Samenvatting module V2AARD22 van alle toetsstof. Het tentamen is een open boek tentamen. Alle onderdelen van de stof zijn verdeeld in onderwerpen en in sub-onderwerpen. Per (sub)onderwerp staan paginanummers. Zeer fijne samenvatting om te gebruiken tijdens het tentamen zelf en ervoor te leren!
Wat is Aardrijkskunde?
Aardrijkskunde gaat over onze aarde, het aardoppervlak en de manier waarop wij mensen dat
aardoppervlak hebben ingericht en de manier waarop wij met dit stukje van ons melkwegstelsel
omgaan. De invloeden op aarde verdelen wij in twee verschillende onderdelen:
Natuurlijke invloed: ook wel fysische geografie genoemd
Menselijke invloed: ook wel sociale geografie genoemd.
De fysische geografie bepaalt het uiterlijk van het landschap en de sociale geografie kijkt naar de
manier waarop het landschap is ingericht. Deze processen/ruimtelijke verschijnselen hebben allerlei
gevolgen voor de inrichting van onze aarde. Dat is hetgeen centraal
staat bij het vak aardrijkskunde.
Ruimtelijke processen en verschijnselen worden in de aardrijkskunde veelal op kaarten weergegeven.
Later deze module zullen wij verder ingaan op die kaartvaardigheden. Mensen hebben allerlei
beelden in hun hoofd. Ook kinderen hebben al een beeld van hoe de omgeving en wereld om hen
heen eruit ziet.
Mental map
Alle mensen hebben een mentale kaart. Deze kaart wordt bepaald door feitelijke informatie (kennis)
en emotie. Zo zijn gebieden die mensen goed kennen, op de mentale kaart vaak letterlijk groter en
dichterbij. De mentale kaart is erg belangrijk om andere aardrijkskundige informatie aan op te
hangen.
A. Niet in te delen. Er zijn geen herkenbare elementen
aanwezig.
B. Concrete tekening van een situatie met mensen,
gebouwen, enzovoort.
C. Gebouwen en straten in een klein gebied.
D. Tekening van een land of stad. Buitenwereld is niet
belangrijk.
E. Alle landen liggen tegen elkaar en hebben min of meer
dezelfde vorm. Er is geen onderscheid
tussen land en water.
F. Alle landen liggen los van elkaar en verspreid over het hele blad.
G. Als E, maar dan met toponiemen (aardrijkskundige namen).
H. Als F, maar dan met toponiemen.
I. Sommige landen zijn aan hun vorm herkenbaar.
J. Het eigen werelddeel en sommige landen zijn aan vorm herkenbaar.
K. Ligging en vorm van de werelddelen zijn niet herkenbaar. Toponiemen kloppen wel.
L. Als K, maar nu klopt de ligging wel.
M. Als L, maar nu klopt ook de vorm van de werelddelen.
2
, Geografische vierslag
2.1 Beschrijven (vragen van het type; Wat zie je? Waar zie je het?)
Bedenk goede kijkvragen. Vraag nooit letterlijk ‘wat zie je?’ maar zorg dat je concrete vragen
bedenkt. Je doel is om leerlingen goed te laten kijken (in het voorbeeld de koeien in India), te laten
lezen (bijvoorbeeld een tekst over het Hindoeïsme) of te laten kijken in de atlas.
Stel dus goede kijkvragen. Bijvoorbeeld: ‘Noem eens drie verschillen tussen de linker en rechterfoto’.
‘Staan er op deze foto’s genoeg aanwijzingen om te weten waar ze genomen zijn?’ ‘Waar ligt India op
de kaart?‘ ‘Zoek eens op in je boek wat ‘Hindoeïsme’ is.’ ‘Met welke extra aanwijzing zou je zeker
weten dat de foto in Nederland of India is gemaakt?’
2.2 Verklaren (vragen van het type; waarom zie je dat daar (en niet ergens anders)?
Je leerlingen weten niet waarom er in India koeien op straat lopen en in Nederland niet. Je zult dat ze
moeten uitleggen. Hier rechts zie je dat het jouw taak is om te laten zien wat het verband is tussen
het land India (op de kaart), het Hindoeïsme (begrip uit de tekst) en de foto van de heilige koeien.
Zorg ervoor dat je niet steeds ‘waarom daar’ vragen stelt aan je leerlingen. Hoe moeten ze het
antwoord immers weten?
Toch kun je leerlingen soms wel verklarende vragen stellen. Bijvoorbeeld als je wilt dat ze zelf op
zoek moeten gaan naar een verklaring. Bijvoorbeeld: ‘Bedenk eens redenen waarom je in Nederland
nooit koeien op straten of in parken ziet?’ ‘Mag je in Nederland een koe of een paard in je tuin
houden; bedenk eens een reden waarom dat hier wel/niet mag?’
op de vraag; hoe komt het dat er in India wel koeien op straat lopen? Gebruik daarvoor je
leerlingenboek, bladzijde…’
2.3 Herkennen (vragen van het type; Waar zie je dat nog meer?)
Bij aardrijkskunde leer je over (verschillen en overeenkomsten tussen) gebieden; in dit geval India en
Nederland. Je laat je leerlingen zien dat verschijnselen in deze gebieden ook op andere plaatsen
voorkomen. Voorbeelden van vragen zijn:
‘Zijn er in Nederland ook heilige dieren (heb je wel eens kat of hond gegeten)?’ ‘Zie je in Nederland
ook (heilige) dieren op straat?’ ‘Waar heb je dat gezien?’ ‘Waar moet je in Nederland heen om
grotere dieren te kunnen zien rondlopen?’ ‘Ken je andere plaatsen in de wereld waar heilige dieren
voorkomen?’
2.4 Waarderen (vragen van het type; wat vinden mensen ervan? Kan het ook anders?)
Bij waarderen gaat het erom dat leerlingen zich verplaatsen in de standpunten van anderen. Het gaat
er niet in eerste instantie om wat de leerlingen vinden of denken. Denk aan vragen als:
‘Hoe vinden Nederlanders het als Albert Heijn kattenvlees (vlees van katten) verkopen?’ ‘Zou iemand
dat kopen?’ ‘Kan een Hindoe in Nederland een koe in zijn tuin houden?’ ‘Wat vinden Indiërs ervan als
toeristen in India een biefstukje eten?’
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller michelkpz. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.47. You're not tied to anything after your purchase.
