Uitgebreide, maar compacte samenvatting. De samenvatting heeft betrekking op hoofdstuk 4 tot en met 23, met uitzondering van hoofdstuk 10 en 17. Dit zijn precies de hoofdstukken die je moet leren voor het tentamen. Ook bevat de samenvatting een tijdlijn.
H1 tot en met h23, met uitzondering van h10 en h17
October 28, 2019
65
2019/2020
Summary
Subjects
cleveland
history
middle east
geschiedenis
moderne midden oosten
midden oosten
midden oosten studies
Connected book
Book Title:
Author(s):
Edition:
ISBN:
Edition:
More summaries for
Samenvatting Cleveland
Book Summary History of the Middle East (Bunton & Cleveland)
History of the Middle East - Weeks 6 to 12
All for this textbook (7)
Written for
Rijksuniversiteit Groningen (RuG)
Midden-Oosten Studies
Geschiedenis van het moderne Midden-Oosten
All documents for this subject (7)
1
review
By: deborasouisa • 6 months ago
Seller
Follow
hinkekuiken12
Reviews received
Content preview
Inhoudsopgave
De patronen van hervormingen van 1789 tot 1849 2
Het Ottomaanse Rijk en Egypte tijdens de Tanzimat 7
Egypte en Iran in de late negentiende eeuw 12
De reactie van de Islamitische samenleving 15
De Jonge Turken en de Iraanse constitutionalisten 18
De WOI en het einde van het Ottomaanse Rijk 20
Het streven van Egypte, Irak en Transjordanië naar onafhankelijkheid 23
Syrië, Libanon en Saoedi-Arabië na de WOI 26
Het Palestijnse mandaat en Israël 29
Democratie en autoritarisme in Turkije en Iran 33
Egypte in het tijdperk van Nasser 37
De invloed van Nasser op het Midden-Oosten 41
De Iraanse Revolutie en de heropleving van de Islam 44
Egypte en Libanon in de jaren ‘70 en ‘80 47
Het Arabisch Schiereiland en het olietijdperk 51
Het versterken van de autoriteit in Syrië en Irak 55
De Palestijnse intifada en de Golfoorlog van 1991 58
Israëlisch-Palestijnse relaties sinds de Golfoorlog 61
Tijdlijn 63
1
,De patronen van hervormingen van 1789 tot 1849
Karakterisering van het Ottomaanse Rijk
Er was sprake van drie buskruit-rijken: Het Ottomaanse Rijk, het Salaviden Rijk en het Mogol Rijk. Alle
drie rijken komen voort uit Turkse stammen en zijn zeer invloedrijk geweest. Ze wouden een sterke
militaire macht verwerven, om zo een stabiel rijk te creëren. Het Ottomaanse Rijk werd een Gaza-staat
genoemd. Gaza betekent een heilige oorlog tegen niet-moslims ter uitbreiding van het Islamitische
territorium. De Ottomanen handelen dan ook vanuit de naam van God. Echter wilden de Ottomanen
vooral veel territorium veroveren en gebruikten ze religie vooral als een excuus. Het Ottomaanse Rijk was
zeer divers op verschillende gebieden. Er waren verschillende bevolkingsgroepen, er werden
verschillende talen gesproken en er was sprake van verschillende religies.
Structuur in het Ottomaanse Rijk
Om met de verschillende religies om te gaan, had het Ottomaanse Rijk een systeem ontwikkeld: het
Millet-Systeem. Dit gold voor de Grieks-Orthodoxe kerk, het Jodendom en de Armeense kerk. Het hield in
dat elke religieuze groep zijn eigen leider heeft en dat de mensen van het boek beschermd worden. De
leider van het Ottomaanse Rijk werd de sultan genoemd. De sultan is een absolute monarch. Onder hem
staat de askeri (elite). De elite kan je onderverdelen in drie groepen:
- Derebeys: Landheren.
- Ulama: Religieuze elite.
- Militairen, vooral de Janitsaren zijn belangrijk. De Janitsaren werken volgens het devshirme
systeem. Dit houdt in da
- t jongens tot slaaf gemaakt worden en vervolgens bij het leger gevoegd worden. Dit zijn vaak
zeer loyale militairen, omdat ze geen familie meer hebben en ook niet mogen trouwen.
Interne dreigingen
De 18e eeuw was voor het Ottomaanse Rijk een periode van politieke en economische verbrokkeling. Dit
werd veroorzaakt door interne en externe spanningen. Intern was er sprake van:
- Corruptie: een aantal groeperingen proberen de macht naar zich toe te trekken.
- Decentralisatie: steeds meer macht valt in de handen van de landheren, die niet altijd meer
luisteren naar de Sultan.
- Machtsverlies: Door decentralisatie en corruptie verliest de Sultan een deel van zijn macht.
- Opkomst nationalistische sentimenten: het nationalisme speelde vooral in Europa op en
verspreidde zich ook naar het Ottomaanse Rijk.
Ook hielden de Janitsaren zich niet meer aan de strenge regels van de staat. Het antwoord van de Sultan
op deze ontwikkeling was centralisatie. Hij probeerde de macht weer zoveel mogelijk naar zichzelf terug
te trekken.
Externe dreigingen
Tegelijkertijd werd het bestaan van het Ottomaanse Rijk van buitenaf bedreigd. In Europa kwamen er
een aantal grootmachten op (Frankrijk, Groot-Brittannië en Nederland). Daarnaast was er sprake van de
opkomst van een wereldeconomie, waardoor deze nieuwe machten zich zeer snel konden ontwikkelen.
De Europese landen dreven ook handel in het Ottomaanse Rijk. Ze haalden goederen uit het rijk,
bewerkten deze en verkochten ze weer aan de Ottomanen. De Ottomanen zien dat Europa zich sneller
ontwikkelt en proberen dit bij te benen, maar dit lukt niet. We noemen dit een defensieve ontwikkeling.
Het Midden-Oosten werd hierdoor afhankelijk van Europa, waardoor Europese landen ook steeds meer
2
,invloed kregen. Europese landen deelden barats uit aan niet-Moslims in het Ottomaanse Rijk. De
eigenaren hiervan hadden recht op dezelfde bescherming als Europese burgers.
Europeanisering onder Sultan Selim III
Selim III was vanaf 1789 tot 1806 sultan van het Ottomaanse Rijk. Hij wilde het Ottomaanse Rijk niet
transformeren, maar behouden en versterken. Hij was dan ook zeer conservatief. Echter zou het
Ottomaanse Rijk opnieuw een oorlog van Rusland en Oostenrijk verliezen, waardoor Selim III besefte dat
militaire hervormingen noodzakelijk waren. Het nieuwe leger werd volledige geëuropeaniseerd. Selim III
probeerde de Janitsaren weer aan zijn kant te krijgen door hun salaris te verhogen en hun barakken te
verbouwen. Hij wekte echter alleen hun wantrouwen. Daarom bouwde Selim III in 1797 een nieuw leger
op, de nizam-i jedid (de nieuwe orde). Dit leger bestond uit Turkse boeren uit Anatolia. De
Europeanisering van het leger bood mogelijkheden om de kennis van het westen te verspreiden naar de
ontwikkelde kringen binnen het Ottomaanse Rijk. Voor deze periode, moesten Europese leiders altijd
naar het Ottomaanse Rijk komen als ze iets van de sultan wilden. De sultan had geen enkele
representatie in Europa. In deze periode werden er echter Ottomaanse ambassades geopend in Parijs,
Berlijn en Wenen. Ook waren er voor het eerst Ottomaanse ambtenaren die de Franse taal leerden.
De val van Selim III
Verschillende groepen voelden zich bedreigd door het nieuwe beleid van Selim III. De Janitsaren waren
bang dat ze hun onafhankelijkheid kwijt zouden raken door de formatie van de nizam-i jedid. De
derebeys waren het niet eens met de manier waarop de Sultan het nieuwe leger financierde. Daarnaast
was de ulama het niet eens met de Europese hervormingen. Deze drie groepen kwamen samen in 1806.
Ze zetten Selim III af en stelden een nieuwe sultan aan, Mustafa IV. Hij moest beloven dat de groepen
hun privileges zouden behouden. De drie groepen beschuldigden Selim III ervan dat hij niet handelde
volgens de Islam en de Ottomaanse traditie. Uiteindelijk werd Selim III vermoord.
Egypte een autonome staat
Doordat de leiders van het Ottomaanse Rijk vooral bezig waren met oorlogen in Europa, verloren ze
enkele van hun eigen provincies. De belangrijkste hiervan is Egypte. Egypte was vrijwel helemaal
onafhankelijk van het Ottomaanse Rijk in deze periode en werd geleid door de Mamluk. Het regime van
de Mamluk was echter zeer onpopulair onder de Egyptenaren.
Invloed van Frankrijk in Egypte
Na de Franse Revolutie in 1789 waren de Fransen en de Britten verwikkeld in een reeks van oorlog
binnen Europa. Dit leidde er toe dat de twee grootmachten hun invloed ook wilden verspreiden buiten
Europa. In 1789 viel Frankrijk onder leiding van Napoleon Egypte binnen. De Mamluk troepen werden
verslagen bij de Slag om de Piramides. Frankrijk wilde door de invasie van Egypte de route van Engeland
naar India bemoeilijken. Ook wilde Frankrijk zelf economisch gewin behalen door Egypte te koloniseren
en een hier graan vandaan te halen. In 1789 werd de Franse vloot bij de Slag om Aboukir Bay (bij
Alexandrië) vernietigd door de Britten. Hierop trok Napoleon zich terug. Veel Franse technici en
wetenschappers bleven echter achter om invloed uit te oefenen op de Egyptische infrastructuur,
communicatie en belastingsystemen. In 1801 wisten de Britten en de Ottomanen de Fransen volledig uit
Egypte te verjagen.
De opkomst van Muhammad Ali
Een persoon die zeer belangrijk is geweest voor Egypte is Muhammad Ali. Hij was een Albanese soldaat
die in 1801 naar Egypte werd gestuurd om de Fransen uit het land te verjagen. Na de evacuatie van de
Fransen was er sprake van een machts bubbel die opgevuld moest worden. In 1805 werd Muhammad
3
, Ali door het Ottomaanse bewind aangesteld als Ottomaanse gouverneur van Egypte. In de periode die
volgde, zou hij een enorm aantal hervormingen doorvoeren in het land. Zij belangrijkste doelen waren het
bewerkstelligen van onafhankelijkheid van het Ottomaanse Rijk en het tot stand brengen van een erfelijk
vorstenhuis voor zijn familie in Egypte. Hij was van mening dat onafhankelijkheid enkel tot stand kon
worden gebracht door een sterk leger. Daarom was het belangrijkste doel van zijn hervormingen het
versterken van het leger. Hij bouwde een leger op dat was geïnspireerd door het Europese model. Echter
werd Muhammad Ali constant geconfronteerd met de Mamluks, die het niet eens waren met zijn beleid.
Omdat het hem niet lukte de Mamluks aan zijn kant te krijgen, vermoorde hij in 1811 vierenzeventig
leidende Mamluks. In de periode die volgde, verloren de Mamluks al hun macht.
Hervormingen in onderwijs
Allereerst opende Muhammad Ali een school voor officieren in Aswan. Er waren Europese instructeurs
en Turkse en Mamluk studenten. Ook waren er verschillende trainingsmissies naar Europa, voornamelijk
naar Frankrijk. Naast hervormingen in het leger zelf, opende Muhammad Ali ook een aantal scholen om
kennis te verspreiden over de ondersteuning van het leger. Zo werden er scholen voor medicijnen,
bouwkunde en scheikunde geopend. Om deze scholen te kunnen ontwikkelen, moesten er ook
tekstboeken en instructies worden gemaakt. Daarom opende Muhammad Ali in 1935 een school voor
talen. Daarnaast werd de drukpers uitgevonden, waardoor de westerse ideeën verspreid konden worden
over de Egyptische geleerde elite.
Opbouw van het leger
Om het nieuwe leger te vullen, had Muhammad Ali een groot aantal soldaten nodig. In 1820 viel hij
Soedan binnen, zodat hij de inwoners van het land bij zijn leger kon voegen. Soedan werd wel veroverd,
maar een leger van Soedanese slaven bleek niet voldoende te zijn. Daarom voerde Muhammad Ali
dienstplicht in in Egypte. Hierdoor voegde hij vooral veel boeren bij zijn leger. Om het leger te kunnen
financieren, veranderde Muhammad Ali het belastingssysteem in Egypte. Hierdoor kwam er meer
belasting in handen van de staat, en minder in handen van de ulama. Daarnaast experimenteerde hij met
nieuwe gewassen. De belangrijkste hiervan was een speciale soort katoen, namelijk Jumel. Dit was zeer
populair in Europa en werd dan ook al snel Egyptes meest winstgevende gewas. Om de inkomsten nog
sneller te laten stijgen, bouwde Muhammad Ali een enorm irrigatie-systeem op.
Industrialisatie van Egypte
Muhammad Ali wilde niet afhankelijk zijn van Europa en stelde zichzelf daarom ten doel om een
zelfvoorzienende economie op te bouwen. Hij begon een programma van industrialisatie waarbij de
focus lag op oorlogsmaterialen en textiel. De machines en managers van de fabrieken kwamen uit
Europa, maar de werknemers kwamen allemaal uit Egypte. Muhammad Ali kon hier optimale winst
uithalen, doordat hij gebruik maakte van een monopolie-systeem. Producenten mochten enkel aan hem
verkopen tegen een vastgestelde prijs en hij verkocht de producten aan Europa tegen de veel hogere
marktprijs. Om Egypte goed te structureren, reorganiseerde Muhammad Ali ook de administratie.
Militaire steun aan het Ottomaanse Rijk
Nadat Muhammad Ali een sterk leger had opgebouwd, begon hij het leger te gebruiken. Zijn eerste
oorlog vocht hij tegen de Wahhabi beweging in het huidige Saoedi-Arabië. De Wahhabi had Mekka en
Medina veroverd. De Ottomaanse sultan Mahmud II gaf Muhammad Ali daarom de taak om deze
gebieden terug te veroveren. In 1811 vielen de Egyptische troepen onder leiding van Muhammad Ali’s
zoon Ibrahim Arabië binnen. Ze veroverden Mekka en Medina en kregen zelf een deel van de Hijaz in
handen. In 1820 werden delen van Soedan veroverd. In 1821 brak er een opstand uit in Griekenland.
Sultan Mahmud II vroeg opnieuw om militaire steun van het Egyptische leger. In ruil voor hun steun, zou
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller hinkekuiken12. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.02. You're not tied to anything after your purchase.