HOOFDSTUK 2: BASISBEGRIPPEN VAN ZAKENRECHT/GOEDERENRECHT
art. 3.35 BW vermogen = "de juridische algemeenheid die het geheel van de bestaande en
toekomstige goederen en verbintenissen omvat".
- alle in geld waardeerbare rechten en plichten die een persoon heeft, het vermogensrecht.
- elke natuurlijke en elke rechtspersoon à 1 vermogen gaat.
- als waarborg van de persoonlijke schuldeisers (art. 3.36 BW).
1.2. Plaats in het recht
Binnen het burgerlijk recht maken we een onderscheid tussen:
- personen- en familierecht
- vermogensrecht.
Kenmerken van de vermogensrechten:
• in geld waardeerbaar
• kunnen het voorwerp uitmaken van een overeenkomst en zijn dus overdraagbaar(na
tegenprestatie of om niet).
1. Hoe verwerven?
• rechtstreeks (verbintenissen uit overeenkomst) een goed kan aangekocht
worden
• onrechtstreeks (erfenis, schenking, testament, huwelijksvermogensrecht) door
te trouwen komen goederen in bepaalde vermogens terecht
3 categorieën vermogensrechten:
• intellectuele rechten (auteursrechten en industriële eigendomsrechten).
• vorderingsrechten (verbintenissen en schuldvorderingen, dus algemeen
contractenrecht)
• zakenrecht of goederenrecht, dat op zijn beurt bestaat uit
• indeling van de goederen
• zakelijke rechten
• zakelijke zekerheden
1
,"zaak" à lichamelijke vermogensbestanddelen (vb. de grond, een huis, een boek).
"Goed" = overkoepelende term (art. 3.41 BW). Het wijst op alle mogelijke
vermogensbestanddelen die het voorwerp kunnen zijn van een zakelijk recht.
Zo is de grond een goed, maar ook het recht van vruchtgebruik op die grond.
In art. 3.7 BW wordt gesteld dat zakelijke rechten betrekking kunnen hebben op alle
goederen. Men zal naar een specifiek zakelijk recht moeten kijken om eventueel een
beperking te vinden (bijv. een opstalrecht is enkel mogelijk op een onroerend goed).
2. HET NIEUWE GOEDERENRECHT
Dit wordt uiteengezet in het Boek 3 Goederen van het nieuwe Burgerlijk Wetboek. Dit boek
bestaat uit 8 titels:
Het Goederenrecht = Zakenrecht = onderdeel vh burgerlijk recht.
3. BASISPRINCIPES VAN HET ZAKENRECHT/GOEDERENRECHT
Gesloten stelsel: numerus claususbeginsel: Art. 3.3 BW = enkel de zakelijke rechten die in het
BW zijn opgesomd, zijn zakelijke rechten.
à gesloten systeem, er kunnen GEEN nieuwe zakelijke rechten "uitgevonden" worden.
à Dit beginsel is door het Hof van Cassatie gevestigd in het Blieckarrest van 16 september
1966 en is nu omgezet in een wetsartikel.
Zakelijke rechten volgens art. 3.4 NBW?
1. eigendomsrecht
aparte en eerste vermelding bevestigt de belangrijke plaats die het eigendomsrecht inneemt
in ons Belgisch recht. Volgens titel 5 vallen hier ook gemene afsluitingen en
erfdienstbaarheden onder
2
, 2. mede-eigendom
à toevallige mede-eigendom & vrijwillige mede-eigendom & gedwongen mede-eigendom
3. zakelijke gebruiksrechten
rechten geven de titularis een gebruiks- en genotsrecht op een welbepaald goed
• vruchtgebruik
• opstalrecht
• erfpacht
• erfdienstbaarheden
4. zakelijke zekerheden
• het pand
• voorrechten
• hypotheek
• retentierecht
Zakelijke rechten regelen de verhouding tussen een persoon en een zaak, bepalen in hoeverre
iemand zeggenschap heeft over een zaak.
Persoonlijke rechten = geven het recht op een prestatie v iemand anders (iets doen, iets
geven of iets laten). Vb. huurrecht.
Het onderscheid tussen zakelijke en persoonlijke rechten is te merken aan de verschillende
gevolgen van elk recht:
- zakelijke rechten à numerus clausus-beginsel: men kan alleen de wettelijk erkende
zakelijke rechten als overeenkomst sluiten;
persoonlijke rechten à contractvrijheid
- rechtsvorderingen omtrent persoonlijke rechten à voor de rechter van de
woonplaats vd verweerder;
rechtsvorderingen omtrent zakelijke rechten à voor de rechter van de plaats waar
het goed gelegen is
- zakelijke rechten op ORG bestaat een systeem van publiciteit: door over- of
inschrijving in de hypotheekregisters van Kantoor Rechtszekerheid zijn ze voor
iedereen bekend, persoonlijke rechten bestaat dit NIET;
- zakelijk recht vervalt/verjaart door 30 jaar niet gebruik; NIET persoonlijke rechten
- een zakelijk recht geeft een volgrecht: het zakelijk recht blijft met het goed
verbonden, in wiens handen deze ook overgaat.
bijvoorbeeld de hypotheek: ongeacht hoeveel keer een huis wordt verkocht of aan wie
ze wordt verkocht, zolang de hypotheek niet doorgehaald is, blijft ze op het huis rusten
3
, Dit is een toepassing van het anterioriteitsbeginsel van art. 3.4 BW: een ouder zakelijk recht
heeft voorrang op het jongere zakelijke recht (het eigendomsrecht van de derde- verkrijger).
indien de overeenkomst van opstalrecht niet is gepubliceerd in de hypotheekregisters, dan
moet de koper van de grond geen opstalrecht respecteren
3.1 BW goederenrecht is voornamelijk aanvullend recht.
- contractspartijen zich moeten houden ,d wettelijk erkende zakelijke wel vrij invullen.
- definities van zakelijke rechten zijn in het BW altijd dwingend recht.
zo moet men zich bij erfpacht houden aan de wettelijke minimum- en maximumtermijn, maar
kan men voor de rest rechten en plichten vrij invullen
4. REGIME VAN ONROERENDE PUBLICITEIT VAN ZAKELIJKE RECHTEN EN
ZEKERHEDEN
- zakelijke rechten op ORG à moeten gepubliceerd worden, bekendgemaakt worden om
ervoor te zorgen dat iedereen ze respecteert = "tegenstelbaarheid aan derden".
publiciteitsbeginsel. In het BW spreekt men van het "regime van de onroerende publiciteit".
bevoegde Kantoor Rechtszekerheid
- WIEI juridisch gezien eigenaar is ve ORG
- voorrecht of hypotheek op een ORG rust.
Binnen de FOD Financiën zijn er verschillende algemene administraties à Algemene
Administratie van de Patrimoniumdocumentatie (AAPD).
- 4 administraties, waaronder de Administratie Rechtszekerheid., hierin zijn er 10 Centra
Rechtszekerheid (5 voor Vlaanderen, 5 voor Wallonië en Brussel)
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller archi1234. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $12.03. You're not tied to anything after your purchase.