Samenvatting Organisation Theory - Stephen P. Robbins and Neil Barnwell 5th Edition
Hoofdstuk 1 tm 8
Ik heb deze samenvatting gemaakt in het Nederlands en heb mijn tentamen met een 8,9 mogen halen! Hopelijk heb jij er ook zo'n succes mee :)
Ik heb de plaatjes uit het boek en van het internet erbi...
Organization Theory - 5th edition (Stephen P. Robbins and Neil Barnwell)
Summary Organization theory: concepts and cases chapters 3 and 4 - Organisational Structure
All for this textbook (5)
Written for
Universiteit Twente (UT)
Gezondheidswetenschappen
Organization Theory
All documents for this subject (3)
3
reviews
By: annieknijhuis • 2 months ago
By: eleenkando • 2 year ago
By: andrewerasmus • 4 year ago
Seller
Follow
Sxbya
Reviews received
Content preview
CHAPTER 1 An Overview
Definitie van een organisatie
Een groep mensen waarbij het duidelijk is wie er wel en wie er niet tot de groep behoren,
die geleid wordt door een management. Deze groep is gebaseerd op een voortdurend
verbond en probeert een doel of meerdere doelen te behalen.
- Sociale entiteit: interactie tussen mensen
- Hiërarchie: Bewust beheerd en gecoördineerd
- Grens tussen leden en niet-leden
- Blijvende band, bv door contracten
- Streven naar een doel
Definitie van een organisatiestructuur
De mate van complexiteit, formalisatie en centralisatie binnen een organisatie.
- Complexiteit
De omvang van differentiatie binnen een organisatie. Hierbij hoort specialisatie of
arbeidsverdeling.
- Formalisatie
De mate waarin een organisatie afhankelijk is van regels en procedures om het
gedrag van werknemers te sturen.
- Centralisatie
Waar de verantwoordelijkheid ligt van het maken van besluiten.
Definitie van een organisatieontwerp
De opbouw van een organisatiestructuur en de veranderingen die in die structuur
plaatsvinden.
Definitie van organisatietheorieën
De studie van de structuur van een organisatie en het ontwerp van een structuur
Definitie van organisatiegedrag
De studie van het gedrag van individuen of kleine groepen op de werkvloer. Zoals
productiviteit en baantevredenheid en de impact die dit heeft op prestaties.
Het verschil en overeenkomsten tussen organisatietheorie en -gedrag
- Organisatietheorie heeft een macrovisie. Het bekijkt de organisatie als geheel of
grote delen vaneen organisatie zoals divisies of afdelingen.
- Organisatiegedrag heeft een microvisie. Het bekijkt organisaties vanuit het oogpunt
van de individuele werknemer.
Tussen deze twee niveaus zit het mesoniveau
Deze micro-macro onderscheid kan overlappen
Bijvoorbeeld: De cultuur zou op twee manieren worden onderzocht
De organisatietheorie zou onderzoeken hoe de cultuur bijdraagt aan het doel van de
organisatie.
Organisatiegedrag onderzoekt welke invloed de cultuur heeft op interpersoonlijke relaties
tussen groepen of werknemers.
,Het biologische metafoor
Een organisatie wordt gezien als een levend organisme. Hierop wordt kritiek gegeven,
namelijk dat een levend wezen opgegeven moment dood zal gaan maar bij een organisatie
hoeft dit niet altijd het geval te zijn.
Definitie van een systeem
Een groep van onderling verbonden en onderling afhankelijke onderdelen die samen een
uniform geheel vormen.
Een systeem is afhankelijk van twee interne krachten
Differentiatie: ieder deel van een systeem heeft een eigen gespecialiseerde functie
Integratie: Als differentiatie te ver wordt doorgevoerd zal het systeem uit elkaar vallen.
Integratie gaat dit tegen. De acties van de delen van het systeem worden op elkaar
afgestemd.
Gesloten systeem
Een onafhankelijk systeem die de effecten van zijn omgeving negeert. Er is geen interactie
met de omgeving. Het doel is efficiëntie en controle.
- Bijvoorbeeld lopende band werk
Open systeem
Een systeem die een wisselwerking heeft met zijn omgeving.
- Bijvoorbeeld een kledingwinkel
Een systeem is nooit helemaal open omdat het dan niet duidelijk zou zijn wie er wel en
niet bij de organisatie hoort. Een systeem kan ook nooit helemaal gesloten zijn. Het
systeem zou dan ten onder gaan door gebrek aan hulpbronnen
Kenmerken van een open systeem
1) Omgevingsbewustzijn: Een organisatie heeft continue interactie met haar omgeving
2) Feedback: Informatie met betrekking tot individuele of systeemeffectiviteit. Een deel
van de uitvoer kan worden geretourneerd als invoer van het systeem.
3) Cyclisch karakter: Het systeem bestaat uit een herhalende cyclus van evenementen
4) Neiging tot groei: Zonder actieve interventie loopt het systeem vast. Interventie is
een doelbewuste ingreep om een zaak te verbeteren.
5) Stabiele toestand: De nieuwe input is nodig om afwikkeleigenschappen tegen te gaan
6) Beweging naar groei en expansie: Hoe geavanceerder het systeem, hoe groter de
groei en uitbreiding.
7) Balans tussen stabiliteit en aanpassing:
Onderhoudsactiviteiten: activiteiten die stabiliteit aan een systeem voorzien en
het behoud van de status quo.
Adaptieve activiteiten: veranderende activiteiten die die een systeem toestaat
om te veranderen over de tijd.
Deze twee activiteiten moeten in balans zijn zodat het systeem effectief is
8) Equifinaliteit: Een systeem kan het eindresultaat op verschillende manieren bereiken.
, Het systeemperspectief
Ziet organisaties als systemen die een wisselwerking hebben met hun omgeving. Het lastige
hieraan is dat alles van elkaar afhangt en het daarom moeilijk is om een specifiek probleem
aan te wijzen.
Het levenscyclusperspectief
Het patroon van voorspelbare verandering vanaf de opstarting tot ontbinding van een
organisatie. Deze levenscyclus kent vijf fases.
1) Ondernemingsfase: Hierin worden de doelen enigszins vastgesteld en worden er
stabiele middelen verworven zoals kapitaal en arbeid.
2) Collectiviteitsfase: Zet de eerdere fase voort. De doelen zijn nu duidelijk en de
overlevingskansen zijn toegenomen.
3) Formalisatie en controle fase: Hierin nemen stabiliteit, voorspelbaarheid en
regelgeving toe. Een verandering in organisation membership zou geen dreiging meer
zijn voor de organisatie.
4) Uitwerking van de structuur fase: De organisatie gaat steeds meer op een
bureaucratie lijken waarbij besluitvorming wordt gedecentraliseerd.
5) Neergangsfase: De vraag naar de output van de organisatie daalt. Besluitvorming
wordt weer gecentraliseerd en uiteindelijk zal de organisatie ophouden te bestaan.
Voordelen van het levenscyclus perspectief
- Organisaties worden gezien als dynamische entiteiten
- Het is makkelijker om vast te stellen welke acties moeten worden ondernomen in
een organisatie. Iets kan namelijk in de eerste fase wel effectief zijn maar in de
laatste niet.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Sxbya. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.77. You're not tied to anything after your purchase.