Ross en wilson anatomie en fysiologie in gezondheid en ziekte-
Samenvatting Blok 1 Gezondheid Casus 1 Sophie van het vak AFPF.
Ook zijn hier de hoofdstukken in verwerkt die je moet kennen van het Marck Manual boek.
AFPF Casus 1: Sophie.
Een beschrijving geven van de complexiteitsniveaus van structuren in het lichaam.
In het lichaam onderscheidt men verschillende niveaus van structurele organisatie en complexiteit. Het
meest elementaire niveau bestaat uit de scheikundige processen.
- Atomen vormen moleculen, waarvan het lichaam er enorm aantal bezit.
- Cellen zijn de kleinste onafhankelijke eenheden van de levende materie. Ze zijn microscopisch
klein, niet waarneemwaar met blote oog. Elk celtype is gespecialiseerd om een specifieke functie
te vervullen die het lichaam in zijn behoeften voorziet.
- Weefsels worden gevormd uit cellen die overeenkomen in vorm en functie.
- Organen bestaan uit verschillende soorten weefsels en zijn geëvolueerd om een specifieke
functie uit te oefenen.
- Orgaanstelsels/systemen bestaan uit een aantal organen en weefsels die samen bijdragen aan
één of meer vitale functies van het lichaam.
Een definitie geven van de begrippen ‘milieu intérieur’ en ‘homeostase’.
De uitwendige omgeving omringt het lichaam en is de bron van zuurstof en voedingsstoffen.
Afvalproducten van cellulaire activiteiten worden uiteindelijk afgevoerd naar de externe omgeving.
- De huid vormt een effectieve barrière tussen de lichaamsweefsels en de zich voortdurend
veranderende, vaak agressieve, uitwendige omgeving.
De inwendige omgeving is het vocht dat de lichaamscellen omspoelt (= interstitiële- of weefselvloeistof →
zij absorberen zuurstof en voedingsstoffen uit de omgevende interstitiële vloeistof, die deze stoffen
opnieuw uit de bloedsomloop heeft geabsorbeerd).
Daarentegen passeren afvalstoffen via de interstitiële vloeistof naar de bloedsomloop op weg naar de
nodige uitscheidingsorganen
Elke cel heeft een omhulsel (= een celmembraan die een selectieve barrière vormt voor stoffen die
binnenkomen of afgevoerd worden). Deze eigenschap, met name selectieve permeabiliteit, maakt het
mogelijk dat de cel(plasma) membraan controleert welke stoffen in en uit de cel gaan en bijgevolg de
samenstelling van de interne omgeving reguleert.
- Kleine deeltjes kunnen vrij door de membraan passeren.
- Grote deeltjes kunnen ingesloten zijn in ofwel het interstitiële vocht ofwel het intracellulaire
vocht.
- Selectieve permeabiliteit zorgt ervoor dat de chemische samenstelling van de vloeistof in de
cellen anders is dan die van de interstitiële vloeistof waarin ze drijven.
,Homeostase betekent letterlijk dit ‘zonder verandering’, maar in feite beschrijft de term een dynamische,
zich voortdurend veranderende situatie waar een veelvoud van fysiologische mechanismen en metingen
steeds binnen nauwe grenzen blijft. De homeostase zorgt voor een onderhoud van een stabiele interne
omgeving.
- Belangrijke fysiologische variabelen die binnen nauwe grenzen gehandhaafd moeten blijven door
homeostatische regelmechanismen:
- Kerntemperatuur
- Water- en elektrolythuishouding
- Zuurgraad (pH) van lichaamsvloeistoffen
- Bloedsuikergehalte
- Bloed- en weefselzuurstof en koolstofdioxidegehaltes
- Bloeddruk
De homeostase wordt gehandhaafd door systemen die veranderingen in het milieu interieur opsporen en
daarop reageren. Zo’n regulatiesysteem heeft drie basiscomponenten:
1. Detector: verzend bericht naar het controlecentrum als het een prikkel heeft opgepikt.
2. Controlecentrum: herbergt de waarden waarbinnen de variabele factor moet worden
gehandhaafd + het ontvangt bericht van de detector of sensor en verwerkt die informatie. Als het
binnenkomend signaal aangeeft dat aanpassing nodig is, reageert het controlecentrum door
wijzigingen van de opdrachten die het zendt naar de effector.
3. Effector: verhelpt de wijzigingen op te lossen.
Negatieve en positieve feedbackmechanismen met elkaar vergelijken.
Negatieve feedbackmechanismen: elke verandering van het regulatiesysteem die zich verwijdert van de
normale waarde wordt tenietgedaan.
- Indien een variabel stijgt, laat negatieve feedback het dalen en als het daalt laat negatieve
feedback het terug stijgen tot het normale niveau.
- Komt het meeste voor in het lichaam
Positieve feedbackmechanismen: Hierbij doet de stimulus de respons progressief toenemen zodat, zo
lang de stimulus aanhoudt, de respons progressief wordt versterkt.
- Komt zelden voor in het lichaam.
Verstoring van de homeostase treedt op als de fijnregeling van een variabel van het milieu interieur niet
goed werkt, zodat waarden worden bereikt die buiten het normale bereik liggen. Als het regulatiesysteem
niet in staat is de homeostase te handhaven, zal een abnormale situatie ontstaan die de gezondheid kan
schaden of zelfs levensbedreigend kan zijn.
, De functies van de transportsystemen in het lichaam beschrijven.
Vitale behoefte Lichaamsverrichting
Communicatie Transportsystemen: bloed, bloedsomloop, lymfoïde systeem
Interne communicatie: zenuwstelsel, endocrien stelsel
Externe communicatie: zintuigen, verbale en non-verbale
communicatie
Opname van stoffen en eliminatie van afval Zuurstofopname
Inname van voedingsstoffen (eten)
Uitscheiding van afvalstoffen: koolstofdioxide, urine, ontlasting
Bescherming en overleving Bescherming tegen externe factoren: huid
Weerstand tegen bacteriële infectie: weerstand en immuniteit
Specifieke afweermechanismen
Lichaamsbeweging
Behoud van de soort: voortplanting en overdracht van erfelijke
eigenschappen
Transportsystemen zorgen ervoor dat alle lichaamscellen in verbinding staan met zowel mogelijke
ondersteunende stoffen als ook de mogelijkheid bieden om afvalproducten af te scheiden
Alle communicatiesystemen zijn betrokken bij ontvangst, verificatie en beantwoording van de juiste
informatie. Er bestaan verscheidene systemen voor communicatie met het milieu interieur en exterieur.
- Bij interne communicatie spelen het zenuwstelsel en het endocriene stelsel de hoofdrol: ze
handhaven de homeostase en reguleren vitale lichaamsfuncties
- Bij externe communicatie beschikt het lichaam over speciale zintuigen en over verbale en non-
verbale mogelijkheden; deze zijn allemaal voor hun werking afhankelijk van het zenuwstels
Via een uitgebreid netwerk van bloedvaten transporteert het bloed stoffen door het hele lichaam (bij een
volwassenen bedraagt de hoeveelheid bloed ongeveer vijf à zes liter).
Het bloed bestaat uit twee componenten:
- Plasma (vloeistof): bestaat voornamelijk uit water met daarin allerlei opgeloste stoffen zoals:
- Voedingsstoffen opgenomen uit het maag-darmkanaal
- Zuurstof uit de longen
- Chemische verbindingen die in lichaamscellen worden aangemaakt (bijvoorbeeld
hormonen)
- Afvalproducten van alle lichaamscellen ter verwijdering uit het lichaam via excretie
- Bloedcellen: er zijn drie soorten bloedcellen
- Erytocyten (rode bloedcellen): vervoeren zuurstof en, in mindere mate, koolstofdioxide,
tussen longen en lichaamscellen
- Leukocyten (witte bloedcellen): beschermen het lichaam tegen infectie en andere
xenobiotica
- Trombocyten (bloedplaatjes): zijn van essentieel belang bij de bloedstolling
Het cardiovasculair systeem bestaat uit een netwerk van bloedvaten en het hart.
- Bloedvaten: er zijn drie soorten bloedvaten
1. Ateriën (slagaders), die het bloed vanuit het hart vervoeren
2. Venen (aders), die het bloed naar het hart terug vervoeren
3. Capillairen (haarvaatjes), die arteriën en venen met elkaar verbinden. Het zijn uiterst
kleine vaatjes met een dunne wand van slechts één laag cellen waardoor de uitwisseling
van stoffen tussen het bloed en de weefsels kan plaatsvinden.
- Bloedvaten vormen een netwerk dat bloed transporteert naar:
- De longen (longcirculatie) waar zuurstof wordt opgenomen uit de lucht en waar
tegelijkertijd koolstofdioxide wordt afgescheiden vanuit het bloed naar de
uitademingslucht.
- De cellen in alle andere delen van het lichaam (grote of lichaamscirculatie).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller fleurschipper01. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.26. You're not tied to anything after your purchase.