Klinische neuropsychologie en neurodiagnostiek
Examen
• 50%: Schriftelijk examen
− (20 multiple choice vragen van Hoorcolleges (en Werkcolleges) met giscorrectie (-0,25 bij
foutief antwoord) (GESLOTEN BOEK)
• 50%: Casus bespreking
− (OPEN BOEK)
1. Historische inleiding en situering
1.1 Situering
• Neuropsychologie:
− Discipline die de relatie tussen hersenen en gedrag bestudeert
− Neuropsycholoog houdt zich bezig met die relatie -> houdt zich bezig met zowel
diagnostiek als therapie
− De relatie is 2-zijdig! → als er iets mis is met de hersenen zijn er ook problemen met het
gedrag, MAAR is ook omgekeerd!→ door bepaalde gedragingen/bewegingen uit te
voeren gaat dat het impact hebben op onze hersenen → onze hersenen zijn plastisch,
andere hersendelen kunnen functies overnemen
• Wikipedia: “Neuropsychologie is de psychologie die zich bezighoudt met de functies van het brein
en de relatie daarvan met gedrag”.
• (onderzoek bij laesiepatiënten, mensen en dieren)
− Bekendste laesiepatiënt: Phineas Gage: met staaf door hersenen → veel
persoonlijkheidsveranderingen
• Neuropsychologie
1. als wetenschapsgebied die een oplossing tracht te vinden voor theoretische
vraagstukken (bv. lokalisatievraagstuk) onderdeel van de (cognitieve)
neurowetenschappen
o Geheugen, in welke functies kan dat opgedeeld worden en waar zijn die
gelokaliseerd (lokalisatievraagstuk)
2. als klinische toepassing: klinische neuropsychologie die tracht om het cognitief
functioneren op een systematische manier te onderzoeken en te beschrijven
(<testinstrumentarium) zelfstandige discipline
o adhv vragenlijsten, testen, pen en papier, adhv computer, zo trachten cognitieve
domeinen te bestuderen en te beschrijven, sinds enkele jaren een zelfstandige
discipline geworden
• Vroeger: neurologen en psychiaters
• nu: KLINISCH NEUROPSYCHOLOGEN
− Neuropsychiaters (nog 1 in België en 1 in Nederland) → gaan praktijk met theorie echt
met elkaar gaan verzoeken
1
, − Neurologen en psychiaters komen vaak niet zo goed overeen, verschillende invalshoeken
• Goede neuropsycholoog: sterk op zowel theoretisch vlak als op praktisch toegepast vlak
• Kennis en inzicht in cognitieve functies en ziektebeelden = noodzakelijk
− Iets wat je niet kent kan je niet diagnosticeren → Vb. vrouw gekenmerkt door heel wat
ups en downs, vaak aanklampend gedrag,.. → in psychiatrie had ze al diagnose
borderline gekregen, daarna borderline ph-stoornis (dat impulsieve dat ook naar voor
kwam) → achteraf gezien op scan dat zij leed aan frontotemporale dementie
− Zeggen “als we al die zaken samennemen dan lijkt het eerder op dat ziektebeeld” zonder
al meteen zaken te gaan insinueren
− Kennis hebben van psychiatrische ziektebeelden, ontwikkelingsstoornissen, neuro,…
belangrijk om al deze zaken samen te brengen
• (Stereotiep (incorrect!) beeld: neuropsycholoog is een diagnosticus die enkel “testjes” afneemt)
Klinisch neuropsycholoog: erkend beroep?
Op 16.02.2011 verscheen het KB dat bepaalt dat vanaf 1 april neurologen, psychiaters en geriaters een
RIZIV-nomenclatuurnummer (ter waarde van K90) kunnen gebruiken voor een 'Neuropsychologisch
onderzoek met evaluatie van de cognitieve functies bij een patiënt met vermoeden van beginnende
dementie'. De technische uitvoering van dat onderzoek mag worden toevertrouwd aan een
gekwalificeerd helper met speciale kennis in de neuropsychologie die samenwerkt als gekwalificeerde
helper. *
“De verstrekking 477573 behelst het uitvoeren van een gevalideerd en omstandig (minimum duurtijd
van 45 minuten) neuropsychologisch onderzoek van de belangrijkste cognitieve functies welke in een
dementieel syndroom (volgens DSM-IV) zijn aangetast: het geheugen, de taalvaardigheid, de
visuospatiale vaardigheden en de aandachts-en uitvoeringsfuncties.”
➔ Erkend beroep geworden → Sinds kort kunnen er ook terugbetalingen zijn voor bvb. Onderzoek
dat in het kader van dementie gebeurt → je ziet dat de klinische neuropsychologie dus meer en
meer van belang wordt
• Cognitieve functies en stoornissen
− visuele waarneming (vb. prosopagnosie)
− ruimtelijke cognitie (vb. neglect)
− geheugen (vb. amnestische stoornis)
− taal (vb. afasie)
− aandacht en executieve functies (vb. dysexecutief syndroom)
− emotie en sociale cognitie (vb. problemen met theory of mind)
− actie en motoriek (vb. apraxie)
− …
➔ Telkens kijken welke stoornissen hieraan verbonden zijn
• Ziektebeelden
− Multiple Sclerose (MS)
− Cerebro Vasculair Accident (CVA)
− Traumatisch hersenletsel (TBI)
2
, o Traumatic Brain Injury bvb tgv geweerschot in de hersenen
− Schizofrenie
− Epilepsie
− Ontwikkelingsstoornissen (ADHD, ASS, …)
− …
1.2 Oudheid
• Craniotomie: openen van de schedel
− De tumi die hier afgebeeld staat moet zeer effectief geweest zijn;
want er zijn hersenschedels gevonden met verschillende gaten die
elk op een nader tijdstip zijn aangebracht; dus de mensen
overleefden het!
− Men dacht dat er geesten in de hersenen/schedel zaten dus als we dan goed boren in
die hersenen dan kunnen we die vrijlaten (na 1 keer boren leek het wss alsof er nog meer
geesten waren en ging men nog eens boren enz. → magische kijk)
• Geen teksten over deze ingrepen
− Geen teksten over, men heeft die objecten gevonden en aan elkaar gekoppeld
1.3 Egypte
• Eerste studies van de hersenen
− 3000 à 2500 v Ch: Ebers papyrus
− priester Imhotep (pionier in het begrijpen van hoe de hersenen werken → hele lange tijd
erna pas vertaald)
− Edwin Smith Surgical Papyrus (pas vertaald in 1930!)
− geen magische, maar wetenschappelijke kijk op geneeskunde
o Hersenen behoorden echt wel tot het gebied van de geneeskunde
− 48 medische casussen (incontinentie, hoofdtraumata, …) werden uitvoerig beschreven
(eerste keer dat het woord “brain” werd gebruikt)
o Eerste 8 casussen waren casussen waarin al hoofdletsels of hersenletsels
beschreven werden
o Eig toen al was men bezig met het begrijpen van hersenletsels
3
, • Dus wat er daar op die papyrusrollen stond was toch eig al vrij correct met wat er nu verteld
wordt
• Voorbeeld uit de tekst
− “bij palpatie van de hersenen kan de patiënt schudden” → epilepsie
• Hersenletsels hebben effect op meerdere delen van het lichaam (ogen, ledematen,…)
• Effecten van letsels aan het ruggenmerg (incontinentie)
• MAAR
− Egyptenaren: het hart is “the seat of the soul”
− Goede casussen, Maar de egyptenaren waren er nog altijd van overtuigd dat de
hersenen/het hoofd niet het belangrijkste is, maar het hart is nog steeds “the seat of the
soul” (niet de hersenen)
1.4 Arabische wereld
• Tussen Tigris en Eufraat: geneeskunde = wettelijk beschermd beroep (grote beschavingen in
Assyrië en babylon)
• Maar: geen beschikbare info; kleiplaten zijn verdwenen → Geneeskunde belangrijk beroep maar
geen beschikbare info omdat men alles op kleiplaten heeft geschreven, deze verdwenen
1.5 Grieken en Romeinen
• Onderscheidden 3 zielen:
1. om te overleven via voedselopname (cfr. Ook planten hebben zo’n ziel)
2. om te kunnen interageren met de omgeving (cfr. ook dieren)
3. om een onderscheid te kunnen maken tussen goed en kwaad = hogere ordeziel (cfr.
mensen)
• Volgens Plato en Hippocrates zit deze 3de ziel in de hersenen (die hogere ordesturing zit niet in
het hart)
− Exclusief bestemd voor de mensen
• Grieken
• Debat: Where is the seat of the soul?
− Aristoteles: cardiocentric view: hart is het belangrijkste (hersenen: gwn koelsysteem om
ons hart af te koelen)
− Hippocrates: cephalocentric view: het brein controleert alle waarnemingen en
bewegingen (controlaterale spasmen)
− Hippocrates: ziel in hersenen → Aristoteles: ziel in hart
• Aristoteles
− persoonlijkheid en karakter is belangrijk
− sterke voorstander van de fysiognomie: de vorm van iemands gelaat (lichaam) is een
reflectie van iemands karakter (cfr. gezellige dikkerd)
o Vb. iemand mooi daar worden vaak ook veel meer positieve kenmerken aan
toegeschreven door anderen dan aan iemand lelijker
− Gebruikt door de dominee Lavatar Johann: vooral gelezen door dominees voor wie
mensenkennis belangrijk is (later Gall geïnspireerd)
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller BMostmans. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.09. You're not tied to anything after your purchase.