Totstandkoming Europese Unie
1951: EGKS -> vrede en veiligheid bereiken door kolen en staal, waar
oorlogsmiddelen mee werden gemaakt onder gemeenschappelijk beheer
te zetten, waardoor oorlog voeren praktisch onmogelijk werd gemaakt.
1957: EEG-Verdrag -> verbreding van het werkterrein van de
gemeenschap om economische samenwerking te stimuleren.
1974: oprichting Europese Raad en het Europees Parlement als direct
gekozen volksvertegenwoordiging.
1992: oprichting Europese Unie
Juridische procedure voor toetreding van nieuwe lidstaten
1. Kandidatuur: het land dient een lidmaatschapsaanvraag in bij de
Raad van EU, die vervolgens aan de Europese Commissie vraagt om
te beoordelen of het land aan de toetredingseisen kan voldoen.
2. Onderhandelingen: tijdens de onderhandelingen bereidt het land
zich voor om EU-wetten en normen, ook wel het acquis genoemd,
over te nemen.
3. Toetreding
Criteria van Kopenhagen
Landen moeten voldoen aan specifieke politieke en economische criteria
om toe te treden tot de EU.
Handhaven van stabiele democratische instellingen
Het respecteren van de rechtsstaat
Het waarborgen van mensenrechten
Het beschermen van minderheden
Een functionerende markteconomie hebben
In staat zijn EU-wetgeving en verplichtingen uit te voeren
Voorrangsbeginsel
een conflictregel die bepaalt wat er moet gebeuren op het moment dat
meerdere regels van toepassing zijn op hetzelfde geval en deze strijdig
zijn met elkaar. In het Arrest Costa/Enel heeft het hof bepaald dat het EU-
recht voorrang geniet boven elk nationaal recht dat daarmee strijdig is.
De wetgevingsinstellingen:
1. Europees parlement -> supranationaal
- De volksvertegenwoordiging in wetgeving en bestuur van de EU.
- Wetgevende macht.
- Controlerende macht
- Wetgevingsprocedure art. 294 Wv
2. Europese commissie -> supranationaal
- Het dagelijks bestuur.
- Recht van initiatief
- Uitvoerende macht
- Wetgevende macht
- Art. 17 lid 3-6 EU
, 3. Europese Raad -> intergouverneel
- Het politiek bestuur, alle leiders van alle lidstaten.
- Politieke, initiërende rol & verdragswijziging
- Benoeming voorzitter commissie
- Uitvoerende macht
- Art. 15 VEU
4. Europese raad van ministers -> intergouverneel
- Wetgevende taak, soms uitvoerend
- Art. 16 VUE
Supranationale = het algemene Europese belang staat voorop.
Intergouvernementeel = de belangen van de lidstaten staan voorop.
Week 2 Europees recht
Verticale bevoegdheidsverdeling = tussen de EU en lidstaten
Horizontaal bevoegdheidsverdeling = tussen EU- instellingen
Institutioneel evenwicht = autonomie en afhankelijkheid
Iedere instelling handelt binnen de grenzen van de bevoegdheden die
door de Verdragen op grond van de bevoegdheidsverdelingen zijn
verleend.
Beginsel 1: Bevoegdheidstoedeling
Art. 5 VEU
EU-bevoegdheden gebaseerd op toekenning door lidstaten
Soevereiniteit: uitdrukkelijke wil tot soevereiniteitsoverdracht door
de lidstaten.
EU: systeem van afgeleide bevoegdheden, maar:
- Sommige volledige overdrachten van bevoegdheden (handel,
monetair beleid)
- Verbod op uitoefening bevoegdheden als de EU al heeft
opgetreden.
Rechtsbasis!
Verschillende categorieën van EU-bevoegdheden:
1. Exclusieve bevoegdheden (art. 3 VWEU): alleen de EU kan
wetgevende handelingen vaststellen op gebieden zoals de douane-
unie, mededelingsregels en handelspolitiek.
2. Gedeelde bevoegdheden (art. 4 VWEU): zowel de EU als de
lidstaten kunnen wetgevend optreden, maar de EU heeft voorrang.
Lidstaten kunnen alleen handelen als de EU ervoor kiest haar
bevoegdheid niet uit te oefenen (art.2 lid 2 VWEU)
3. Aanvullende bevoegdheden (art.6 VWEU): lidstaten behouden
hun bevoegdheid, maar de EU kan ondersteunen, coördineren of
aanvullen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller bjorkvanveluw. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.74. You're not tied to anything after your purchase.