Eerste Bachelor
KU LEUVEN nieuw curriculum sinds 2023-2024
,DEEL 1: FYSIOLOGIE
1. ALGEMENE INLEIDING
1.1 ALGEMENE WERKING VAN DE MAAGDARMTRACTUS
Vooraleer dieper in te gaan in de individuele fysiologische aspecten van de maagdarmtractus wordt eerst een
algemeen overzicht gegeven van de voornaamste principes.
Opbouw van de maagdarmtractus:
ð De maagdarmtractus is in essentie een lange buis die door verschillende sfincters, verdikkingen van de
darmwanden door aanwezigheid van spiervezels, gecompartimentaliseerd wordt.
ð Daarnaast bestaat de mens uit een zeer grote hoeveelheid bacteriën die belangrijk zijn in de werking
van de maagdarmtractus, deze dragen bij in de vertering van ons voedsel. Een goed evenwicht in de
bacteriële populatie is vereist voor een goede werking
o Bv. In de maag zijn er amper bacteriën aanwezig door de lage pH, wanneer de pH stijgt door
een bepaalde behandeling, kunnen er toch bacteriën in de maag komen waardoor er te
vroegtijdige vertering kan optreden wat gepaard gaat met bloating, ongemak en diarree
ð De motiliteit van het maagdarmstelsel wordt gecontroleerd door zowel het centrale zenuwstelsel en het
enterische zenuwstelsel
De functie van het maagdarmstelsel:
1. Opname van voedselbestanddelen om hieruit energie te kunnen halen
ð Om voedselbestanddelen te kunnen opnemen dient het voedsel bewerkt te worden volgens twee processen:
o Digestie: hierbij wordt het voedsel in zeer kleine deeltjes te worden afgebroken
§ Dit proces start reeds in de mond tijdens het kauwproces hierbij zullen ook amylase en
lipase enzymen uit het speeksel helpen bij de vertering van de nutriënten
• Amylase zorgt voor de initiële vertering van suikers
• Lipase zorft voor de initiële oplossing van vetten
§ In de maag zal een kneedbeweging zorgen voor verdere afbraak tot een brei van
kleinere stukjes die chyme wordt genoemd. Ook hier zijn er enzymen aanwezig die
helpen bij de vertering:
• Proteasen (bv. Pepsine) zorgt voor de denaturatie van proteïnen
• Amylase zet de vertering van suikers verder in de maag (doorgeslikt speeksel)
§ Het overgrote deel van de digestie gebeurt door de enzymen van de pancreas
§ Afhankelijk van het soort nutriënt zullen de partikels tot een andere chemische structuur
worden afgebroken
• Vetten dienen verkleind te worden tot vetzuren en monoglyceriden
• Suikers dienen verkleind te worden tot monosacchariden
• Proteïnen dienen afgebroken te worden tot peptiden en aminozuren
o Absorptie: eens het voedsel klein genoeg is kan het via de darmwand worden opgenomen
§ De darm is uitgerust met duizenden vili om de opnamecapaciteit van de darm te
vergroten
2. Behoudt van de vocht- en elektrolieten balans
ð De verschillende compartimenten van de maagdarmtractus zullen grote hoeveelheden secreten
produceren om de digestie mogelijk te maken, hiervan moet een zeer groot deel gereabsorbeert worden
om ervoor te zorgen dat het lichaam niet uitdroogt
ð Daarnaast moet vochtvolume dat wordt genuttigd door drinken opgenomen worden
ð Het grootste deel van de vochtopname gebeurd door het jejunum (4-5l) en illeum (3-4l), maar ook het
colon zal hiertoe bijdragen
3. Immunologische functie
, ð Het gastrointestinaal stelsel is continu in contact met lichaamsvreemde stoffen, hierdoor is het ook vatbaar
voor pathogene stoffen. De maagdarmtractus moet dus immunologisch kunnen optreden tegen pathologiën,
maar tegelijkertijd ook voorkomen dat er immunologisch wordt opgetreden tegen elk voedselpartikel dat
via de buitenwereld binnenkomt. (= oral tolerance)
1.2 REGULATIE VAN DE VOEDSELOPNAME
De voedselopname hangt af van het hongergevoel, en dit hongergevoel hangt op zichzelf opnieuw af van de
regulatie door de hypothalamus. De eetlust is namelijk een gevolg van de balans tussen anorexigene en orexigene
peptiden die door de hypothalamus worden vrijgezet.
Anorexigene factoren Orexigene factoren
Alfa-MSH Neuropeptide Y
CCK (belangrijk intestinaal hormoon) Agouti-relatedprotein (AGRP)
CRH (stress-gerelateerd) Ghreline (dit hormoon wordt ter hoogte van de maag
Insuline, leptine, incretines (GLP-1 en GIP) enz. aangemaakt en zorgt voor een verhoogde
verlagen de eetlust doordat deze vrijkomen na de maagmotiliteit, een toename van de zuursecretie en
maaltijd. Incretines zijn de reden waarom insuline meer timuleert de vetaanmaakt. Door de stimulatie van de
toeneemt bij orale inname van glucose dan intraveneus vetaanmaak wordt gewichtsverlies beperkt (ondanks
Peptide YY (wordt vrijgezet it de darm om de eetlust vasten) door Ghreline, dit is de reden waardoor het
te remmen, tekort aan Peptide YY kan gelinkt worden gelinkt kan worden aan obesitas en diabetes)
aan zwaarlijvigheid) ð Hierdoor kan de gastric bypass beter worden
Pancreatic Peptide wordt vrijgezet na een eiwitrijke toegepast voor gewichtsverlies dan een
maaltijd en hierdoor remt de eetlust, verhoogde PP sleeve gastectomie aangezien ghreline niet
wordt gelinkt aan diabetes meer wordt aangemaakt na een gastric
bypass
Opmerking! CCK’s zijn belangrijk voor de regulatie van de maagdarmmotiliteit. Deze voorkomen dumping van
de maaginhoud in de darm en zullen hierbij zorgen voor een vertraging van de maagmotiliteit en een toename
van de darmmotiliteit. Daarnaast wordt de productie van verteringssecreten gestimuleerd
1.3 CONTROLE MECHANISMEN VOOR GASTROINTESTINALE MOTILITEIT
Vooraleer in te gaan op de controlemechanismen van de gastrointestinale motiliteit dient eerst een definitie voor
motiliteit gegeven te worden. Motiliteit duidt op de beweeglijkheid van de maagdarmtractus om ervoor te zorgen
dat de bolus doorheen het traject wordt voortgestouwd
Neuronale controle
De neuronale controle van de maagdarmtractus bestaat uit 3 leden:
1) Het parasympatisch systeem:
ð Dit systeem staat in voor de normale werking van het verteringssysteem
ð Dit systeem bestaat uit twee grote onderdelen:
• Vagale zenuwbanen
§ Bestaan voor 90% uit afferente banen die info uit de MDT naar de hersenen brengen
§ Bestaan voor 10% uit efferente banen die motorische signalen doorgeven aan de
neuronen van het enterische zenuwstelsel, deze banen zijn cholinerg (acetylcholine als
NT, soms substance P)
§ Bezenuwen de volledige maagdarmtractus
• Sacrale zenuwbanen: voornamelijk motorische banen naar de dikke darm, het rectum en de anus.
Deze zenuwen zijn vaak inhibitorisch met NO, VIP, ATP en PACAP als neurotransmitter
2) Het orthosympatische systeem:
ð Dit systeem staat in voor de fight-flight reactie van het lichaam en hierbij vertraagt het de werking
van het maagdarmstelsel aangezien de energie in stress-situaties gespaard wordt
ð De cellichamen die contact maken met de darm liggen buiten de darm geconcentreerd in ganglia
• Prevertebrale ganglia
, § Coeliacum superior en inferior
§ Mesentericum superior en inferior
• Paravertebrale ganglia
ð Deze zenuwbanen zijn meestal adrenerge zenuwbanen (adrenaline als neurotransmitter)
ð (1) en (2) vormen samen het extrinsieke zenuwstelsel van de maagdarmtractus
3) Enterisch zenuwstelsel:
ð Dit zenuwstelsel bevindt zich binnen de darmwand en vormt het intrinsieke zenuwstelsel
ð Dit zenuwstelsel kan volledig autonoom functioneren waardoor de maagdarmtractus voor een groot
deel onafhankelijk van de centrale input kan functioneren, dit
werd aangetoond in de les door filmpjes met een geïsoleerde
maagdarmtractus waar nog steeds een peristaltische reflex
optreedt
ð Dit intrinsieke zenuwstelsel bevindt zich binnen 2 neuronale
plexi in de darmwand
• De myenterische plexus van auerbach bevindt zich tussen
de twee spierlagen van de darmwand (circulair en
longitudinaal), deze is belangrijk voor de controle van de
motiliteit
• De submucosale plexus die zich tussen de submucosa en
de circulaire spierlaag bevindt, deze is minder belangrijk
voor de motiliteit, maar zeer belangrijk voor de circulatie
en de secretie
ð De excitatie is grotendeels gelijk aan het extrinsiek systeem, dus excitatorische signalen gebeuren via
acetylcholine en het inhibitoir signaal via NO, VIP, ATP en PACAP
ð Toepassing: bij de ziekte van Hirschsprung is er geen enterisch zenuwstelsel aanwezig in het distale
deel van het colon waardoor de spiercellen niet kunnen worden aangestuurd en er dus geen motiliteit
kan optreden. Hierdoor kan de patiënt niet defeceren waardoor een megacolon ontstaat (darm die
niet meer kan ontspannen)
Myogene controle
Naast de neuronale controle zullen ook de spiercellen in de wand van de maagdarmtractus een controle functie
uitvoeren over de motiliteit. Deze spiercellen, voornamelijk gladde spiercellen worden hormonaal gestuurd, maar
ook de interstitiele cellen van Cajal spelen een belangrijke rol in de regulatie.
ð De wand van de maagdarmtractus is bekleed met gladde spiercellen, deze worden met elkaar
verbonden doormiddel van syncytiums waardoor de kleinere aparte cellen toch als een elektrisch
geheel kunnen fungeren
ð De actine en myosinefilamenten uit de gladde spiercellen kunnen door 3 verschillende manieren
geactiveerd worden tot contractie:
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elisehendriks1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $16.67. You're not tied to anything after your purchase.