100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Theorie en Praktijk van Arbeid $5.05
Add to cart

Summary

Samenvatting Theorie en Praktijk van Arbeid

14 reviews
 578 views  68 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Uitgebreide samenvatting Theorie en Praktijk van Arbeid, geschreven door Fabian Dekker (red.) De samenvatting bevat H1, H2, H3, H4, H5, H6, H8.

Preview 4 out of 32  pages

  • No
  • H1, h2, h3, h4, h5, h6, h8
  • October 20, 2019
  • 32
  • 2019/2020
  • Summary

14  reviews

review-writer-avatar

By: myrelhubner • 1 year ago

review-writer-avatar

By: bentedekroon • 2 year ago

review-writer-avatar

By: winckewinkel2002 • 2 year ago

review-writer-avatar

By: renaldow1983 • 3 year ago

review-writer-avatar

By: gabespijksma • 3 year ago

review-writer-avatar

By: pravirjainath • 4 year ago

review-writer-avatar

By: djevlaardingerbroek • 4 year ago

Show more reviews  
avatar-seller
Hoofdstuk 1: Een boek over arbeid
► 1.1 Arbeid: waar hebben we het dan over?
Definitie van arbeid (Mok): Alle activiteiten die zowel voordeel bieden aan de mensen die
deze activiteiten ontwikkelen, als aan de ontvangers er van.

Economen spreken liever van nut: het bevredigen van persoonlijke behoeften via arbeid.

Grijze circuit van de arbeidsmarkt: Activiteiten die niet worden geregistreerd door instanties
en zich afspelen buiten het blikveld van officiële organisaties.

Drie hoofdvormen van arbeid (Ruysseveldt en Van Hoof):
1. Onbetaalde arbeid à het doen van vrijwilligerswerk of het zorgen voor een ziek
familielid.
2. Betaalde formele arbeid à werken in loondienst of het verdienen van een inkomen
als zzp’er.
3. Betaalde informele arbeid à het plegen van belastingfraude

Welvaart wordt gemeten door betaalde formele arbeid (Bruto Binnenlands Product),
onbetaalde vormen worden vaak genegeerd. Het CBS heeft inmiddels wel een brede
monitor ontwikkeld voor milieu, gezondheid, onderwijs, welzijn, kwaliteit van wonen, vrije
tijd en/of veiligheid).

► 1.2 Kernfuncties van de arbeidsmarkt
Op de arbeidsmarkt komen vragers (werkgevers) en aanbieders van arbeid (werknemers)
bijeen om arbeidsvermogen aan te bieden in ruil voor een beloning (dan ontstaat er een
arbeidsovereenkomst).
De belangrijkste kernfunctie van de arbeidsmarkt = arbeidsallocatie.
Arbeidsallocatie = Op de arbeidsmarkt wordt bepaald welke personen welke taken gaan
vervullen.

Homo economicus = Vanuit economisch perspectief gaan men in de kern nog doorgaans uit
van rationele en calculerende mensen. Dit houdt in dat individuele werknemers en
werkgevers voortdurend een afweging maken van de kosten en baten om een aovk met
elkaar aan te gaan.

Interne arbeidsmarkten = vullen met het zittende personeel

Sociologen geven aan dat het gaat om regels en procedures die de processen van
arbeidsallocatie bepalen (zij denken ook meer aan mensen op latere leeftijd, migranten et
cetera).

Naast arbeidsallocatie heeft de arbeidsmarkt nog een andere belangrijke kernfunctie:
verdelingsfunctie.
Verdelingsfunctie = Dan wordt er een prijs voor de arbeid vastgesteld (bepalen wat iemand
gaat verdienen).

Een van de belangrijkste theorieën is het Menselijk Kapitaal (het ene persoon is
waardevoller dan de ander, bijvoorbeeld door meer kwalificaties en hogere productiviteit).
Het is een economische theorie, omdat er wordt uitgegaan dat (rationele) werkgevers
uiteindelijke de personen met de hoogste diploma’s en de meeste werkervaring selecteren,


1

,met als beloning een hoger salaris.
Die gedachtegang wordt bekritiseerd door sociale wetenschappers. Beslissingen met
betrekking tot inkomens worden namelijk ook gebaseerd op wet en regelgeving. Bovendien
lijkt het niet alleen afhankelijk te zijn van diploma’s en ervaring. De theorie van efficiënte
lonen is hier een goed voorbeeld van.

Efficiënte lonen: Er wordt vaak meer betaald dan je op voorhand zou verwachten op basis
van opleiding en ervaring.
Waarom?
1. Werkgevers willen werknemers duurzaam aan zich binden
2. Dreiging van mogelijk vertrek neemt daardoor af
3. Rust neemt daardoor toe

Het is dus duidelijk dat efficiënte lonen theorie andere beslissingen maakt dan het Menselijk
Kapitaal theorie om beloningsverschillen te verklaren.

► 1.3 Spelers op de Nederlandse arbeidsmarkt: het overlegmodel
De vakbeweging = alle vakbonden in Nederland die samen de belangen behartigen van
werknemers.
1. FNV à Federatie Nederlandse Vakbeweging
2. CNV à Christelijke vakorganisatie
3. VCP à Vakcentrale voor Professionals
4. AVV à Alternatief voor Vakbond (voor flexibele arbeidscontracten en zzp’ers)

De belangrijkste functie betreft van de vakbeweging: de correctiefunctie. Hierbij gaat het om
het vinden van de juiste balans tussen de belangen van opdrachtgevers en opdrachtnemers.

AIQ (arbeidsinkomensquote) = Het aandeel arbeidsbeloning ten opzichte van het totaal
verdiende inkomen van een land. Een lagere AIG houdt in dat er minder geld gaat naar
werkenden en meer naar bedrijven (kapitaal).

Een laag AIG kan komen door flexibele arbeidscontracten, je verdient namelijk meer in
loondienst over het algemeen. In Nederland zijn er veel flexibele arbeidscontract waardoor
het AIQ van Nederland dus daalt. Het kan ook komen door technologie (kapitaal), door
technologie wordt arbeid (mensen) namelijk goedkoper.

Naast vakbonden zijn er verschillende werkgeversorganisaties actief:
1. VNO-NCW à richt zich op grotere onderneming
2. MKB à Richt zich op middelgrote en kleine onderneming
3. LTO à Agrarische ondernemers
Vakbonden streven naar betere voorwaarden en werkgeversorganisaties richten zich op
bevordering van het ondernemersklimaat ( innovatie en samenwerking tussen bedrijven).

De overheid is de grootste werkgever van het land (defensie, waterschappen, het onderwijs
en de politie).

De Sociaal Economische Raad (SER) is een instantie die bestaat uit onafhankelijke
deskundigen en vertegenwoordigers van werknemers en werkgevers. Besluiten van de
overheid worden altijd voorgelegd aan de SER. Dit overlegmodel, het zogenoemde
‘poldermodel’ wordt als groot goed beschouwd.




2

,1.3.1 Het overlegmodel onder druk
Er is wel kritiek op de representativiteit van dit overlegmodel:
In het kort is de gedachte dat een dalend aantal vakbondsleden en flexibilisering van de
arbeidsmarkt in belangrijke mate bijdragen aan kritiek op het overlegmodel. Zo zouden
vakbonden niet meer de belangen van alle werkenden vertegenwoordigen en zijn ook
werkgevers niet altijd in staat om alle (kleinere) organisaties voldoende te
vertegenwoordigen. Bovendien is er een nieuwe speler bijgekomen die steeds meer zijn
stempel drukt op de arbeidsmarkt: de aandeelhouder.

1.3.2 Een nieuwe speler op de arbeidsmarkt: de aandeelhouder
Aandeelhouders à Ook belangrijke spelers doordat ze invloed kunnen uitoefenen, zorgt
soms voor problemen. Het kan uiten in financiële belangen op de korte termijn en niet op
werkgelegenheid op de lange termijn. Aandeelhouders zorgen eerder voor baanverlies dan
baancreatie.
Aandeelhouderswaarde à De waarde van ondernemingen die wordt afgemeten aan de
waarde die ze toevoegt voor aandeelhouders.

► 1.4 De waarde van werk
Werken zorgt niet alleen voor je inkomen, maar ook voor het sociale aspect (waarde).
Mensen die niet werken zijn minder tevreden.

Arbeidsethos = De plaats die arbeid inneemt in ons leven
Arbeidsethos in Nederland: gezin, vrienden, vrije tijd, werk, godsdienst en politiek.

Arbeidsoriëntatie = aspecten van het werk die mensen belangrijk vinden.
Exintrieke aspecten: goed salaris en voldoende vakantiedagen
Intrinsieke aspecten: kwaliteit van een baan, verantwoordelijkheid, leermogelijkheden

Het lijkt er op dat naarmate mensen welvaart ervaren (economische groei) zij arbeid minder
gaan zien als een morele plicht.

Betekenisvol werk = Weerspiegelt de positieve betekenis die mensen aan hun eigen
werkzaamheden toekennen (autonomie, variatie, ondersteunend hrm-beleid, inspirerend
leiderschap en bedrijfscultuur)

Bullshit jobs: gaat om banen die passen bij een moderne diensteneconomie, zoals
consultants, managers op de zuid-as en pizzabezorgers die overbodig en betekenisloos zijn.
Volgens een antropoloog zou de wereld beter af zijn zonder, omdat ze geen intrinsieke
betekenis hebben.

Arbeidswaarde: materiele en immateriële waarde die mensen hechten aan hun werk.




3

, Hoofdstuk 2: Arbeidsmarkt ontwikkeling: participatie en
dienstverbanden
► 2.1 Hoe werkt de arbeidsmarkt?

2.1.1 De vraag naar arbeid
Economische systemen
De kern van de markt is dat het een plaats is waar vraag en aanbod samenkomen. De
economie omvat alle sectoren en branches binnen die sectoren en alle bedrijven en
instellingen die daarbinnen opereren, ongeacht of daarbinnen 1 persoon werkt of
duizenden.
Voorbeelden van sectoren:
- Industrie (branche metaal en elektrotechniek)
- Publieke sector (branche waterschappen en provinciale overheid)

De vraag naar arbeidskrachten wordt door verschillende factoren bepaald:
- Winstgevendheid van een bedrijf
- Door de uitstroom van een bedrijf (pensionering, ziekte)

Vraag naar arbeid = de resultante van onze economie en van de plek die arbeid daarbinnen
heeft.

► Aanbod van arbeid
Sociale systemen
Het aanbod van arbeid: het resultaat van demografische processen, sociale ontwikkelingen
en van het onderwijssysteem.
Demografische processen = bevolkingsontwikkelingen (vergrijzing, babyboomers)
Sociale ontwikkelingen = Taakverdeling binnen huishoudens (niet alleen de man werkt)
Onderwijssysteem = Heeft betrekking op hoeveel jonge mensen onderwijs volgen en
daardoor niet of maar beperkt beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt (leerplicht,
conjunctuur, type opleiding of niveau)

Sociale zekerheidssystemen
(= geheel van regelingen rond sociale zekerheidsuitkering)

Werkloze beroepsbevolking à hebben geen betaald werk, recent naar betaald werk
hebben gezocht en daarvoor direct beschikbaar zijn.

Niet beroepsbevolking à groep die niet kan of niet meer wil werken en zich niet aanbiedt
op de arbeidsmarkt (door bijvoorbeeld mantelzorg, vrijwilligerswerk)

Groep die niet hoeft te werken à Omdat de partner bijvoorbeeld genoeg verdient.

Er zijn drie typen sociale regelingen:
1. sociale voorzieningen à Participatiewet
2. Volksverzekering à AOW
3. Werknemersverzekering à WW, ziektewet enz.

Politiek systeem
Het politieke systeem gaat over alle actoren die invloed uitoefenen zoals politieke partijen,



4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller cfuchten. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.05. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

48298 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$5.05  68x  sold
  • (14)
Add to cart
Added