Grondwettelijk recht voor bestuurskundigen (F710411)
Summary
Samenvatting Grondwettelijk recht - Grondwettelijk recht voor bestuurskundigen (F710411)
68 views 0 purchase
Module
Grondwettelijk recht voor bestuurskundigen (F710411)
Institution
Universiteit Gent (UGent)
Book
Grondwettelijk recht
Grondwettelijk recht: PowerPoints + aanvulling handboek. Elk hoofdstuk kreeg een andere kleur om op die manier dezelfde kleuren te kunnen gebruiken in de codex (wat mij hielp om rap de link te leggen tussen een artikel en het bijhorende hoofdstuk). Per hoofdstuk digitaal gefluoresceerd om vlot te h...
HOOFDSTUK 1: INLEIDEND COLLEGE
1 Inleiding
1.1 Staatsrecht in beeld
- Premier = hoofd van onze regering die de Koning vertegenwoordigt als hoofd van onze
uitvoerende macht
- Deelstatenregeringen: niet enkel Nationale regering, maar ook van verschillende deelstaten
- Deelstaten kunnen niet veel doen zonder steun van het Parlement
- Instellingen dienen gecontroleerd te worden: het Parlement wordt gecontroleerd door ons
Grondwettelijk Hof
- Belgische Revolutie (september 1830): onafhankelijkheid van België = de start van het
schrijven van onze Grondwet + het beginnen vormgeven van onze Belgische staat
1.2 Actualiteit
“Verboden om de Koning te beledigen?” – wet van 1847 stelde van wel
<-> In strijd met onze Grondwet: recht op vrije meningsuiting
Artikel 1 van de wet van 6 april 1847:
“Al wie, hetzij in openbare plaatsen of bijeenkomsten, door uitlatingen, kreten of bedreigingen, hetzij
door welke geschriften, drukwerken, prenten of zinnebeelden ook, die aangeslagen, rondgedeeld of
verkocht, te koop of voor de ogen van het publiek ten toon gesteld worden, zich schuldig maakt aan
belediging van de persoon van de Koning, wordt gestraft met gevangenisstraf van 6 maanden tot 3
jaar en met geldboete van 300 tot 3.000 frank”
1.3 Staatsrecht
Ook grondwettelijk recht of (in het Engels) constitutional law genoemd
- (Specifiek) deel van het publiek recht
- Dus geen deel van het privaat recht
= Het geheel aan rechtsregels die de staat organiseren, die vormgeven aan de staatsstructuur en die
de overheid moet respecteren bij de uitoefening van het staatsgezag, met name
- Basisprincipes voor organisatie van de staat en werking van de instellingen
- Verhouding tussen de instellingen onderling, vb. verhouding Parlement – regering
- Verhouding tussen de instellingen en de burger
- De grondrechten = de mensenrechten die zijn opgenomen in de Grondwet
Relevantie van het grondwettelijk recht voor bestuurskundigen
- Juridische en institutionele spelregels waarbinnen politieke realiteit en praktijk zich afspeelt
o Vb. de afbakening van het onderzoek door de Vlaamse parlementaire
onderzoekscommissie inzake P-FOS
o Vb. de juridische grenzen van het optreden van een regering in lopende zaken
- Rechtsbescherming tegen de bestuurlijke overheid of de wetgever en de
grondrechtenbescherming
o Vb. de overheid introduceert een algemeen verbod op het onverdoofd slachten van
dieren, maar wordt vervolgens geconfronteerd met diverse juridische procedures
tegen het verbod
,2 De geschreven bronnen van het staatsrecht
2.1 Welke rechtsregels?
- De Grondwet (in formele zin)
o De Belgische Grondwet van 7 februari 1831 (gecoördineerd in 1994)
o Afgekort: GW of Gw.
o Formeel: via een heel specifieke procedure tot stand gekomen, dus wijzigingen
verlopen volgens een moeilijke herzieningsprocedure
- De materiële grondwet: aanvulling op de formele Grondwet
o De ‘levende’ grondwet via evolutieve interpretaties, (grondwettelijke) rechtspraak,
(bijzondere) wetten, grondwettelijke gewoontes en beginselen, internationale
(mensenrechten)verdragen, …
o Deconstitutionalisering: steeds meer staatsrecht zit niet meer in de Grondwet
Grondwet moet beknopt blijven
Zeer moeilijk om wijzigingen aan te brengen
2.1.1 Evolutieve interpretaties
Vb. art. 159 GW: “De hoven en rechtbanken passen de algemene, provinciale en plaatselijke besluiten
en vorderingen alleen toe in zoverre zij met de wetten overeenstemmen”
2.1.2 Grondwettelijke rechtspraak
- Grondwettelijk Hof, Raad van State, Hof van Cassatie
- Vb. art. 108 GW: “De Koning maakt de verordeningen en neemt de besluiten die voor de
uitvoering van de wetten nodig zijn, zonder ooit de wetten zelf te mogen schorsen of
vrijstelling van hun uitvoering te mogen verlenen”
2.2 De normenhiërarchie
- Internationale verdragen en Europese normen
- De Grondwet
- Bijzondere wetten of bijzondere decreten
- Wetten, decreten en ordonnanties
- Uitvoeringsbesluiten: Koninklijke besluiten, besluiten van een gewest- of
gemeenschapsregering
- Ministeriële besluiten: verordeningen of individuele beslissingen
- Provinciale verordeningen/reglementen en individuele beslissingen
- Gemeentelijke verordeningenreglementen en individuele beslissingen
3 De Belgische Grondwet
3.1 De Belgische Grondwet en de staatsstructuur
Historische schets
- Het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden
o België was lid van 1815-1830
o Om expansiedrang van het Franse Rijk tegen te gaan
o Probleem grondwet: te veel macht voor de protestantse Nederlandse Koning
- Septemberdagen 1830
o De Stomme van Portici: theatervoorstelling over een revolutie in Italië
o Monsterverbond
o 4 oktober 1830: onafhankelijkheidsverklaring
- Nationaal Congres: opstellen grondwet
- Afkondiging Belgische Grondwet: 7 februari 1831
- 21 juli 1831: eedaflegging Koning Leopold I
,België anno 1831
- Unitaire staat
- Taal van de overheid: Frans
- Realiteit: meertaligheid
3.2 De Belgische Grondwet van 7 februari 1831
Liberale (voor zijn tijd) grondwet
- Uitgebreide grondrechtencataloog
- Moderne invulling van de monarchie: Koning had nauwelijks persoonlijke macht
- Afgebakende bevoegdheden voor de uitvoerende macht: wantrouwen t.a.v. de Koning
- Centrale rol voor de wetgevende macht, nl. het Parlement
3 grote clusters van regels
- Basisbeginselen van de staatsorganisatie: art. 61 GW
- Institutionele regels en de (federale) staatsstructuur: art. 129 GW
- Grondrechtencataloog (titel II: de Belgen en hun rechten): art. 32 GW
3.2.1 Wijziging/herziening van de Grondwet
Bijzonder moeilijke wijzigingsprocedure: art. 195 GW
- Strenge herzieningsprocedure
- Gevolg: stabiliteit en continuïteit, maar ook starheid
o Om starheid (lees: oubollige bewoording) tegen te gaan: evolutieve interpretaties en
deconstitutionalisering
o Vb. art. 22 GW (evolutieve interpretatie: ook digitale gegevens beschermd)
- Verloopt in 3 fases
- De wetgevende macht treedt hier op als grondwetgevende macht
- Grondwetsherziening ≠ grondwetscoördinatie
o Coördinatie = make-over van de Grondwet: lay-out aanpassen
o Laatste coördinatie in 1994: art. 198 GW
OPDRACHT
“Welke grondwetsartikelen moeten voor herziening vatbaar worden verklaard voor de realisatie van
volgende (al dan niet fictieve) beleidsdoelstellingen?” Gebruik hiervoor de codex
- Uitbreiding stemrecht voor de Kamer van Volksvertegenwoordigers naar alle Belgen 16 jaar
Art. 61 GW
- Uitbreiding bevoegdheden van de gemeenschappen n.a.v. een 7 de staatshervorming
Art. 127-130 GW
- Naamswijziging van de provincie Antwerpen naar de provincie Midden-Brabant
Art. 5 GW (en ev. 156 GW)
3.2.2 Overzicht van de Belgische Grondwet
- Titel I: het federale België, zijn samenstelling en zijn grondgebied
- Titel I – bis: algemene beleidsdoelstellingen van het federale België, de gemeenschappen en
de gewesten
- Titel II: de Belgen en hun rechten
- Titel III: de machten
- Titel IV: de buitenlandse betrekkingen
- Titel V: de financiën
- Titel VI: de gewapende macht
- Titel VII: algemene bepalingen
, - Titel VIII: de herziening van de Grondwet
- Titel IX: inwerkingtreding en overgangsbepalingen
3.3 Het belang van de Grondwet
- Bescherming tegen overheidswillekeur bij uitoefening staatsmachten en tegen
machtsmisbruik door de instellingen, vb. via scheiding der machten, principe van de
rechtsstaat, garanderen van de grondrechten
- Federalisering verankeren via opeenvolgende staatshervormingen
- Oprichting van een volwaardig Grondwettelijk Hof dat ongrondwettige wetgeving kan
vernietigen: uitbouw rechtsbescherming tegen de wetgever
- Continuïteit van dit beschermingskader
4 Basisbeginselen van de Belgische staatsstructuur
4.1 Monarchie
- Art. 85 GW
- Staatshoofd = (erfelijke) vorst: Koning
- Beperkte persoonlijke macht
- Onverantwoordelijk en onbekwaam om alleen te handelen
o Kan enkel de bevoegdheden uitoefenen die hij volgens de Grondwet heeft
o Samen met de regering: regering moet medeondertekenen
- Uitoefening bevoegdheden samen met de regering
- Koning in de Grondwet = (meestal) federale regering
<-> Republiek: staatshoofd = verkozen president
4.2 Representatieve, vertegenwoordigende of indirecte democratie
Omwille van praktische redenen
- Verkozen volksvertegenwoordigers in het Parlement
- Nationale soevereiniteit: stemmen in naam van de ‘natie’
o Art. 33 GW
o Art. 42 GW
o Vandaar ook opkomstplicht om te gaan stemmen
o <-> Volkssoevereiniteit
4.2.1 Gevolgen
- Democratische plicht uitoefenen via verkiezingen: art. 61 GW
- Geen referenda of volksraadplegingen, maar …
o Aangevuld met elementen van directe democratie
o 2 bepalingen: art. 39bis GW en art. 41, laatste lid GW
o Op federaal niveau uitgesloten
o Referendum = bindend: de overheid moet de uitkomst respecteren
o Volksraadpleging = indicatief (de facto toch bindend, want anders stelt men de
burgers teleur; politieke zelfmoord)
4.2.2 Evolutie stemrecht
Het stemrecht is gedurende de jaren erg geëvolueerd en gedemocratiseerd
- 1831: cijnskiesrecht = enkel personen die voldoende belasting betaalden, mochten stemmen
- 1893: algemeen meervoudig stemrecht
o Niet zo algemeen: enkel mannen mochten stemmen
o Mannen met een bepaald diploma/inkomen hadden meerdere stemmen
- 1893: stemplicht, maar beter opkomstplicht werd ingevoerd
- 1919: algemeen enkelvoudig stemrecht
- 1948: stemrecht voor vrouwen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Ikdoemijnbest. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.43. You're not tied to anything after your purchase.