100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home

Summary

Samenvatting Bloktoets Evalueren 1.4 Facility Management Dit is onderzoek H1 t/m 3

 12 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting van hoofdstuk 1, 2 en 3 uit het boek Dit is onderzoek. Bloktoets Evalueren Facility Management, Zuyd Hogeschool

Preview 3 out of 17  pages

  • No
  • H1 h2 h3
  • October 19, 2019
  • 17
  • 2019/2020
  • Summary
avatar-seller
Hoofdstuk 1: Wat wil de onderzoeker weten?

1.1 Wat zijn probleemstelling, de doelstelling en de onderzoeksvraag?
Een onderzoeksvoorstel en een onderzoeksverslag beginnen meestal met een introductie waarin het
probleem wordt gesteld, de aanleiding tot het onderzoek.

Probleemstelling: het voorstel dat je schrijft om een onderzoek op te stellen. Een probleem waarvan
je niet weet hoe je het moet oplossen. Achtergrond waaruit de onderzoeksvraag voorkomt
Oplossing: informatie verzamelen.

Achtergrond van het onderzoek: waar komt het idee van het onderzoek vandaag, waar is het op
gebaseerd?

Doelstelling: Het antwoord op de vraag waarom je het onderzoek doet, wat je ermee wilt bereiken

Je taak als onderzoeker is om informatie te leveren die anderen kunnen gebruiken om problemen te
signaleren en op te lossen. Het is de taak van de beleidsmakers om een oplossing voor dit probleem
te zoeken.

Toegepast onderzoek: in toegepast onderzoek is het belangrijk aan te geven waar de te verzamelen
informatie toe dient. Wat wil je ermee bereiken?

Zuiver wetenschappelijk onderzoek: het doel is het vergroten van wetenschappelijke kennis. Zuiver
wetenschappelijk onderzoek hoeft dus geen direct maatschappelijk nut te hebben.

Bij de ontwikkeling van een onderzoeksvraag begin je meestal breed en eindig je vaak smal. Dit geldt
ook voor de inleiding: eerst geef je veel informatie, waarnaar je tot een onderzoeksvraag komt.

Ethische voorwaarden onderzoek: Als er aan deze voorwaarden is voldaan, mag een onderzoek
gestart worden:
- Doen de respondenten vrijwillig mee aan het onderzoek?
- Wordt er van te voren duidelijk aan de respondenten uitgelegd wat t doel en de werkwijze van het
onderzoek zijn?
- Worden gegevens van de respondenten vertrouwelijk (liefst anoniem) verwerkt?
- Hebben de uitkomsten van het onderzoek geen nadelige gevolgen voor de respondenten?
De onderzoeksvraag is de vraag waarop het onderzoek antwoord moet geven.

1.2 Gaat het om een open of gesloten onderzoeksvraag, een kwalitatief of kwantitatief onderzoek?
Open onderzoeksvraag  Kwalitatief onderzoek  Is het verifieerbaar?
Gesloten onderzoeksvraag  Kwantitatief onderzoek  Is het reproduceerbaar?

Open onderzoeksvraag: Hoe gaat iemand die slecht kan lopen de trap op?
Gesloten onderzoeksvraag: Hoe vaak komt fysiek, verbaal en vandalistisch agressief gedrag voor
onder kinderen? De onderzoekers weten naar welke variabelen ze moeten kijken.
In de gesloten onderzoeksvraag kunnen de onderzoekers gebruikmaken van een vaststaand
observatieschema waarin de scoringscategorieën al vastliggen. In de open onderzoeksvraag weten
de onderzoekers niet precies wat ze moeten verwachten; ze kunnen dus geen observatieschema
maken waarin ze dingen moeten aankruisen.

,Kwalitatief onderzoek Kwantitatief onderzoek
Open onderzoeksvraag Gesloten onderzoeksvraag
Onderzoeksvraag kan je tijdens het Onderzoeksvraag ligt vast
onderzoeksproces aanpassen
Doel is vooral het ontwikkelen van (nieuwe) ideeën Doel is vooral beschrijven en toetsen van vooraf
vastgelegde ideeën
De dataverzameling is hier niet standaard. Je Je verzamelt op één standaardmanier data, bijv.
verzamelt op verschillende manieren data, vragenlijst
bijvoorbeeld: je praat niet alleen met de studenten,
maar je observeert ze ook
Resultaat van de dataverzameling zijn observatie- Resultaat van de dataverzameling zijn cijfers
en gespreksverslagen en bestaande gegevens zoals
dagboekfragmenten
Observatie- en gespreksverslagen reduceer je tot Data evalueer je met statistische analyses
labels en vervolgens breng je daar structuur in

Als de onderzoeksvraag smal is en je weet wat je inhoudelijk kunt verwachten als je gaat interviewen
of observeren, doe je meestal kwantitatief onderzoek. In kwantitatief onderzoek gaat het om de
vraag of er een relatie is tussen twee variabelen, en om de vraag hoe sterk dat verband tussen de
variabelen is.

Verifieerbaarheidseis: er moet gecontroleerd kunnen worden hoe een onderzoeker tot zijn
conclusies is gekomen. Geldt voor zowel kwantitatief als kwalitatief onderzoek (voor kwantitatief
onderzoek makkelijker dan kwalitatief onderzoek). De conclusie van je onderzoek moeten plausibel
en je werkwijze moet transparant zijn.
Reproduceerbaarheidseis: je onderzoeksverslag zo maken, dat iemand anders in staat is het
onderzoek over te doen. In kwalitatief onderzoek lastiger

1.3 Wat zijn onderzoekseenheden en eigenschappen/kenmerken?
Onderzoekseenheden: over wie of wat wil de onderzoeker iets zeggen?
Kenmerken van de eenheden: waar wil de onderzoeker iets over zeggen?
Generalisatiepretentie van je onderzoek: over wie of wat (de eenheden) wil je uitspraken doen?
Voor wie gaan straks de uitkomsten van je onderzoek gelden?
Populatie: alle eenheden bij elkaar
Eigenschappen en kenmerken: in een onderzoek naar het verschil in ziekteverzuim tussen
overheidsen niet-overheidsbedrijven, zijn de eenheden ‘bedrijven’ waarschijnlijk Nederlandse
bedrijven. De eigenschappen die de onderzoeker van de bedrijven wil meten, zjn het ziekteverzuim
en het feit of het al dan niet een overheidsbedrijf betreft.

Maak aan het begin van je onderzoek een datamatrix, omdat soms zich het probleem voordoet dat
de kenmerken niet op dezelfde eenheden betrekking hebben = een tabel waarin gegevens
overzichtelijk zijn weergeven
Bij kwalitatief onderzoek zijn de kenmerken vaak minder helder dan bij kwantitatief onderzoek. Soms
moet je er ook door middel van onderzoek achterkomen wat de belangrijke kenmerken zijn. Een
verschil met kwantitatief onderzoek is dat je de pretentie tijdens het onderzoek kan bijstellen.

1.4 Wat is er al bekend over het onderzoeksonderwerp?
Oriëntatie = je overlegt met collega’s en je opdrachtgever en je gaat kijken wat er op internet en in
de literatuur al bekend is over het betreffende onderwerp, voordat je tot een min of meer definitieve
formulering va de onderzoeksvraag overgaat.

, Daarna is het verstandig een voorstudie te doen: naar de desbetreffende variabele en hoe je die
meet.
Op basis van de resultaten van die studie kan dan aan de opdrachtgever een voorstel voor een
onderzoeksvraag worden gedaan. Ook kan een vooronderzoek worden gedaan. Dit alles gaat om
kwalitatief onderzoek.
Vaak is er geen vooronderzoek nodig, maar is het wel verstandig eerst literatuuronderzoek te doen,
voordat je met de definitieve onderzoeksopzet aan de gang gaat.

Het is verstandig om eerst in de literatuur en op internet te kijken of er onderzoeken zijn die verwant
zijn aan het onderwerp van jouw onderzoek om drie redenen:
 Begrippen definiëren en meten.
Uit ander onderzoek kun je leren hoe anderen de begrippen die jij wilt onderzoeken hebben
gedefinieerd en vooral ook hoe ze zijn gemeten.
 Methodologische aspecten.
Het is nuttig om te lezen hoe andere onderzoekers vergelijkbaar onderzoek hebben opgezet en
uitgevoerd en vooral ook wat hun ervaringen zijn.
 Theorie.
Ook wanneer je een theorie zoekt die de door jou te onderzoeken fenomenen verklaart, moet je
zeker bronnenonderzoek doen.

Als je met bronnenonderzoek start is het cruciaal dat je de goede zoektermen gebruikt. Pin jezelf niet
vast op één begrip, maar gebruik alternatieven. Kijk ook naar verwante termen. Dit kan bijvoorbeeld
in een thesaurus; een soort woordenboek waarin je begrippen kunt opzoeken en waar dan bij elk
begrip een overzicht staat van min of meer vergelijkbare begrippen. Er zijn ook vakwoordenboeken.
Verder moet je op zoek gaan naar een juiste vertaling van je zoekterm. De hyperdictionary bekijkt of
het een gangbare zoekterm is, en geeft verwante termen. Kijk niet alleen op internet, maar ook in
gespecialiseerde bibliotheken en boekhandels. Ook kan gebruik worden gemaakt van sites waar je
vooral wetenschappelijke literatuur vindt: de Scholar-versie van Google, Scirus en Pubmed. Ook
boeken en vooral proefschriften zijn interessant. In proefschriften vind je vaak een goed
literatuuroverzicht. Nederlandse proefschriften zijn te vinden op DAREnet.

1.5 Gaat het om beschrijven, exploreren of toetsen?
- Bij beschrijvend onderzoek wil je zoals het woord al zegt, een fenomeen beschrijven. Het kan bij
beschrijvend onderzoek zowel om kwantitatief als om kwalitatief onderzoek gaan. Een casestudie is
een voorbeeld van een beschrijvend kwalitatief onderzoek. Bij kwantitatief beschrijvend onderzoek
gaat het meestal om frequentievragen. Je wilt bijvoorbeeld achterhalen hoe vaak een verschijnsel
voorkomt. Je telt bij hoeveel studenten van het totaal aantal studenten het verschijnsel zich
voordoet. Je onderzoeksresultaat is vaak een tabel, een cirkeldiagram of een histogram. De cijfers
zeggen iets over de ernst en omvang van het probleem, maar niet zo veel over de inhoud en de
betekenis van het probleem.

- Bij explorerend onderzoek wil je tot een verklaring komen. Het kan bij explorerend onderzoek
zowel om kwantitatief als om kwalitatief onderzoek gaan.
Als je helemaal geen idee hebt over de oorzaken van een bepaald verschijnsel, is het verstandig om
te starten met kwalitatief verkennend onderzoek. Je kunt bijvoorbeeld eerst gaan observeren.
Aanvullend kun je open interviews houden. Het resultaat van een dergelijk verkennend kwalitatief
onderzoek kan een theorie zijn die een mogelijke verklaring vormt voor de oorzaken van het
bepaalde verschijnsel. Uit het materiaal dat je verzameld hebt doe je een gedachte op. Vervolgens ga
je de geldigheid van die gedachte na door nog eens in een andere situatie met andere personen te
kijken of die theorie klopt. Op die manier ga je door tot je het gevoel hebt een passende verklaring of
theorie gevonden te hebben.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller fth20. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $0.00. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

71250 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
Free  12x  sold
  • (0)