Samenvatting algemene humane biologie
Celbiologie en weefselleer
H1: inleiding
H2: een chemische basis
- Moleculair organisatieniveau (laagste niveau)
- Belangrijk: Alle materie bestaat uit atomen in verschillende combinaties. De chemische
regels die de interacties bepalen tussen afzonderlijke atomen en tussen atomen in
verbindingen, liggen ten grondslag aan de fysiologie op celniveau.
- Water: zuurstofatoom vormt covalente bindingen met 2
waterstofatomen → zuurstof heeft meet aantrekking ➔
elektronen meestal dichter bij zuurstofatoom ➔ geringe
negatieve lading ➔ polaire molecule
- Dipoolmolecule = een molecuul waarin een polaire
atoombinding voorkomt waarin het centrum van de positieve
lading niet samenvalt met dat van de negatieve lading → 2
polen: een negatieve pool en een positieve pool
- Waterstofbruggen: zwakke aantrekkingskracht tussen:
o Geringe positieve lading op waterstof v/e polaire
covalente binding
o Zwakke negatieve lading op zuurstof- of stikstofatoom van andere polaire covalente
binding
o Mogelijk in verschillende moleculen!
➔ te zwak om moleculen te vormen, wel in staat om vormen van moleculen te
veranderen of moleculen bij elkaar te trekken
- Waterstofbruggen tussen watermoleculen:
o Vertraagt verdamping
o Oppervlaktespanning: barrière die voorkomt dat
kleine voorwerpen het water binnenkomen →
traanvocht beschermt oogoppervlak tegen
stofdeeltjes
- Water = belangrijkste stof in het lichaam (2/3de
lichaamsgewicht)
o Belangrijke reagens bij chemische reacties
o Zeer grote warmtecapaciteit
o Uitstekend oplosmiddel
- Oplosmiddelen:
o Polaire stoffen lossen op in polaire
oplosmiddelen
o Apolaire stoffen lossen op in apolaire
oplosmiddelen
o Polaire stoffen zijn hydrofiel
o Apolaire stoffen zijn hydrofoob
o Mengen is niet mogelijk
o Polariteit (van voedingsstof of farmacon) bepaalt eventuele opname door een cel en
plaats van opname
1
, - pH: waterstofatoom wordt makkelijk waterstofion → heel reactief → concentratie
belangrijk!!
o pH: omgekeerd aan concentratie waterstofionen
o Getal tussen 0 en 14
o 7 = water = neutraal: evenveel waterstof- als hydroxide- ionen
o Kleiner dan 7 = zuur: meer waterstofionen
o Groter dan 7 = basisch: meer hydroxide – ionen
o Meestal lichaamsvloeistoffen tussen 7.35 en 7.45 (licht basisch)
o Buffer = verbinding die pH waarde stabiliseert door waterstofionen op te nemen of
aan te vullen
- Zuren, basen en zouten:
o Zuur : valt in oplossing uiteen -> geeft waterstofion af
o Base : neemt waterstofionen uit een oplossing op. Dissocieert vaak met afgifte van
hydroxide-ion
→ “sterk(e)” base/zuur dissocieert volledig in oplossing, “zwakke” niet
o Zout : geïoniseerde verbinding bestaande uit een willekeurig kation(+)(geen
waterstofion) en willekeurig anion(-) (geen hydroxide-ion)
o Elektrolyt = anorganische verbinding waarvan de ionen in oplossing een elektrische
stroom kunnen geleiden (zenuwcellen)
- Koolhydraten:
o Organisch
o Bevat koolstof, waterstof en zuurstof (1:2:1)
o Belangrijkste rol = leveren van energie
o Monosachariden, disachariden en polysachariden
o Monosachariden:
▪ Enkelvoudige suikers
▪ 3 tot 7 C-atomen
▪ Makkelijk
oplosbaar
▪ Afhankelijk van het
aantal c-atomen: -
triose (3), tetrose
(4), pentose (5) en
hexose (6)
▪ Kleinste: triose =
glyceraldehyde
▪ Meestal pentose
of hexose
o Disachariden:
▪ Complexe moleculen opgebouwd uit
monosachariden
▪ Condensatie van 2 monosacchariden
▪ Zoet, fijne smaak
▪ Goed oplosbaar in water
▪ Kunnen door celmembraan
migreren
▪ Hydrolyse door specifieke zuren en enzymen (spijsvertering)
▪ bv sucrose
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ilsekeolsing. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $15.83. You're not tied to anything after your purchase.