College 1: HS 1, 3.1, 3.2, PR Aviation/Ryanair
Hoofdstuk 1: Inleiding
Het onderwerp van dit boek
Er is gekozen voor het begrip ‘Elektronisch contractenrecht’, omdat dit breder is dan enkel e-
commerce of elektronisch contracteren. Elektronisch contractenrecht omvat elektronisch
contracteren en dit omvat weer e-commerce.
E-commerce zijn de transacties omtrent de diensten of producten die zich afspelen met methoden
die specifiek ontworpen zijn voor het ontvangen of plaatsen van orders (denk aan een webshop).
Hier valt contracteren via de mail niet onder, maar dit valt weer onder elektronisch contracteren.
Elektronisch contractenrecht is breder; het gaat niet alleen om de totstandkoming, maar ook om de
nakoming, voortduring en de beëindiging.
Drie typerende voorbeelden voor het elektronisch contractenrecht
Deze drie voorbeelden zullen vaker in het boek gebruikt worden om dingen uit te leggen.
VB1: webwinkel
Een consument treft bij een webwinkel voor fietsen een gunstig aanbod van 500 euro aan voor een
herenfiets. Hij vult de benodigde gegevens in op de webformulieren, betaalt via iDEAL en krijgt een
mail van de webwinkel waarin de transactie wordt bevestigd. Een week na de bestelling krijgt de
consument de fiets aan huis afgeleverd.
Het sluiten van het contract vindt gedeeltelijk elektronisch plaats. De consument handelt als
natuurlijke persoon op de elektronische bestelomgeving van de webwinkelier.
VB2: Electronic Data Interchange (EDI)
Het betreft hier een geautomatiseerd bestelproces bij een supermarkt. De inkoper van een
supermarkt kan met een pen een bestellijst invullen en deze in een envelop, gericht tot de
leverancier, op de bus doen. Met IT kan het proces van inkoop op verschillende punten efficiënter
worden gemaakt. De inkoper kan allereerst gebruikmaken van een elektronisch
communicatiesysteem als e-mail. Deze communicatie gaat al sneller. De automatisering zit hier in het
communicatieproces, niet in hetgeen wordt gecommuniceerd. De verzending en ontvangst van de e-
mail vindt geautomatiseerd plaats. De inhoud wordt ingetypt door de inkoper, deze heeft dus in de
hand wat hij als boodschap wenst over te brengen aan de ontvanger.
Ten tweede kan de bestelprocedure worden gestandaardiseerd. De supermarkt staat met de
leveranciers in een vaste handelsrelatie. Dit biedt mogelijkheden om de bestelling nader vorm te
geven door middel van de informatiesystemen van beide bedrijven. Dit is wat er bij EDI aan de hand
is. Partijen maken vaste afspraken in een interchange agreement. Bij EDI kunnen allerlei afspraken
worden gemaakt over vaste betekenissen in het contractproces. In de elektronische communicatie
tussen de informatiesystemen van bedrijven kunnen via deze protocollen gestructureerde berichten
worden gestuurd. De inkoper kan zich dan beperken tot het intypen van de concrete order en kan
alle andere informatie weglaten, omdat die al gestructureerd in het elektronische bericht is vervat.
De menselijke input kan zo tot een minimum worden beperkt, zodat men kan spreken van
geautomatiseerd contracteren.
Daarnaast kan de menselijke factor ook volledig zijn geëlimineerd. Partijen kunnen bijvoorbeeld
genoegen nemen met de voorgeprogrammeerde optie. In die gevallen spreekt men van een
‘zelfhandelend EDI-systeem’.
VB3: Zelfexecuterend contract
Na de bestelling dient de tot stand gekomen overeenkomst te worden uitgevoerd. Ook hierbij kan IT
,een rol spelen. Bij het zelfexecuterend contract wikkelt de (al dan niet elektronisch tot stand
gekomen) overeenkomst zichzelf automatisch af. Dit komt in het laatste hoofdstuk aan bod.
Totstandkoming en nakoming
Een overeenkomst kan eenzijdig of volledig geautomatiseerd tot stand komen. Dit betekent nog niets
voor de nakoming. Neppelenbroek spreekt van een zelfexecuterend contract als in ieder geval de
nakoming van een contract en mogelijk ook de totstandkoming op geheel of gedeeltelijk
geautomatiseerde wijze plaatsvindt.
Onderwerpen van elektronische contracten
De voorbeelden gaan telkens uit van kooptransacties, maar in de definitie van e-commerce ligt
besloten dat het elektronisch contracteren ook op diensten betrekking kan hebben.
Ontwikkelingen
Vier ontwikkelingen vragen bijzondere aandacht vanwege het potentiële of actuele belang voor het
elektronisch contractenrecht:
M-commerce
De besteller van producten of diensten wordt steeds mobieler. M-commerce levert nieuwe
contractenrechtelijke problemen op. Men kan zich bijvoorbeeld afvragen hoe een app als een soort
voorportaal tussen de consument en de verkoopsite moet worden ingericht met het oog op de
invulling van de informatieplichten van de aanbieder.
Autonome contractvorming
IT-systemen lijken steeds meer op autonome wijze (contractuele) beslissingen te kunnen nemen. Ook
aan de kant van de besteller kan de bestelling geautomatiseerd plaatsvinden door middel van
‘intelligent agents’, die min of meer autonoom van de gebruiker transacties kunnen sluiten.
Internet of things
Steeds meer apparaten worden voorzien van min of meer autonoom opererende IT-systemen, welke
zijn aangesloten aan het ‘internet of things’. Bij het internet of things komen de volgende
technologische ontwikkelingen bij elkaar: aangesloten devices (in voorbeeld de fiets), kunnen met
hun sensoren gigantisch veel data (big data) via de cloud genereren, communiceren en analyseren.
Dit heeft voor het (elektronische) contractenrecht potentieel grote consequenties:
- De menselijke actor wordt steeds verder weg gebracht bij de totstandkoming van het contract en
daarmee ook de menselijke wil die voor een rechtshandeling wordt vereist (art. 3:33 BW);
- Kan een grote invloed hebben op de manier waarop personen zich tot rechtsobjecten gaan
verhouden. Kan leiden tot steeds meer afhankelijkheid van afnemers tot aanbieders;
- Wanneer apparaten gaan contracteren, komt de consumentenbescherming in een ander daglicht te
staan. Een van de belangrijkste doelen is om de consument te helpen een weloverwogen keuze te
maken (informatieplichten week 5).
Blockchain
Bij zelfexecuterende contracten wordt veel verwacht van de zogenoemde blockchain, waarbij de
uitvoering en administratie van de contractprocessen plaatsvindt via een gedistribueerd grootboek.
De blockchain is een manier om administratie vorm te geven. De administratie bevindt zich op de
aangesloten systemen van alle deelnemers en niet centraal zoals bij bijvoorbeeld een bank.
De veiligheid van het systeem van een blockchain wordt verondersteld op het gebied van de
integriteit van administratie: door cryptografie (encryptie) is het onmogelijk om dit aan te passen.
Hier wordt in hoofdstuk 8 verder op ingegaan.
,Hoofdstuk 3.1: Inleiding elektronische totstandkoming
Hier wordt weer het eerste voorbeeld van hoofdstuk 1 genomen; de consument die via een
webwinkel een fiets bestelt. De overeenkomst komt hier ook tot stand door aanbod en aanvaarding
daarvan (art. 6:217 BW). De bestelling van de consument komt binnen via een webformulier.
In dit hoofdstuk wordt de geautomatiseerde totstandkoming van overeenkomsten geanalyseerd.
Hoofdstuk 3.2: Juridische context elektronische totstandkoming
De elektronische bedrijfsomgeving
EDI speelt een belangrijke ondersteunende rol bij bedrijfsprocessen, zoals de inkoop bij leveranciers.
Juridisch uitgangspunt is dat contracten ook door zelfhandelende IT-systemen geldig kunnen worden
gesloten, ook al heeft geen natuurlijke persoon in letterlijke zin aan het contractproces deelgenomen
(zie art. 12 CECIC).
De problematiek van de geautomatiseerde totstandkoming is aan het licht gekomen bij het gebruik
van EDI. Men kan zich bij heet voorbeeld van de inkoop voorstellen dat het systeem op basis van
machine learning patronen leert herkennen. Het systeem kan op basis daarvan bepalen wat op welk
moment de optimale voorraad is. Het systeem bepaalt zelf de behoefte en het moment van bestellen
voor de gebruiker. Het systeem is dan dus niet alleen zelfhandelend, maar werkt als een agent met
een zekere autonomie (contracteren met behulp van intelligent agents).
De elektronische bestelomgeving
Denk weer aan het voorbeeld van de consumentenkoop van een fiets bij een webwinkel. Hier is
sprake van een geautomatiseerde omgeving aan de kant van de webwinkel. Er komen in deze open
omgeving ook problemen voor. Voulon heeft erop gewezen dat de elektronische bestelomgeving
gevoelig is voor invoerfouten.
Van de kant van de wederpartij (in het voorbeeld de consument) is de contractrechtelijke
problematiek maar tot op zekere hoogte dezelfde als bij de eerder beschreven besloten
netwerkomgevingen. De consument in het voorbeeld bestelt zelf, zonder hulp van een
computersysteem. De consument kan gebruik maken van intelligent agents, zogenaamde shopbots,
maar volgens Neppelenbroek maken consumenten niet vaak gebruik van agents die zich als
persoonlijk assistent gedragen. Wel komen consumenten voortdurend geautomatiseerde suggesties
tegen, die hun interesse in hoge mate kunnen sturen (persoonlijk afgestemde advertenties).
Totstandkoming en derden
Het web heeft zich ontwikkeld als communicatiemedium. Ook communicatie via websites als
Facebook of WhatsApp kan leiden tot het sluiten van overeenkomsten. Deze sites zijn normaliter
geen partij bij de totstandkoming van overeenkomsten. Is dus een pure verhouding A-B.
Daarnaast zijn er websites die zich opwerpen als platform voor het sluiten van contracten. Denk aan
marktplaatsen als eBay.com of marktplaats.nl. De marktplaats is een derde partij die een platform
biedt voor partijen om met elkaar in contact te komen. De marktplaats zelf houdt zich min of meer
passief bij deze transacties. Er kan een onderscheid gemaakt worden tussen advertentieplatforms
(marktplaats.nl) en online biedingssites (eBay.com).
De derde partijen blijven hier als platformproviders buiten de contractuele sfeer. De handelaar als
contractpartij gebruikt de marktplaats van de derde als elektronische verkoopplek, waardoor de
consument als wederpartij een beroep kan doen op consumentenbescherming (is ook een casus over
op oud tentamen). De marktplaats zelf kan worden aangemerkt als een dienstverlener van de
informatiemaatschappij (art. 3:15 lid 3 BW) die in die hoedanigheid aan bepaalde informatieplichten
heeft te voldoen.
, Lego-ization
Een derde te onderscheiden ontwikkeling betreft het verschijnsel dat achterliggende partijen als het
ware bouwblokken aanbieden voor de diensten op internet. Voorbeeld: thuisbezorgd app, hier is een
kaart beschikbaar op de app waar restaurants zich bevinden en hoe ver de bezorger van je huis is. Er
is een grote kans dat deze kaarten niet zijn vervaardigd door de maker van de site of de app, maar
dat deze als een soort legosteentje zijn ingelegd uit een andere bron. In veel apps wordt bijvoorbeeld
op deze manier Google Maps gebruikt als zogenoemde mash-up.
Platformeconomie
Voorbeeld is airbnb. Dit platform presenteert zich als deelplatform voor het kortdurende gebruik van
woonruimte. Bewoner A kan zijn woonruimte verhuren aan B via airbnb (=platform C). Voor het
elektronisch contractenrecht is het essentieel dat het platform zich hier een actieve contractuele rol
aanmeet. C handelt als bemiddelaar.
PR Aviation/Ryanair
Rechtsvraag: Heeft Ryanair met succes de beperkende voorwaarden van toepassing verklaard?
Welk recht moet worden toegepast? Wat bleek: er stond in de voorwaarden van Ryanair een verbod
voor het gebruik van informatie en een rechtskeuzebeding. Partijen hadden geen problemen ermee
dat het Nederlandse recht werd toegepast. Bij een geldige overeenkomst kun je afspreken dat je een
rechtskeuze hebt. In de algemene voorwaarden van Ryanair staat dat het Ierse recht van toepassing
is. Bij een geldige procedure moet een Nederlandse rechter dus kijken naar het Ierse recht, niet het
Nederlandse recht.
Blijkt dat hier het ‘bootstrap principle’ geldt. Het bestaan en geldigheid van de overeenkomst worden
beheerst door het recht dat ingevolge het EVO respectievelijk de Rome I-Verordening toepasselijk
zou zijn, indien de overeenkomst of de bepaling geldig zou zijn. Moeten eerst kijken of dit een geldig
rechtskeuzebeding is bij Iers recht, is het antwoord ja, dan geldig rechtskeuzebeding (r.o. 59 staat dat
het een geldig rechtskeuzebeding is).
College 2: HS 2, Easycar
Internationale bronnen
Verenigde Naties
De VN hebben ten behoeve van het internationale handelsverkeer de commissie Uncitral. De
belangrijkste regeling voor nu is de UN Convention on the Use of Electronic Communications in
International Contracts (kort: UN Convention of CECIC). De regelingen van Uncitral hebben geen
nationale rechtskracht, maar de teksten kunnen wel voor wetgeving wereldwijd model staan.
In art. 8-14 CECIC staan de meest relevante bepalingen over onder meer vormvereisten, de tijd en
plaats van verzending en ontvangst van elektronische communicaties, alsmede geautomatiseerd
contracteren.
OESO
De OESO scheidt een enorme hoeveelheid beleidsdocumenten af over de interneteconomie.
WTO en WIPO
Deze zijn het meest productief op het gebied van intellectueel eigendomsrecht.
Europese Unie
Inleiding
Vanuit de EU is de regulering van de interne markt met het oog op de ontwikkeling van de
informatiemaatschappij al geruime tijd van enorm belang.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller romylg1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.15. You're not tied to anything after your purchase.