Accountancy / Bedrijfseconomie / Fiscaal Recht en Economie
Bedrijfsanalyse
All documents for this subject (2)
Seller
Follow
elinegroothuis
Content preview
Samenvatting Bedrijfsanalyse 1.1
Hoofdstuk 1 Plaatsbepaling en basisbegrippen
Externe omgeving
Macro-omgeving Directe omgeving
Demografie: vergrijzing, Ontwikkeling huidige en
ontwikkeling en samenstelling toekomstige marktvraag
bevolking (ook bedrijfsbevolking) Concurrentieverhoudingen
Economie: stijging van de Euro, Afnemersgedrag
conjunctuur, wisselkoersen, rente, Leveranciers:
inflatie - Arbeid
Sociaal-cultureel: intrekken - Grondstoffen en halffabricaten
loonsverhoging AA, - Machines en gebouwen
normen en waarden, - Vermogen
maatschappelijke trends Substituut goederen
Technologie: platvorm Potentiële toetreders tot de markt
Crowdfunding/Bitcoin,
technologische ontwikkelingen
afkomstig van buiten de eigen markt
Ecologisch: veehouderij mestbeleid,
beschikbaarheid natuurlijke
hulpbronnen, milieuaspecten
(bijvoorbeeld door CO2
klimaatverandering)
Politiek-juridisch:
kabinetswijziging/Basel III,
wet- en regelgeving
Kernprobleem in de economie: schaarste
Schaarste = als er een productieproces aan te pas moet komen
Welvaart Welzijn
Behoeften Materieel Materieel en immaterieel
Maatstaaf BBP/BNP (objectief) - BNP/hoofd en verdeling
ervan
- Levensverwachting
- Toegang tot onderwijs
(subjectief)
Welvaart: mate waarin een individu beschikt over goederen om in zijn materiële behoefte te
voorzien.
,Productiefactoren:
1. Arbeid. Dit bestaat uit de tijd en de inspanning die mensen besteden aan de
productie van goederen en diensten.
2. Kapitaal. Dit bestaat uit alle geproduceerde middelen die je voor de productie van
andere goederen en diensten kunt gebruiken.
3. Natuur. Dit omvat alle natuurlijke hulpbronnen, zoals lucht, water, grond en
delfstoffen.
4. Ondernemerschap. Dit bestaat uit de organisatie van het productieproces in
ondernemingen. Ondernemers nemen beslissingen welke goederen en diensten te
produceren, ze dragen het risico op winst of verlies en bedenken nieuwe producten
en nieuwe manieren om te produceren.
Het doel van elke economische orde is het zo goed mogelijk voorzien in de behoeften van
consumenten. Vijf kernvragen moeten hiertoe worden beantwoord:
1. Wie moeten er produceren?
Productie kan plaatsvinden door de overheid op door particuliere ondernemers.
2. Wat moet er geproduceerd worden?
Hierbij gaat het om de effectiviteit van de productie. De beschikbare hoeveelheid
productiefactoren is veel te klein om alle goederen en diensten te produceren om in
de onbegrensde hoeveelheid behoeften van consumenten te kunnen voorzien. Er
moet beslist worden welke goederen en diensten het best aan de wensen van de
consumenten tegemoetkomen.
3. Hoe moet er geproduceerd worden?
Hierbij gaat het om de efficiëntie van de productie. Elk goed kan met verschillende
productietechnieken worden gemaakt. Een schoenenfabrikant kan een paar
schoenen helemaal met de hand laten maken, maar hij kan het ook machinaal laten
doen. Productietechnieken verschillen dus van elkaar doordat productiefactoren in
verschillende verhoudingen met elkaar worden gecombineerd. De producent moet
vaststellen welke productietechniek de laagste kosten oplevert.
4. Waar vindt de productie plaats?
Deze vraag betreft de geografische spreiding van de productie.
5. Voor wie moet er geproduceerd worden?
Moet er alleen voor mensen met voldoende inkomen geproduceerd worden of wordt
er gekeken naar de behoefte van mensen? Hierbij gaat het om
verdelingsvraagstukken en daarmee om de rechtvaardigheid van de productie.
Economische orde:
Manier waarop de afstemming van productie en consumptie in een land is georganiseerd.
Budgetmechanisme (planeconomie)
Overheid bepaalt wat en hoe wordt geproduceerd en tegen welke prijs de goederen/
diensten worden verkocht.
Marktmechanisme (markteconomie)
Beslissingen van consumenten en producenten zijn bepalen.
Gemengde economie
Monetaire economie en internationale economische betrekkingen zijn onderdelen van de
macro-economie die vaak afzonderlijk worden besproken.
Monetaire economie gaat over de rol van geld in de economie en besteedt daarbij aandacht
aan bijvoorbeeld de hoogte van de rente en de werking van financiële markten.
Daarmee is inzicht in monetaire economie belangrijk om goede financiële beslissingen te
kunnen nemen.
Het onderdeel internationale economische betrekkingen bestudeert de internationale
handel in goederen en diensten en het financiële verkeer tussen landen. Hier komen onder
andere wisselkoersen en de redenen voor internationale handel aan de orde. Exporterende
ondernemingen kunnen met behulp hiervan gemakkelijker de aantrekkelijkheid van
buitenlandse markten beoordelen. Bovendien helpt inzicht in internationale economische
betrekkingen alle bedrijven die te maken hebben me buitenlandse concurrentie bij de
beoordeling van de ontwikkeling van hun concurrentiepositie. Daardoor wordt het nemen
van maatregelen om die positie te beschermen, vergemakkelijkt.
Exogene grootheid: onafhankelijk van de andere grootheden in het model.
Endogene grootheid: afhankelijk van de andere grootheden in het model.
Ceteris paribus: alle omstandigheden blijven gelijk.
Alternatief aanwendbaar = de middelen in de vorm van geld, tijd en productiemiddelen. Zij
zijn voor verschillende doelen bruikbaar.
Elke keuze brengt kosten met zich mee in de vorm van de opbrengsten van het beste niet
gekozen alternatief. Die gemiste opbrengsten heten alternatieve kosten of opportunity
costs. In de algemene economie worden de alternatieve kosten van de gebruikte middelen
als de kosten van productie of consumptie beschouwd.
Welvaart = de mate waarin consumenten met behulp van schaarse, alternatief
aanwendbare middelen in hun behoeften kunnen worden voorzien.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elinegroothuis. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.80. You're not tied to anything after your purchase.