwaarschrift tegen de dagvaarding en het beklag tegen inbeslagneming
- Enge interpretatie: in de wet geregelde en voor procespartijen openstaande mogelijkheden
op te komen tegen beslissingen van strafrechters.  verzet valt dus buiten deze definitie,
omdat daarmee wordt opgekomen tegen een beslissing van een OvJ

Soorten rechterlijke beslissingen
Art. 138 Sv
- Beschikkingen  de niet op de TTZ gegeven beslissing (Art. 21 lid 1 Sv)
B.v. beslissingen in de raadkamer omtrent gevangenhouding
- Uitspraken  de op de TTZ gegeven beslissing
o Einduitspraken: Art. 138 Sv
 Uitspraken tot schorsing van de vervolging
 Negatieve antwoorden op de andere 3 vragen van Art. 348 Sv: nietigheid
dagvaarding, onbevoegdheid rechter en niet-ontvankelijkheid OM
 Uitspraken na afloop van het gehele onderzoek op terechtzitting: vrijspraak,
OVAR en veroordelingen
o Tussenuitspraken
Denk aan beslissingen over het oproepen van getuigen of het aanhouden van een
zaak

Gewone en buitengewone rechtsmiddelen
Gewone rechtsmiddelen  opkomen tegen uitspraken die nog niet in kracht van gewijsde zijn
gegaan (hoger beroep en beroep in cassatie)
Buitengewone rechtsmiddelen  opkomen tegen uitspraken die al wel in kracht van gewijsde zijn
gegaan (herziening en cassatie in het belang er wet)

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller amyluijten. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.40. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

77858 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy revision notes and other study material for 14 years now

Start selling

Recently viewed by you


$5.40  2x  sold
  • (2)
  Add to cart