Samenvatting Beleids- en
besluitvorming
Week I: Introductie
Beleid is nodig om maatschappelijke idealen gestalte te geven. Hier zijn drie
allocatiemechanismen voor: markt, gemeenschap of de staat.
Beleid: voornemens, keuzes en acties van een of meer bestuurlijke instanties, gericht op de
sturing van bepaalde maatschappelijke ontwikkelingen.
“Whatever governments choose to do or not do” – Thomas Dye.
Beleid geeft aan welke keuzes waarom zijn gemaakt. Het berust op een zekere causale relatie
tussen de oorzaak van het probleem en de oplossing. Het bevat voorgeschreven handelingen
en geboden. Het richt zich op de overheid, bedrijven en burgers. Beleid is tijdsgebonden
(wegens evaluatiemogelijkheden en de tijdsgebondenheid van kennis). Het betreft sturing
vanuit de overheid.
Beleid kan worden onderverdeeld in verschillende typen (volgens Lowi):
- Verdelend, zoals de aardgasbaten);
- Herverdelend, zoals uitkeringen);
- Regulerend, dient om gedrag te ordenen, zoals rondom het milieu;
- Stimulerend zoals subsidies;
- Institutioneel beleid zoals het creëren of reorganiseren van publieke instituties;
- Faciliterend beleid zoals afvalscheiding.
Actoren bij het maken van beleid:
i. De overheid;
o Gekozen politici: de regering en de Staten-Generaal;
o Bureaucratie: instituties en ambtenaren die veel specialistische kennis bezitten,
toegang hebben tot veel informatie, achter gesloten deuren werken en zorgen
voor de continuïteit.
ii. Burgers als opdrachtgevers;
iii. Politieke partijen;
1
, iv. Belangengroepen, die issue-specifiek kunnen zijn;
v. Onderzoeksinstellingen.
Met betrekking tot beleid is er een verschil tussen ‘maken’, ‘betrokken zijn’ en ‘invloed
uitoefenen’.
Beleidsgemeenschap: ‘policy subsystem’.
Overheid en belangengroepen zijn in een beleidsgemeenschap op elkaar afgestemd. Dit
betekent dat zij hierin gedeelde belangen, percepties en taal hebben.
Beleid moet worden gestudeerd worden omdat het anders lijkt alsof politici de enige actor zijn
die beleid maken, waardoor het kan lijken alsof zij altijd hun beloftes nakomen. Complexiteit,
machtsrelaties, bepaalde keuzes, acties en voornemers en de limiet aan overheidsbemoeienis
moet gezien laten worden.
Om dit doel te bereiken, kijken onderzoekers naar:
- Ideeën, actoren en instituties;
- Inhoud en politieke processen;
- Niveau van analyse, individu (micro), collectief (meso) of structuur (macro).
“In more general terms, why a state adopted the policy it did.”
Verzamel informatie, identificeer alle opties, bekijk de consequenties van elke opties en
relateer deze consequenties aan waarden. Stel hierna bij het maken van beleid wat, wanneer
en hoe het moet gebeuren.
Beleidscyclus maakt de complexiteit van beleid beter te bestuderen en is intuïtief; echter is het
géén weergave van de rommelige werkelijkheid. Deze is rommelig vanwege meerdere,
potentieel conflicterende waarden en belangen, beperkte organisatiecapaciteiten, nooit
voldoende middelen, niet-neutrale kennis en informatie, moeilijke controle en politieke en
maatschappelijke verschuivingen.
Beleidsuitdagingen van nu:
- Structurele versplintering: veel organisaties met eigen belangen, waardoor de
coherentie weg dreigt te vallen;
- Politiek-culturele versplintering;
- Netwerksamenleving: de afhankelijkheid en gebondenheid van actoren aan elkaar;
2
, - De uitholling van de staat, zowel horizontaal als verticaal.
Week II: Agendavorming I
Probleemdefinitie: het verschil tussen de feitelijke en de wenselijke situatie. Kenmerken van
een probleemdefinitie is dat negatieve consequenties worden benadrukt en oorzaken
uiteengezet worden.
Er bestaan verschillende gradaties van een probleem: i. onderwerp van zorg; ii. privé of
sociaal probleem of iii. publiek probleem. Een publiek probleem is te herkennen aan het
gegeven of beleidsmakers dit probleem willen oplossen.
Beleidsagenda: De lijst van (publieke) problemen waar beleidsmakers oplossing voor
proberen te bedenken en uit te voeren.
Op de beleidsagenda wordt de probleemdefinitie vastgelegd. Tijdens de agendavorming wordt
er een selectie gemaakt van problemen en oplossingen waar een besluit over moet worden
genomen wegens schaarste van middelen.
De centrale vragen tijdens dit proces van agendavorming is hoe problemen op de
beleidsagenda belanden, hoe beleidsverandering of stabiliteit worden verklaard, hoe de timing
van beleidsverandering kan worden verklaard en waarom er verschillen zijn tussen landen. Er
zijn drie benaderingen die hierop antwoorden trachten te geven: objectief, subjectief en de
multivariabele benadering.
De objectieve benadering gaat ervan uit dat agendavorming een objectief automatisch
proces is. Maatschappelijke ontwikkelingen en overheidsstructuren zijn bepalend bij
agendavorming.
De objectieve benadering bezit drie modellen (in de tijdgeest van de industrialisatie):
i. Convergence thesis: sociaal-economische ontwikkelingen leiden tot bepaalde
problemen. De stelling hiervan is dat landen die dezelfde sociaal-economische
ontwikkelingen doormaken zullen vergelijkbaar beleid vertonen. Sociaal-politieke
actoren hebben géén invloed op de agendavorming;
ii. Resource-dependency model: sociaal-economische ontwikkelingen bepalen wat
het volk (arbeiders die politieke invloed uitoefenen) nodig hebben, wat het beleid
van de overheid schept;
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller MetObij. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.88. You're not tied to anything after your purchase.