Methoden van het wetenschappelijk onderzoek Deel 1 (P0M24A)
Summary
samenvatting methoden van het wetenschappelijk onderzoek deel 1 (slides + notities + HB delen die niet in les behandeld worden!)
128 views 3 purchases
Course
Methoden van het wetenschappelijk onderzoek Deel 1 (P0M24A)
Institution
Katholieke Universiteit Leuven (KU Leuven)
samenvatting methoden van het wetenschappelijk onderzoek deel 1, gedoceerd door Eva Van den Bussche aan 1e-jaarsstudenten psychologie aan de KULeuven. De samenvatting is een samenvoeging van de slides tijdens de lessen en eigen lesnotities. De onderdelen die niet in de les aanbod kwamen maar wel in...
Methoden van het wetenschappelijk onderzoek Deel 1 (P0M24A)
All documents for this subject (21)
Seller
Follow
merevanlangendonck
Content preview
Methoden van het wetenschappelijk onderzoek, deel 1
Door Eva Van den Bussche
2023-2024
Mere Van Langendonck
1
,LES 2
Inleiding
Handboek Hoofdstuk 1 (pp. 1-28)
Niet-wetenschappelijke methoden om kennis te vergaren
▪ Vasthoudendheid (tenacity)
Gebaseerd op gewoonte (altijd al zo geweest), bijgeloof
MAAR info kan foutief zijn en moeilijk te corrigeren
▪ Intuïtie
Gebaseerd op buikgevoel, voorgevoel of instinct
(vaak gebruikt als we geen enkele info beschikken of bij ethische
vraagstukken/morele dilemma’s)
MAAR geen enkele manier om accurate en foutieve info te onderscheiden
▪ Autoriteit
Gebaseerd op vertrouwen in een autoriteit, expert
Omvat ook methode van geloof = blind vertrouwen
MAAR niet altijd accurate info → bias, subjectief, expertise gegeneraliseerd naar
andere domeinen
▪ Rationalisme
Vertrekken vanuit gekende feiten of assumpties (= premissen) en gebruiken logica om
tot conclusie/antwoord te komen
(geen informatie verzamelen, enkel observeren en redeneren)
MAAR premissen en het logisch redeneren moeten juist zijn
▪ Empirie
Gebaseerd op directe observatie of directe sensorische ervaring
(wel informatie verzamelen, waarnemen)
MAAR eigen waarneming en interpretatie niet altijd correct
(kan bv. visuele illusie zijn / minsinterpretatie / invloed van voorkennis of
verwachtingen / kost tijd (→ verschillende oplossingen uitproberen = trial-and-error
<-> rationele methode)
De wetenschappelijke methode
STAP 1: observatie
Observaties vaak gegeneraliseerd → inductie (van enkele observaties naar algemene conclusie)
STAP 2: hypothese
Observaties kunnen beïnvloed worden door verschillende variabelen
Hypothese = één van de mogelijke verklaringen voor de observatie selecteren en evalueren
STAP 3: predicties
Obv deductie: van een algemene stelling bereiken we conclusies over specifieke voorbeelden
(rationele methode)
Elke predictie verwijst naar een specifieke situatie/gebeurtenis die kan gemeten en geobserveerd
worden (→ je past hypothese toe op een specifieke, observeerbare situatie)
STAP 4: predictie evalueren
Obv systematische geplande observatie = empirische methode
2
,STAP 5: hypothese ondersteunen/weerleggen/herspecifiëren
Terug naar stap 2: hypothesevorming
(→ observaties vergelijken met predicties en daaruit conclusie trekken)
3 belangrijke principes van de wetenschappelijke methode
Wetenschap is
1. Empirisch (observaties zijn gestructureerd en systematisch)
2. Openbaar
3. Objectief
De empirische cyclus
= manier om de wetenschappelijke methode uit te voeren
STAP 1: onderzoeksidee of interessante vraag ontwikkelen
Kennis verwerven omtrent de variabelen, wetenschappelijke literatuur
STAP 2: hypothese vormen
Geeft een voorlopig antwoord op de onderzoeksvraag
STAP 3: bepalen hoe je variabelen zal definiëren en meten
Variabele gedefinieerd → hypothese vertalen in predictie(s)
STAP 4: participanten identificeren
STAP 5: onderzoeksstrategie selecteren
= algemene aanpak om je hypothese te evalueren
STAP 6: onderzoeksdesign selecteren
= specifieke methodes en procedures
STAP 7: dataverzameling
= studie uitvoeren
STAP 8: data evalueren
Obv statistische methodes
STAP 9: de resultaten rapporteren
STAP 10: onderzoeksidee verfijnen of herformuleren
STAP 2 empirische cyclus: Hypothesen formuleren
Resultaten van empirische studie zullen hypothese ondersteunen of weerleggen
Een goede hypothese is
1. Logisch
2. Toetsbaar
3. Weerlegbaar
= het moet mogelijk zijn om onderzoeksresultaten te bekomen die omgekeerd zijn aan de
hypothese = falsifieerbaar
4. Positief
= hypothese bevat een stelling over het bestaan/aanwezigheid van iets (→ geen hypothese
over de afwezigheid van iets (bv geen relatie, geen verschil, geen effect = niet toetsbaar)
3
, LES 3
Variabelen definiëren en meten
Handboek Hoofdstuk 3 (pp. 51-80)
STAP 3 empirische cyclus: Variabelen definiëren en meten
Algemene hypothese vertalen naar specifieke onderzoekspredicties
- Predicties kunnen ondersteund of weerlegd worden door directe observatie
- Predictie past de hypothese toe op een concrete situatie
- Één hypothese kan leiden tot verschillende predicties (en dus verschillende
onderzoeksdesigns)
Variabele = kenmerken of condities die veranderen voor verschillende individuen of situaties
- Meten of er een impact van variabelen(n) op andere variabele(n) is
- Nagaan of groepen individuen verschillen mbt bepaalde variabele(n)
▪ X = onafhankelijke variabele/predictor
Gaat iets anders voorspellen/verklaren = verwachte oorzaak
Wordt gemanipuleerd
▪ Y = afhankelijke variabele/outcome
Wordt voorspeld/verklaard door onafhankelijke variabele = verwacht effect
Wordt niet gemanipuleerd, wordt gemeten
Constructen = abstracte variabelen = niet onmiddellijk observeerbaar
Vb. motivatie, persoonlijkheid, leerstijl
→ zijn hypothetische entiteiten die we creëren obv theorie en speculatie
DUS constructen indirect meten adhv
- Externe stimuli: factoren die het construct beïnvloeden
- Extern gedrag: gedrag dat door construct beïnvloed wordt
Externe stimuli → construct → extern gedrag
Beloning (meetbaar) → motivatie → prestatie (meetbaar)
Operationele definitie = procedure om indirect variabelen te meten en definiëren die niet direct
meetbaar zijn
Specifieert een manier om extern, observeerbaar gedrag te meten en gebruikt vervolgens dit gedrag
als definitie en meting van het hypothetisch construct
Vb. intelligentie = hypothetisch construct, niet direct meetbaar
MAAR intelligentie zal extern gedrag beïnvloeden, wel meetbaar (prestatie op taken)
→ IQ test meet extern gedrag → IQ test als operationele definitie van intelligentie
→ er bestaat een procedure om de test af te nemen en te scoren, we gebruiken de geobserveerde
score als definitie en meting van “intelligentie” (eigenlijk meet IQ test dus “intelligent gedrag” maar we
gebruiken de score om intelligentie te meten en definiëren)
PROBLEEM: operationele definities kunnen belangrijke componenten van een construct missen OF
bijkomende componenten meten die geen deel zijn van construct
➔ hoe je constructen gaat operationaliseren is een belangrijke keuze!
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller merevanlangendonck. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $13.97. You're not tied to anything after your purchase.