100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Recht voor de creatieve industrie samenvatting $5.38   Add to cart

Summary

Recht voor de creatieve industrie samenvatting

13 reviews
 614 views  82 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

UITGEBREIDE en GEDETAILLEERDE samenvatting (inclusief afbeeldingen, illustraties en voorbeelden ter verduidelijking) van het vak Recht in de creatieve industrie. Gebaseerd op de colleges, leerdoelen en het boek Recht In De Creatieve Industrie van Ilse van de Laar-Wijdeven.

Preview 3 out of 18  pages

  • No
  • H1, h2, h3, h4, h6, h7, h8
  • November 3, 2019
  • 18
  • 2019/2020
  • Summary

13  reviews

review-writer-avatar

By: nickyrasters • 2 year ago

review-writer-avatar

By: mlisse • 3 year ago

review-writer-avatar

By: jazzlinarentsen • 4 year ago

review-writer-avatar

By: ccwschut • 4 year ago

review-writer-avatar

By: jannavandijk • 4 year ago

review-writer-avatar

By: bonitadeleeuw • 3 year ago

review-writer-avatar

By: floorhaanappel • 4 year ago

Show more reviews  
avatar-seller
Samenvatting Recht in de Creatieve Industrie



Hoofdstuk 1 – Inleiding in het Recht
Recht: dient om conflicten te voorkomen en bestaande conflicten op te lossen

Functies van het recht:

 Normatieve functie: waarbij normen aangeven wat wenselijk en onwenselijk gedag is
 Instrumentele functie: instrument van de wetgever om bepaald gedrag bij mensen te
realiseren, zoals verkeersregels -> de wetgever heeft dit bepaald.
 Aanvullende functie: als mensen vergeten goede afspraken te maken met elkaar, dan kunnen
ze terugvallen op de regels van het recht.
 Geschiloplossende functie: wanneer twee of meer partijen hun conflict niet zelf kunnen
oplossen, kunnen ze zich beroepen op de regels van het recht.

Je kent de verschillende rechtsbronnen en rangorde
Vier rechtsbronnen:

 De wet
Geschreven rechtsregel, de codificatie van regels.
Formele wetgever: de regering en de Staten-Generaal (maken de wetten in formele zin)
Wetten in materiële zin: alle bepalingen die volgens hun inhoud als een wet gezien kunnen
worden, bevatten algemeen verbindende voorschriften (avv’s): regels die voor iedereen
gelden.
 Jurisprudentie
Verzameling van uitspraken van de rechter. Het recht moet, door nieuwe ontwikkelingen,
telkens opnieuw worden geïnterpreteerd en uitgelegd.
 Het verdrag
Een afspraak gesloten door staten (onderling) en/of volkenrechtelijke organisaties (VN). Als
ze een samenwerking aangaan, dan wordt dit vastgelegd in een verdrag.
o Rechten en plichten over en weer vastleggen
o Rechten opnemen die gaan over hun burgers
o Internationale organisaties en internationale tribunalen (gerechtshoven) in het leven
roepen.
Transformatiesysteem: regels in een verdrag zijn pas geldig nadat het land deze heeft
omgezet en in zijn eigen wetten heeft opgenomen
Incorporatiesysteem: regels in het verdrag zijn direct van toepassing (Nederland)
 Gewoonterecht
Niet in de wet vastgelegd, maar wel mee te nemen door rechters in hun beslissingen.
Ongeschreven recht, niet gecodificeerd, gedragslijn.

Open normen: de wetten zijn zo ruim opgeschreven dat zij in de tijdsgeest geïnterpreteerd kunnen
worden.

Nederlands recht:

 Privaatrecht
Regelt de verhoudingen tussen burgers onderling. Twee gebieden:
o Verbintenissenrecht
Gaat over het aangaan van verbintenissen, overeenkomsten



1

, Samenvatting Recht in de Creatieve Industrie



o Intellectueel-eigendomsrecht
De bescherming van voortbrengselen van de menselijke geest: lied, schilderij, boek
(auteursrecht, merkenrecht)
 Publieksrecht
Regelt de verhoudingen tussen de burger en de overheid. Drie gebieden:
o Staatsrecht (over de organisatie van de Nederlandse staat)
o Strafrecht (over welke feiten strafbaar zijn en wat de straf is)
o Bestuursrecht (over aan welke regels de overheid zich aan moet houden)




Primair gemeenschapsrecht: verdragen
Secundair gemeenschapsrecht: verordening, richtlijnen

Klassieke grondrechten: beschermen de burgers tegen bemoeienis van de overheid. De overheid
moet deze grondrechten respecteren. Vrijheid van Meningsuiting, Verbod op Discriminatie, Recht op
Privacy.
Sociale grondrechten: overheid moet voorzieningen treffen. Recht op werk, wonen, onderwijs en
volksgezond. (je kunt de overheid hier niet voor aanklagen)

Trias politica: Scheiding der machten -> wetgevende macht, besturende macht, rechtssprekende
macht

Je kent de volgorde van rechtsgang
De rechtsgang:

1. In eerste aanleg: Rechtbank
2. In hoger beroep: Gerechtshof
3. In cassatie: Hoge Raad

Voorzieningenrechter: behandelt spoedeisende zaken in kort geding

Je weet hoe jurisprudentie tot stand komt en hoe de rechter interpreteert
De rechter interpreteert:

 Grammaticale interpretatie (naar betekenis van woorden kijken -> wat betekent ‘besturen’)
 Historische interpretatie (geschiedenis van de wet)
 Anticiperende interpretatie (toekomstige wet toepassen -> zorgt voor rechtsonzekerheid)
 Teleologische interpretatie (wat is de bedoeling van de wet?)




2

, Samenvatting Recht in de Creatieve Industrie



Redeneervormen:

 Analogie (de wet uitbreiden naar een situatie die niet in de wet omschreven staat ->
uitzonderlijke gevallen)
 A-contrario (iets omdraaien -> er staat een bord met ‘verboden voor honden’, en dan denken
dat je bijv wel je olifant daar mag uitlaten)

Je kan de invloed van internationaal recht op nationaal recht uitleggen
Volkenrecht: gaat over het recht dat geldt tussen staten onderling en tussen staten en
volkenrechtelijke organisaties. Ook burgers en bedrijven kunnen een beroep doen op het
volkenrecht.
- Geschreven regels, vastgelegd in verdragen en besluiten
- Ongeschreven gewoonterecht, regels die niet zijn vastgelegd in de wet

Europees recht: wordt gevormd door al het recht afkomstig van de Europese Unie.
- Interne verdragen die gaan over de organisatie van de EU
- Regels die worden gemaakt door de organen en instellingen van de EU

Supranationale werking: het Europese recht gaat voor op de nationale wet, Nederland is
onderworpen aan het recht van de EU.

Internationaal recht:

 Territorialiteit (grondgebied)
 Soevereiniteit (elk land mag zelf regels maken voor het eigen grondgebied)
 Verdragen
 Verklaringen

Intellectueel-eigendomsrecht (IE-recht): beschermt voortbrengselen van de menselijke geest.
Bestaat uit verschillende deelgebieden

 Auteursrecht: het recht van een maker van een werk van letterkunde, wetenschap of kunst
 Portretrecht: het recht op een afbeelding van een persoon
 Merkenrecht: het recht op een teken dat dient om waren of diensten van een onderneming
te onderscheiden van die van andere ondernemingen
 Handelsnaamrecht: het recht op een naam waaronder een onderneming wordt gedreven
 Octrooirecht: het recht op een nieuwe technische uitvinding
 Modellenrecht: het recht op het nieuwe uiterlijk van een bepaald voortbrengsel met een
eigen karakter
 Naburig recht: het recht op de inspanningen en prestaties van uitvoerend kunstenaars,
muziekproducenten, filmproducenten en omroeporganisaties

Drie belangrijke internationale verdragen in de creatieve industrie:

1. Het Unieverdrag van Parijs: ziet toe op de internationale bescherming van merkenrecht,
handelsnaamrecht, modellenrecht en octrooirecht.
2. De Berner Conventie: de landen die hierbij zijn aangesloten accepteren en erkennen elkaars
auteursrecht. Assimilatiebeginsel: de landen dienen aan een buitenlandse eigenaar van
auteursrecht dezelfde bescherming te bieden als aan hun eigen burgers.
3. Het TRIPS-verdrag: gaat over de handelsaspecten van het intellectuele eigendom -> de
landen zijn verplicht samen te werken om ervoor te zorgen dat de IE-rechten worden
nageleefd.

3

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller natashaloos. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.38. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

66579 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.38  82x  sold
  • (13)
  Add to cart