1. Uit het huwelijk van D en E zijn geboren A, F, G en H. H is vooroverleden en heeft
twee kinderen I en J. J heeft, behalve een eigen kind K, ook een niet-erkend kind L.
Uit een eerder huwelijk van E is N geboren. Voorts is er M; M is A’s grootvader van
vaderszijde.
In 2022 overlijdt erflater A ab intestato. Ten tijde van zijn overlijden woonde A
ongehuwd en niet geregistreerd als partner samen met zijn vriendin B en hun
pleegzoon C.
a. Wie van de genoemde personen worden niet als erfgenaam tot de nalatenschap
van A geroepen en motiveer waarom. (6 punten)
NIET:
B: zij valt niet onder art. 4:10 BW. Zij is geen bloedverwante, vgl. art. 4:10 lid 3 1pt
C: hij staat niet in familierechtelijke betrekking tot A, hij is geen bloedverwant, art. 4:10 lid
1pt
K: hij wordt niet door plaatsvervulling in de plaats van H geroepen,
omdat hij door zijn ouder J als hoofd van hun staak worden uitgesloten 1 pt
L: hij is niet erkend, dus geen familierechtelijke betrekking, art. 4:10 lid 3.
(n.b., een beroep op 1:207 zal ook niet helpen omdat hij dan niet door plaatsvervulling
wordt geroepen, zie antwoord bij K . 1 pt
M: hij behoort tot de 3e parenteel, art. 4:10 lid 1 sub c. 1 pt
Art. 4:10 1 pt
, b. Wie van de genoemde personen worden wel als erfgenaam tot de nalatenschap van A
geroepen en voor welke breukdelen. Motiveer waarom. (7 punten)
WEL:
Eerst art. 4:11 lid 1 toepassen:
D, E, F, G, (staak H) en N: ieder 1/6
Dan art. 4:11 lid 2 toepassen:
D, E, F, G, (staak H): elk 2x
N: 1 x
In totaal 11 x, dus: D, E, F, G, (staak H): elk 2/11 alsmede N: 1/11
Dan art. 4:11 lid 3 toepassen:
2/11 is minder dan ¼, derhalve dit artikellid toepassen.
Eindconclusie:
D en E ieder ¼, resteert de helft
F, G en (staak H): 2 x 1/7 x ½ = 1/7
- Dus I en J (in de plaats van H) ieder 1/7 x ½ = 1/14
N: 1 x 1/7 x ½ =1/14 5 pt
Toepassing art. 4:11 lid 1 jo art. 4:11 lid 2 jo art. 4:11 lid 3 2 pt
2. Thijs, gehuwd met Roos, heeft twee kinderen: Iliass en Dzifa. Iliass heeft een zoon
Niek. In 1999 maakte Thijs een testament waarin hij zijn zoon Iliass expliciet onterft
en voor het overige het erfrecht bij versterf van toepassing verklaart.
Thijs sterft in 2022. Roos, Iliass, Dzifa en Niek zijn op dat moment in leven.
Is de volgende stelling juist? (5 punten)
‘Niek erft bij plaatsvervulling op grond van art. 4:12 lid 1 BW.’
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller notarieelstudentvu. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.12. You're not tied to anything after your purchase.